Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE PROFEET ELIA. (I.)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE PROFEET ELIA. (I.)

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

1 Kon. 17, 18, 19, 21, 22; 2 Kon. 1, 8 : 7—15, 9 : 1—10

1. Aankondiging van de droogte.

2. Aan de beek Krith.

3. Bij de weduwe te Zarfath.

4. Ontmoeting met A.chab.

5. Op de Karmel.

Elia is ongetwijfeld een van de grootste mannen geweest, die er ooit geleefd hebben.

Hij trad op in de tijd, dat de goddeloze koning Achab over Israël regeerde.

In dagen van diep verval durft hij onverschrokken het oordeel Gods de koning aanzeggen.

Elia betekent: Mijn God is Jehova.

Tegenover de Baaldienst waarin Baal geëerd wordt als de God der vruchtbaarheid, ijvert Elia voor de dienst van Jehova.

Hij wordt de Thisbieter genoemd, omdat hij afkomstig was van het dorpje Thisbe, gelegen in het gebied van Naphtali.

Volgens de apostel Jacobus heeft Elia niet alleen gebeden om regen, maar ook om drcogte.

Hij voorspelt de koning, dat er dauw noch regen zijn zal, tenzij naar zijn woord.

In drie jaar en zes maanden is er geen droppel regen gevallen.

Na de oordeelsaankondiging verdwijnt de profeet en Achab kan hem nergens vinden.

De Heere heeft Zijn knecht verborgen en ook wonderlijk onderhouden.

Aan de beek Krith, ten Oosten van de Jordaan, brengen de raven hem brood en vlees, des morgens en des avonds.

De Heere kan de muil der leeuwen toesluiten en gulzige raven gebruiken om Zijn volk te dienen.

Als eindelijk de beek Krith is uitgedroogd zal de Heere weer op een wonderlijke wijze voor Elia zorgen.

Een arme weduwe die niets anders meer bezit dan een weinig olie en meel en een gewisse hongerdood met haar enige zoon tegemoet gaat, ontvangt opdracht, om eerst voor de profeet een koek te bereiden.

Gelovig voldoet zij aan dit bevel en de Heere toont die heidense vrouw, dat Hij de Almachtige is.

Het geloof van deze weduwe wordt zwaar beproefd, want de Heere neemt haar enig kind door cle dood weg.

Zij ziet daarin een bijzondere straf om haar zonde. De Heere wil haar brengen tot een vast geloof in de God van Israël.

Door middel van Elia ontvangt zij haar kind terug.

De vele weduwen in Israël gaat de Heere voorbij en Hij verheerlijkt Zich in een heidense vrouw.

Ook in Israël zal de Heere tonen, dat Hij God is en niet Baal. Elia moet zich aan Achab vertonen.

Op weg naar de koning ontmoet hij Obadja, de hofmeester van Achab, die uitgezonden was om voedsel en water voor de paarden des konings te zoeken.

Obadja betekent: „dienstknecht des Heeren."

Dat is hij inderdaad, w'ant hij heeft het gewaagd om honderd profeten en profeten-zonen te verbergen en van voedsel te voorzien.

Obadja moet de profeet Elia bij de koning aandienen.

Daarvoor is hij bevreesd, omdat het niet onmogelijk schijnt, dat de profeet weer plotseling zal verdwijnen.

Elia stelt hem gerust en de ontmoeting met Achab

heeft plaats. De koning ziet in Elia de bewerker van het onheil, dat over Israël kwam en noemt hem: beroerder Israëls.

Elia maakt Achab duidelijk, dat die naam beter voor hem gepast is, omdat hij Israël aftrekt van de dienst des Heeren.

Elia stelt aan Achab voor om met de 450 profeten van Baal en de 400 profeten van het bos op de Karmel te komen. Daar zal de beslissing vallen.

De God, Die door vuur zal antwoorden, zal waarlijk God zijn.

Gans Israël moet getuige zijn.

Waarschijnlijk zijn de 400 profeten van het bos niet op de Karmel geweest.

De profeet richt zich tot het volk en zegt: „Hoe lang hinkt gij op twee gedachten? "

Er worden altaren gebouwd en varren op de altaren gelegd, maar geen vuur ontstoken.

De Baaipriesters roepen hun afgod aan en snijden zich met messen, terwijl Elia in heilige ironie met hen spot om de nietigheid der afgoden aan de kaak te stellen. Er kwam geen stem en geen antwoord.

Nu is het Elia's beurt.

Hij herstelt het altaar des Heeren en laat om het altaar een groeve maken.

Vervolgens wordt alles met water overgoten.

Wanneer hij in een vurig smeekgebed het Aangezicht des Heeren aam-oept dan geeft de Heere terstond antwoord en het offer wordt door hemelvuur verteert.

Het volk komt door dit wonder zo onder de indruk, dat het met een eenparige stem roept: „De Heere is God, de Heere is God!"

De profeten van Baal worden nu omgebracht.

Tegenover Baal heeft Jehova getriumfeerd en als dan de profeet tot zevenmaal zich voor God in ootmoed buigt, geeft de Heere een overvloedige regen.

De Heere is aan de spits getreden en heeft het voor Zijn knecht opgenomen, die als een overwinnaar voor de koninklijke wagen van Achab uitloopt tot in Jizreël toe.

Gij Heer alleen, Gij zijt, Verwinnaar in de strijd En geeft uw volk de zegen."

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 november 1951

Daniel | 12 Pagina's

DE PROFEET ELIA. (I.)

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 30 november 1951

Daniel | 12 Pagina's