Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De laatste stadsboerderij van Genemuiden

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De laatste stadsboerderij van Genemuiden

Marinus Fuite: „Vroeger leverde de mest tien gulden per kuub op, nu moet je misschien wel een tientje toeleggen

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ze gaven niet toe aan de druk om te verhuizen. Marinus Fuite (76) en zijn zus Marie (62) bleven, geholpen door hun broer Willem (66), de laatste stadsboerderij van Genemuiden trouw. De aantallen koeien en schapen worden langzaam verminderd. „Bovendien is de aardigheid er met al die regels wel een beetje van af.

Op het erf worden enkele schapen van hun dikke vacht ontdaan. Pal voor de oude gepotdekselde schuur waarin de zwarte dieren met een bles op hun kop de komende dagen of weken zullen lammeren. „Zonder die dikke vacht nemen ze minder plek in beslag.
Marinus Fuite mag graag schapen fokken. Hij verkoopt de jonge dieren over enkele maanden aan de handel. „Die is weer opgebloeid dankzij de vele Turken in ons land. Die willen graag schapenvlees.
Willem, die enkele jaren geleden zijn boerderij buiten het stadscentrum verkocht en sindsdien dagelijks op de boerderij van zijn broer en zus te vinden is, weet er alles van. „Ik heb ze ook wel aan de deur gehad. Maar ik durfde hen niet rechtstreeks schapen te verkopen. En ik was bang dat ze dan zondags zouden komen.

Melktankwagen
Een willekeurige toerist heeft lang niet altijd in de gaten dat er in het centrum, aan de dijk die naar de welluidende naam Maj. Gen. Simondsstraat luistert, een boerderij schuilgaat. Het na de Tweede Wereldoorlog vernieuwde en verhoogde woonhuis is strak ingeklemd tussen de woning van de buren en de koestal. De stal is vanaf de straatzijde niet als zodanig herkenbaar.
Alleen aan de zijkant, vanaf een verhoogd parkeerterreintje, is te zien dat het om een deel van een oude boerderij gaat. De achterzijde is vanaf de dijk nauwelijks zichtbaar. Het zicht op de schuren wordt ontnomen door een relatief nieuwe woning en de van de plaatselijke Gereformeerde gemeente uitgaande Rehobothschool. Het smalle straatje aan de achterzijde valt evenmin op. Het is de uitvalsweg voor Marinus en Willem als ze zich met hun tractoren door het drukke verkeer naar hun land in de polder begeven.
Het weggetje biedt net voldoende ruimte voor de melktankwagen van Friesland Foods (voorheen Campina), die op vaste tijdstippen 1200 tot 1300 liter melk komt halen.
In onvervalst Gellemudens geeft Marinus zijn mening over het boerenbedrijf anno 2008. „Sinds Campina met de Friezen is gefuseerd, noemen ze zich de grootste, maar ze zijn zeker niet de grootste als het op het betalen van de melk aankomt. De melkprijzen zijn het afgelopen jaar behoorlijk in prijs gestegen. Maar Marinus denkt dat dit nog niet genoeg is voor een groep jonge boeren om het hoofd boven water te houden.

Naar opoe vernoemd
Hun vader kocht het huisje aan de Genemuidense dijk toen hij trouwde. De grootvader van Marinus en Marie had een boerderijtje aan de Langestraat, bekend van de vele hooibergen. „We stammen uit een echt boerengeslacht, vertelt Marie. Verreweg de meeste ooms, neven en broers verdienen de kost in de agrarische sector.
Het dijkhuisje, waarin ook de acht kinderen onderdak vonden, werd later verbouwd. Ernaast verrees, nu 72 jaar geleden, een nieuwe koestal. Marinus was toen een kleuter. „Op die plek stond een hooiberg. In die tijd woonden hier in de omgeving allemaal boeren. Die zijn vrijwel allemaal naar de polder vertrokken in de jaren van de ruilverkaveling, nu meer dan dertig jaar geleden.
Marinus en Marie - „we zijn naar dezelfde opoe vernoemd - bleven samen achter nadat de andere kinderen het huis verlaten hadden en hun ouders waren gestorven. Het gemeentebestuur deed vergeefse pogingen om de familie Fuite te laten verhuizen. Maar Marinus en Marie bleven liever op hun stek aan de dijk. Toen Willem stopte met boeren, kwam daar nog een reden bij. „Marinus heeft geen rijbewijs en Willem wel. Willem woont hier vlakbij.

