Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE SLIP VAN EEN JOODSE MAN

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE SLIP VAN EEN JOODSE MAN

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

„Alzo zegt de HEERE der heirscharen: et zal in die dagen geschieden, dat tien mannen, uit allerlei tongen der heidenen, grijpen zullen, ja de slip grijpen zullen van een Joodse man, zeggende: ij zullen met ulieden gaan, want wij hebben gehoord dat God met ulieden is." Zach. 8 : 23

Deze profetie moet de Joden in Zacharia's dagen wel ongelooflijk in de oren hebben geklonken. Het volk Israël bestond destijds uit een groepje beroofde en berooide ballingen in Babal.

Babel, d'é wereldstad toen! Het knooppunt van bijna alle volken van deze aarde. Kleine, overwonnen volken waren er als ballingen heengevoerd. Ook Israël. De Babyloniërs keken er laag op neer; hoogstens medelijdend. Wie nam daar nu notitie van of er een Jood meer of minder in Babels straten liep?

En toch zegt Zacharia, dat 10 heidenen uit alle volken de slip van een Joodse man zullen grijpen, die zich gereed maakt om naar Jeruzalem op te trekken.

Die heidenen zijn jaloers op hem. Zij zoeken steun bij hem. Hoe kon dat dan?

Omdat zij voelden dat die Jood iets bezat wat zij misten. En nu smeken ze om mee te mogen gaan; ze grijpen de slip van de mantel van deze Joodse man, een gebaar van iemand die om hulp smeekt. Maar waarom willen deze 10 mannen dan mee?

Nee, ze wilden niet mee omdat Jeruzalem zo'n mooie stad was. In architektonische schoonheid-kon het niet halen bij Babel. Maar hun begeerte gaat naar Jeruzalem uit omdat ze gehoord hadden dat God met. hen was. Het was hun om God te doen.

Ons hart vindt geen rust, voordat het rust in God, en zo gevoelen deze heidenen bij al de heerlijkheid en rijkdom van Babel de schrijnende armoede van het leven buiten God. Zacharia geeft hier dus geen voet aan aardse verwachtingen inzake de opbloei van een Joods Messiasrijk. Want wat het vleselijke Israël betreft., dit is nooit een volk geweest dat de and'ere volken zo bijzonder heeft aangetrokken. Integendeel, „zij hebben mij dikwijls van mijn jeugd af benauwd", zegt ook nu Israël.

Zacharia ziet echter dieper en. verder. De blik van de profeet is wereldomvattend. Hij voorspelt de uitbreiding van dat Jeruzalem, hetwelk is ons aller moeder: de Kerk des I-Ieeren. En daarin openbaart zich dan de vraag naar d.e éne Joodse Man, de Heere Jezus Christus.

In het bijzonder is deze profetie vervuld op de Pinksterdag. Door de uitstorting van de Pinkstergeest is het Evangelie uitgebreid' over de hele aarde. Ook in ons land, wel genoemd het Israël van Europa, is het gekomen.

Er is een tijd geweest dat in ons land de kerk en het Woord Gods een ereplaats innamen. Maar tegenwoordig laat men „de Joodse man" op straat lopen. Men grijpt niet meer naar de slip van zijn gewaad met z'n tienen, om te vragen: mogen we mee? Het shirt van de een of and-ere sportheld heeft helaas meer aantrekkingskracht gekregen, dan de slip van de mantel van de Joodse Man.

Hebben, wij daar misschien schuld aan? Kan van óns gezegd worden dat wij de wereld jaloers maken? Beléven we de waarheid! van het Woord van God ook met ons hart, zodat onze ongelovige schoolvriend en vriendin of kollega. er jaloers op wordt en bij zichzelf zegt: kende ik toch ook dat geheim, dat wonder van Gods genade? Want de wereld kan alleen jaloers zijn op mannen en vrouwen, jongens en meisjes, in wier leven het werkelijk uitkomt dat ze de Heere vrezen.

Stoten wij als (doop)leden van de kerk af, of trekken wij aan? Of moet je bekennen: ik bezit zelf nog niets? In het gewaad van Zijn Woord wandelt deze „Joodse Man", Wiens Naam is Jezus — Zaligmaker, ook in ónze straten. Heb jij al als een buigende zondaar de zoom van Zijn kleed aangeraakt?

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juni 1981

Daniel | 28 Pagina's

DE SLIP VAN EEN JOODSE MAN

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 12 juni 1981

Daniel | 28 Pagina's