Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Barbaren en brandstapels

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Barbaren en brandstapels

Misvattingen over het christendom

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Christenen zijn gewoon dom. Als je goed nadenkt, dan word je vanzelf ongelovig. Lees maar eens een antichristelijke column op bijvoorbeeld NU.nl of in de Metro. Het christelijk geloof lijkt helemaal achterhaald te zijn. Is dat beeld van het christelijk geloof terecht? Nee. Tijd voor een lesje geschiedenis.

Regelmatig wordt in columns in dagbladen en op Internet naar de Middeleeuwen gewezen. Toen was Europa voor een groot deel christelijk - het Heilige Roomse Rijk. En kijk eens wat je toen kreeg: kruistochten waar miljoenen mensen gedood werden, heksenverbrandingen van onschuldige vrouwen... Dat is nog eens een barbaarse periode geweest. De Spaanse Inquisitie bracht iedereen op de brandstapel die niet op de juiste manier dacht. Dacht je dat de Reformatie dat verbeterd had? Nee hoor, zegt men dan, toen is het nog erger geworden: je mocht niet eens meer fatsoenlijk nadenken. De geschiedkundige James Hannam schreef een erg boeiend boek over wetenschap in de Middeleeuwen. Het levert genoeg stof om een rijtje van dergelijke populaire verwijten te weerleggen.

1. Christenen zijn tegen de wetenschap
Wetenschappelijk onderzoek is goed. Juist omdat christenen geloven dat heel de wereld door God geschapen is. Het onderzoek van de natuur, de mens en het gedrag geeft niet alleen allerlei kennis, maar leert ook iets over God. Dat zie je bijvoorbeeld heel duidelijk in de Nederlandse Geloofsbelijdenis: “Want (de natuur) is voor onze ogen als een prachtig boek, waarin alle schepselen, groot en klein, de letters zijn, die ons te aanschouwen geven wat van God niet gezien kan worden, namelijk zijn eeuwige kracht en goddelijkheid.”
In de twaalfde eeuw begon men serieus het boek van de natuur te onderzoeken. Daardoor deed men veel nieuwe ontdekkingen. Ze zochten in de oude Griekse boeken.
Ze stelden allerlei nieuwe vragen.
“Waarom stromen de oceanen niet over als er steeds meer water in stroomt?”, vraagt Adelard van Bath (ca. 1080 - ca. 1152) in Vragen over de natuur. En: “Wat eten de sterren?” De antwoorden die Adelard vindt zijn niet altijd goed - hij denkt dat de sterren lucht eten - maar ze leiden wel tot nieuw onderzoek en uiteindelijk tot nieuwe kennis. Christenen zijn dus juist voor de wetenschap.

2. Christenen denken dat de aarde plat is
Juni 1633. De Italiaanse geleerde Galileo Galilei staat tegenover de inquisitie. Het is het einde van een langdurige rechtszaak. Galilei wordt van ketterij beschuldigd. Hij zegt de theorie van Copernicus te hebben bewezen, dat de aarde rond de zon draait.
“Volhardt u in de leer van Copernicus?” Galilei ontkent: “In mijn boek heb ik laten zien dat Copernicus het bij het verkeerde eind heeft.” De inquisitie gelooft hem niet. Liegen tegen de inquisitie is zowat het ergste wat je kunt doen! Galilei wordt veroordeeld.
Kijk eens hoe christenen de wetenschap tegengehouden hebben! Ze geloofden in een aarde die plat was en in een zon die rond de aarde draait in plaats van andersom.
Maar dat is niet het hele verhaal.
Dat de aarde bol was, was helemaal geen raar idee. In Vertoog over de bol beschreef de Engelsman Johannes Sacrobosco (rond 1240) de natuurkundige hemel. Het was een klein boekje, waarin Sacrobosco vertelde dat de bol van de aarde in een bolvormige hemel paste. De oude Grieken hadden dat trouwens ook al bedacht. Ook het draaien van de aarde was al veel langer bekend. Al rond 1340 stelde Johannes Buridanus dit voor. Was het dan niet strijdig met de Bijbel, die zegt dat de aarde stilstaat (bijvoorbeeld Psalm 93:1)? “Nee”, zeiden deze Middeleeuwers: “want God spreekt in de Bijbel vaak op de manier van de normale mensen. En volgens onze alledaagse ervaring staat de aarde stil.”
Als dit soort ideeën al bekend waren en door theologen zijn uitgewerkt, waarom werd Galilei dan nog veroordeeld? Dat had meer te maken met zijn ruzie met de paus. Hij had weinig vrienden, maar veel vijanden. In één van zijn boeken laat Galilei een zekere ‘Simplicio’ (de Simpele) de mening van de paus verkondigen. Je kunt je voorstellen dat de paus daar niet zo blij mee was.

