Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Dr. C. Steenblok: In wervelwind en in storm (2)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Dr. C. Steenblok: In wervelwind en in storm (2)

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Tien jaren (1943-1953)
Des HEEREN weg is in wervelwind en in storm. De tekst waarmee ds. Steenblok in 1927 bevestigd werd tot predikant, kregen een bijzondere betekenis in de periode 1943-1953. Die jaren waren van grote betekenis voor de levensgang van dr. Steenblok.

Ds. G.H. Kersten: waardering en samenwerking
Vanaf het allereerste begin genoot dr. Steenblok het volste vertrouwen van ds. G. H. Kersten. In 1945 schreef ds. Kersten aan ds. J. van Zweden in Amerika: ”Dr. Steenblok is tot ons overgekomen uit de Gereformeerde Kerken. Daar is hij zeer verdrukt om der waarheid wil. Hij is doorkneed in de oude schrijvers en zeer eenvoudig, zodat de gemeenten hem gaarne horen.”1
In het jaar 1944, een jaar na zijn overkomst, werd dr. Steenblok benoemd als docent aan de Theologische school in Rotterdam. Ongetwijfeld had dat te maken met de theologische opleiding die dr. Steenblok had gevolgd. Als enige in zijn kerkverband had Steenblok een universitaire opleiding. Over zijn didactische gaven is in later jaren wel verschil van mening geweest. Hij hield bij het lesgeven aanvankelijk wat minder rekening met studenten zonder vooropleiding. De jonge student Frans Mallan heeft daarentegen altijd met grote waardering en respect over zijn leermeester gesproken.2
In het jaar 1945 volgde ds. Steenblok ds. Kersten op als hoofdredacteur van De Saambinder. In hetzelfde jaar werd dr. Steenblok korte tijd predikant van de grote gemeente Rotterdam-Centrum, de gemeente waarvan ook ds. Kersten predikant was. In september 1945 werd hij in Rotterdam bevestigd. In 1947 werd door hem en ds. Kersten een prekenserie opgestart, getiteld ”Uit den schat des Woords.”
De waardering van ds. Kersten van dr. Steenblok is er gebleven tot het einde van Kerstens leven. In zijn laatste publicatie, een boekje over het Verbond der genade van de hand van E. en R. Erskine en J. Fisher, noemt hij de artikelen van dr. Steenblok in De Saambinder in waarderende zin.3

Betrokken in sluimerende conflicten
Door de nauwe samenwerking met ds. G.H. Kersten raakte dr. Steenblok echter tegelijk betrokken in een aantal sluimerende conflicten. We noemen er enkele.
1. In de eerste plaats de problemen rond ds. R. Kok en zijn andere visie over de aard van de uitwendige roeping. De verhouding tussen ds. G.H. Kersten en ds. Kok was verre van ideaal. Dit was niet van de laatste tijd. Ds. Kok wist zich de spreekbuis van meerderen binnen het kerkverband die op onderdelen een andere opvatting hadden. Behalve ds. Kok waren er de predikanten Verhagen en Van den Berg die meer of minder openlijk opponeerden tegen ds. Kersten.4
2. Een tweede geschil betrof de verhouding tegenover de bezettende macht in de Tweede Wereldoorlog. Ds. Kersten, die jarenlang in de Tweede Kamer had gewaarschuwd tegen de zonden van land en volk, zag in de Duitse overheersing een straf van God. Verzet tegen de overheersende macht was daardoor niet vanzelfsprekend. Zijn inwilliging van sommige eisen van de bezetter was voor een deel van zijn ambtsbroeders onverteerbaar. Fel tegenover ds. Kersten stond ds. R. Kok, die een actieve rol in het verzet speelde.5
3. Een derde breuklijn ontstond rond het kerkelijk verenigingsleven. Het is een van de verdiensten van het boek ”Vernieuwing en verwarring” van dr. M. Golverdingen, dat het zo’n helder overzicht geeft van de opkomst van het verenigingsleven binnen de Gereformeerde Gemeenten in Nederland6. Wie dat overzicht op zich laat inwerken komt op zijn minst tot de conclusie dat het juist de latere tegenstanders van dr. Steenblok zijn die zich zeer inzetten voor jongelingsverenigingen, meisjesverenigingen, zangverenigingen, en niet te vergeten het nieuwe landelijke orgaan Daniël. De predikanten die er zeer bij betrokken waren, waren ds. A. Verhagen, ds. R. Kok en ds. J. van den Berg.