Geen echte klachten
De afgelopen decennia zijn de regels aangescherpt, waardoor niet alleen in Genemuiden de boerderijen uit het dorps- en stadsbeeld verdwenen. Dat het agrarische bedrijfje mocht blijven, was ook te danken aan de welwillende houding van de buren. „Naast ons stonden tien woningen, maar die zijn aan het eind van de oorlog gesloopt. Vroeger hadden we veel meer ruimte. De buren links zijn ook van boerenkomaf. Ze hebben nooit geklaagd. Hierachter staat een school. Die is van dezelfde kerk als waar wij toe behoren. Ook daarvan hebben we nooit noemenswaardige klachten gehad.
Marie voegt er direct aan toe dat ze met hun tijd zijn meegegaan. Ze werken conform de voorschriften met drijfmest, vanuit de stallen verdwijnt de melk keurig in een gekoelde tank en zij regelt de uitgebreide administratie waartoe een boerenbedrijf nu eenmaal verplicht is. Marinus heeft geen goed woord over voor alle regelgeving. „De echte aardigheid is er niet meer aan. Eigenlijk kun je zo niet meer werken. Vroeger gooiden we de mest in een mestgat. Later vervoerden we die met paard en wagen, naar de kaai. Daar lag een schip en dan ging het naar Lisse. Bestemd voor de bloembollen. Dat leverde tien gulden de kubieke meter op. Nu moet je misschien wel een tientje per kuub toeleggen.
De verhalen komen los. „Toen we klein waren kregen we in de zomer, voorafgaande aan de grote vakantie, zes weken hooibouwverlof, weet Marie. En een deel van de melk van de koeien werd aan huis verkocht. Marinus bracht op zaterdag een dertig-literbus mee naar huis, waarna de buurtjes hun liters kwamen inslaan. Een enkeling haalt nu nog melk bij de familie Fuite. Willem weet wel waarom hun aantal zo is geslonken . „Men vindt de melk rechtstreeks van de koe veel te vet.

Schemerdonker
Telde het bedrijf aanvankelijk een veertigtal koeien, dat aantal is de laatste jaren ingekrompen tot ongeveer 25. Stuk voor stuk roodbont vee en ook zogenaamde roodblaar stieren. Vooral met de laatste, oorspronkelijk uit Groningen afkomstige dieren, is Marinus in zijn sas. „Die worden echt zeldzaam.
In de tweede stal, achter op het erf, vindt gedurende de wintermaanden ook een aantal koeien onderdak. Deze stal is later gebouwd. „Dat ging vroeger vanzelf. Als er iemand van school kwam, moest er werk worden gecreëerd en kocht vader er een paar koeien bij. Zo ging dat, ieder bedrijf zorgde zelf voor werk.
Binnen is het schemerdonker. De koeien hebben er geen last van, ze herkauwen tevreden. Ook Marinus heeft vrede met het weinige daglicht. „Dat komt doordat de zoon van de buren hier een huis tegenaan heeft gebouwd. Daardoor verdween een deel van de ramen. Hij grijnst breed. „De buren zijn goed voor ons en wij zijn het voor hen.
In de schuur zijn er aparte stalletjes voor de drachtige schapen. De Fuites hebben 35 van deze dieren. De meeste verblijven in de polder, net als de drie ponys. Enkele jaren geleden zijn er enkele ponys gestolen. „Nooit meer iets van gehoord. In de polder staat ook een schuur, die in de zomermaanden wordt gebruikt om de koeien te melken. Daar ligt ook het grasland van de Fuites. „We hebben nog 14 of 15 bunder, schat Marinus. Vroeger werd het roodbonte vee dwars door Genemuiden naar de groene weiden in de polder gedreven. Nu gebeurt dat met enkele tractoren met een kar erachter.

Fornuis in de schuur
Marinus wil in verband met zijn leeftijd het bedrijf verder afbouwen. Hij heeft geen opvolger en samen met Marie heeft hij besloten de oude koestal langs de dijk te vervangen door een nieuwe woning. Geen op- en afstapjes meer. De ongeveer 200 vierkante meter grote schuur met een enorme zolder heeft duidelijk te lijden aan de tand des tijds. „Bij een flinke storm waaien er wel eens pannen van het dak. En hiernaast staan auto´s geparkeerd, dus we moesten wel een beslissing nemen.
Nu staan er in de oude schuur nog een vijftiental koeien. Langs de wand is een tafel geplaatst. „In de oorlogsjaren zaten we hier met zn tienen. Om stookkosten uit te sparen. Moeder bracht het fornuis dan ook naar hier. Later verbleef het gezin Fuite vaker in de zomermaanden in de koestal. Dan bleef de woning schoon.
Met de vergunning voor het huis zijn ze drie jaar bezig geweest. Marie: „We hebben nu toestemming. Als het klaar is, gaan we dit huis verhuren. „Maar niet aan Jan rap en zn maat, valt Marinus haar bij. Hij wil beslist geen klachten krijgen over de boerenactiviteiten op het erf. Hoewel het aantal koeien vermindert, denkt hij er nog niet aan er helemaal mee op te houden. Onlangs heeft hij een nieuwe tractor aangeschaft.
Het is de bedoeling dat in april een begin wordt gemaakt met de sloop van de schuur. Wanneer de aannemer kan beginnen met de bouw van het nieuwe woonhuis, is niet precies bekend.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 april 2008

Terdege | 92 Pagina's

De laatste stadsboerderij van Genemuiden

Bekijk de hele uitgave van woensdag 2 april 2008

Terdege | 92 Pagina's