3. Christenen geloven in onredelijke dingen
In 1056 strompelt een jongeman door de sneeuw in de Alpen. Het is Anselmus. Hij komt uit een goede familie, maar krijgt ruzie met zijn vader in Aosta, een stadje in Italië, aan het begin van de Alpen. Hij zwerft rond en komt in Noord-Frankrijk terecht. Geld heeft Anselmus niet. Net als hij eindelijk toegelaten is in het klooster van Bec, hoort hij dat zijn vader is overleden. Hij kan weer naar huis en een werelds leven leiden. Hij besluit om in Bec te blijven en wijdt zijn leven aan de theologie. Hij onderwijst zijn studenten in de logica, om zo de Bijbel te begrijpen, onder het motto: ‘geloof op zoek naar inzicht’.
Het begint met geloof wat door God gegeven wordt. God heeft ook de rede, de denkvermogens van de mens, gegeven. Die mag je gebruiken om te begrijpen wat we geloven, zegt Anselmus. Hij probeert zelfs zuivere logica te gebruiken om te bewijzen dat God bestaat.
Als hij later aartsbisschop van Canterbury is, schrijft hij een belangrijk boek: Waarom God mens werd.
Daarin gebruikt hij een logische redenering om aan te tonen dat God noodzakelijk mens moest worden om de zonden te verzoenen. De zonde tegen een oneindig God is oneindig groot. Een mens kan die niet dragen. Een engel ook niet.
Alleen God, door het zenden van Zijn Zoon. Deze redenering vind je ook terug in Zondag 5 en 6 van de Heidelbergse Catechismus. Een Bijbelse, maar ook logische redenering. Geloof is niet onredelijk.

4. Christenen komen uit de duistere Middeleeuwen
Hoe duister waren de Middeleeuwen eigenlijk? Als je wel eens iets in de Institutie van Calvijn gelezen hebt, zul je gezien hebben dat daar nogal wat Middeleeuwers in staan: Bernardus van Clairvaux, Thomas van Aquino en Anselmus van Canterbury. Blijkbaar waren die eeuwen nog niet zo duister. Dat gold voor de theologie, maar zeker ook voor de natuurwetenschap. De bril en de klok werden al in de dertiende eeuw uitgevonden. Natuurlijk waren er ook veel dingen fout. In de kerk overwoekerden de menselijke vormen en gedachten het Evangelie van vrije genade. Er waren allerlei vreemde en heidense gedachten over magie en heksen.
De Middeleeuwen waren niet zo duister. Sterker nog: de gedachte dat deze eeuwen heel duister waren, is pas in de 19e eeuw populair geworden. Door wie? Door de antichristelijke Verlichtingsdenkers.
Mensen die het christendom in een kwaad daglicht wilden stellen. Die wilden graag deze periode – waarin het christendom sterk groeide – als een heel slechte periode zien. Iets waarnaar we nooit terug zouden moeten willen. Als je goed naar deze periode kijkt, zie je dat dit niet terecht is. Er waren zeker wel dingen verkeerd. Maar barbaren en brandstapels zijn van alle tijden.
Dat is niet de schuld van het christelijk geloof, maar meer van de mens die geneigd is tot alle kwaad.
De Bijbel laat dat juist zien: de mens is in zichzelf een barbaar en heeft bekering tot God nodig.

Naar aanleiding van: James Hannam, Gods filosofen: Hoe in de Middeleeuwen de basis werd gelegd voor de moderne wetenschap (Nieuw Amsterdam Uitgevers 2010) ISBN 9789046807910; 448 blz.; € 29,95.

---
Heksen in de Middeleeuwen
Ondanks de verspreiding van het christendom bleven in de Middeleeuwen veel oude heidense dingen bestaan. Bijvoorbeeld geloof in heksen en bijzondere magie. De Rooms-katholieke kerk bestreed dit, maar bleek zelf ook in de heksen te geloven. Er kwamen speciale regels om heksen te herkennen, zoals:

- ze sturen hagel, storm en onweer
- ze maken mensen en dieren onvruchtbaar
- ze ontvoeren kinderen en geven die aan de duivel
- ze gooien kinderen die bij hun ouders vandaan lopen in het water
- ze maken paarden schichtig
- ze kunnen zichzelf laten zwijgen tijdens martelingen
- ze voorspellen de toekomst
- ze kunnen miskramen veroorzaken
- ze kunnen mensen en dieren kwaad doen zonder ze aan te raken

Het bleken vooral oude vrouwen te zijn die zich een beetje vreemd gedroegen. Veel onschuldige vrouwen zijn zo gedood.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 2011

Daniel | 32 Pagina's

Barbaren en brandstapels

Bekijk de hele uitgave van donderdag 1 september 2011

Daniel | 32 Pagina's