Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

MAARTEN LUTHER

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

MAARTEN LUTHER

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op dinsdag 2 april van het jaar 1521 verlaat een wagen met drie paarden bespannen de stad Wittenberg. In die wagen zit Dr. Maarten Luther met enige vrienden van hem. Maarten Luther gaat op reis. Het doel van deze reis is de stad Worms.

In onze gedachten zien we hem gaan, nagestaard door zijn vele vrienden.

In de stad Worms wordt de rijksdag gehouden. De Duitse Keizer Karei de vijfde, 21 jaar oud, houdt zijn eerste rijksdag. Deze rijksdag wordt geopend op 28 januari 1521. Frederik de Wijze is ook in Worms aanwezig. Vele zaken zullen er besproken worden. Hoofdzakelijk over de kerk, want Keizer Karei de vijfde wil rust en vrede in zijn rijk, ook in de kerk.

Karei de vijfde heeft Frederik de Wijze bevolen' Maarten Luther mee te brengen. Maar Frederik de Wijze heeft zich zonder Luther naar de stad Worms gespoed waar de Rijksdag werd gehouden.

Weet U waarom Frederik aan deze opdracht geen gehoor gaf: , , Hij eiste een vrijgeleide". Maarten Luther werd gehaald door een heraut van de Keizer, Casper Sturm. Deze bracht Maarten Luther zonder ongelukken in de stad Worms. Daar aangekomen zag Maarten Luther niets anders dan mensen, er was haast geen doorkomen aan. Daarom ook dat hij nog maar nauwelijks zijn kamer in was gegaan, waar hij die dagen zou verblijven, of hij kreeg bezoek door vorsten, hertogen, graven en bisschoppen. De volgende dag om 4 uur 's middags werd hij gehaald cm hem naar de zaal te brengen waar de rijksdag gehouden zou worden.

Maarten Luther trad de zaal binnen waar het zwart was van het volk.

Op een tafel lagen verscheidene boeken opgestapeld. Hem werd gevraagd of hij die boeken had geschreven. Hij wilde „Ja" zeggen, maar zijn advokaat was hem voor. Hij vroeg: „Wilt U eerst even de titels voorlezen want er zou wel eens een boek tussen gesmokkeld kunnen zijn". Dit was gelukkig niet het geval. Toen ze alle titels van de boeken hadden voorgelezen zei Maarten Luther dat hij deze boeken had geschreven. Toen werd hem gevraagd of hij hetgeen in zijn boeken stond wilde herroepen. Maarten Luther die niet meteen weet te antwoorden vraagt 24 uur uitstel. De Keizer die in een milde bui is staat zijn verzoek toe. De roomsen rekenen er al op dat hij hetgeen in zijn boeken staat wel zal herroepen,

't Is nacht.

De nacht van 17 op 18 april van het jaar 1521

Het is donker in de stad Worms, nergens brandt meer licht. Ja toch In het kamertje waar Maarten Luther verblijft brandt nog wel licht.

In onze gedachten gaan wij zijn kamer binnen. Ziet daar ligt voor zijn stoel, Maarten Luther. Maarten Luther worstelt die nacht met God in gebed. Als eindelijk de morgen' aangebroken is en Maarten Luther wakker wordt heeft hij vrede in zijn ziel. Met een gerust hart gaat hij voor de tweede maal naar de zaal, waar iedereen op zijn komst wacht. De Keizer is ook weer aanwezig, en als deze aan Maarten Luther vraagt of hij de inhoud van zijn boeken wil herroepen, antwoordt Maarten Luther alleen maar dit: „Als mij niet verklaard wordt uit Gods Woord dat ik heb gedwaald zo kan en wil ik mij niet herroepen". „Hier sta ik, ik kan niet anders, God helpe mij, Amen".

Luthers tegenstanders trachten de Keizer over te halen een vrijgeleide in te trekken, maar dit weigert de Keizer beslist. Hoe het dan ook zij, Luther kan op 26 april de stad ongehinderd verlaten. En dat doet hij dan ook.

Door het dichte Thuringerwoud rijdt een wagen met drie paarden bespannen.

Plotseling klinkt het op gebiedende toon: „Halt".

Er springen uit de struiken enkele gemaskerde mannen! Een van hen pakt de paarden bij de teugels en een' ander pakt Maarten Luther beet en tilt hem op een paard. In een woeste galop gaat het nu regelrecht naar „De Wartburg".

Daar aangekomen wordt de brug neergelaten en rijdt de stoet het kasteel binnen. Die gemaskerde mannen, weet je wie dat waren? Dat waren zijn eigen vrienden! Op het kasteel de Wartburg was hij in veiligheid, hier kon niemand hem doden. Hier heeft hij gestudeerd totdat hij weer naar Wittenberg is teruggekeerd.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 oktober 1973

Daniel | 16 Pagina's

MAARTEN LUTHER

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 oktober 1973

Daniel | 16 Pagina's