Maar zoveel te meer is het veelzeggend dat juist ds. G.H. Kersten duidelijk tegen deze ontwikkeling was, en beducht was voor wezenlijke koerswijzigingen binnen het kerkverband als gevolg van deze verenigingen en van het blad Daniël. Dr. Golverdingen schrijft: ”Het was duidelijk dat het nieuwe blad niet op de sympathie van G.H. Kersten kon rekenen. Hij had weinig vertrouwen in de koers van het studieblad. Toen Verhagen in een gesprek in de Rotterdamse pastorie had aangegeven dat de besluitvorming inzake het nieuwe blad onomkeerbaar was, had Kersten zijn ontstemming hem nadrukkelijk kenbaar gemaakt. Na de verschijning van de eerste nummers van het blad zei hij tegen student K. de Gier: ”Straks gaan we de Gereformeerde kant nog uit.” En tegen zijn schoonzoon J.P. Otte zei hij: ”Dit gaat een hele verkeerde kant uit met de jeugd. Laat ze maar de oude schrijvers lezen.”7
Wie vervolgens leest dat in de loop der tijd tegenover een oplage van 3300 abonnees op De Saambinder er 5000 abonnees op de Daniël waren, begrijpt dat er hier meer aan de hand was dan aandacht voor de jongeren. Een tegenbeweging tegen De Saambinder en tegen de leidinggevende posities van ds. Kersten (en dr. Steenblok) was in gang gezet.
(We noemen deze achtergrond van de visie op het jeugdwerk hier ook met het oog op iets anders. Als je deze achtergrond kent, begrijp je de inhoud en toon van met name de eerste brieven uit de bundel ”Uit het zieleleven” van ds. F. Mallan, ontstaan in de eerste jaren na 1953, waarin hij toentertijd nadrukkelijk afstand nam van allerlei verenigingswerk. 8)
Overigens nam ds. Kersten later een genuanceerder standpunt in ten opzichte van het verenigingsleven. Hij vond het een voorwaarde dat kerkelijke verenigingen onder leiding stonden van de kerkenraad. Hij schrijft in zijn Catechismusverklaring: Laat de jongelingsverenigingen maar bloeien, maar alleen in het onderzoek van de Waarheid en in het beproeven van de oude leer.9

Wat we niet willen beschrijven
Wie over het leven en werk van dr. Steenblok schrijft, kan niet om de scheuring van 1953 heen. Die breuk heeft zijn leven getekend. Voor altijd is zijn naam aan dit conflict verbonden. Zonder dat hij de strijd heeft gezocht, is hij in de strijd betrokken, zoals hierboven geschetst.
Wat we in dit herdenkingsartikel niet willen doen, is om die strijd minutieus te gaan beschrijven. Enerzijds omdat er voldoende bronnen zijn om het verloop van de historie na te gaan.10 Anderzijds omdat je bij het lezen over deze periode bij tijd en wijle toch wel wordt overvallen door een gevoel van groot verdriet. Wat is er in deze periode door veel mensen pijn geleden. Wat is er veel onbegrip geweest. Wat zijn er veel grievende en beledigende opmerkingen gemaakt. Te veel, om dit alles te gaan beschrijven.

Wat we wel willen benoemen
Tegelijk moet ons dat er niet van weerhouden om de grondlijnen van de strijd die dr. Steenblok en de zijnen hebben gevoerd, te benoemen. De thema’s die toen speelden, zijn immers vandaag aan de dag niet minder actueel. Daarbij denken we aan de verhouding van Wet en Evangelie, aan de volgorde van de drie stukken uit onze Heidelbergse Catechismus, ellende, verlossing en dankbaarheid, aan de leer van verkiezing en verwerping, zoals verwoord in de Dordtse Leerregels, aan de verhouding tussen verkiezing en verantwoordelijkheid, aan het wezen van het genadeverbond en de betekenis van de verbondsbeloften, en aan de leer van de Algemene genade, met haar uitlopers naar de uitgestrektheid der verzoening.
Wat is het van grote betekenis dat wij allen en onze jonge mensen in het bijzonder inzake deze thema’s gefundeerd zijn op de leer van het Woord van God en van de Drie Formulieren van Enigheid. Want als het over deze zaken gaat, gaat het over kernzaken, die van eeuwigheidswaarde zijn. Dat heeft ons voorgeslacht anno 1953 doorleefd. Daarom zijn ze ook in hun innerlijk leven tot momenten gekomen, dat ze gemeend hebben geen andere weg te kunnen gaan dan ze gegaan zijn. Maar zo ligt op ons als het nageslacht een dure verantwoordelijkheid. De verantwoordelijkheid om, met het oog op deze thema’s, Gods Woord en onze belijdenisgeschriften, maar ook de geschriften van dr. Steenblok c.s. biddend te onderzoeken, met de bede: ”Maak in Uw Woord mijn gang en treden vast, opdat ik mij niet van Uw paân moog’ keren.”

(wordt vervolgd)

Noten
1. M. Golverdingen: Om het behoud van een kerk. Houten, 2004, p. 91.
2. Ds. J. Roos e.a.: De waarheid hogelijk geboden. Veenendaal, p. 78 e.v.
3. M. Golverdingen: Vernieuwing en verwarring. Houten, 2014, p. 163.
4. Ds. J. Roos in zijn reactie op het boek van dr. M. Golverdingen ’Geschiedenis van een scheuring’ in het Reformatorisch Dagblad van 31-10-2016
5. Dr. W. Fieret: De Staatkundig Gereformeerde Partij 1918-1948. Houten, 1990, p. 230
6. Het kerkverband voor 1953 droeg altijd de naam Gereformeerde Gemeenten in Nederland
7. M. Golverdingen: Vernieuwing en verwarring. Houten, 2014, p. 71.
8. Ds. F. Mallan: Uit het zieleleven. Ede, 1974.
9. Ds. G.H. Kersten: Catechismusverklaring, Zondag 41. De Banier 1972, pag. 446.
10. We denken daarbij aan ds. C. Steenblok: De bestaansgrond der gemeenten. Gouda, 1974, en dr. C. Steenblok: Om de oude waarheid. