KMT dreef boeren in communistische armen

Vooral sinds de "4 mei-beweging" in 1919 mocht de Kuo Mintang van Sun Yat-Sen zich verheugen in een groeiende populariteit onder de Chinezen. Er was in deze jaren na de dood van Juaan Sjekai geen geregeld bestuur in China en de mensen waren overgeleverd aan de macht van de plaatselijke warlords. Deze militaire bevelhebbers bestreden elkaar voortdurend en de machteloze presidenten in Peking hadden geen enkel gezag. Sun en de zijnen hadden echter een steunpunt in het zuiden gekregen, met Kanton als basis, onder bescherming van de plaatselijke warlord. Hier vormde hij in 1921 een tegenregering en riep hij de Zuidchinese Republiek uit.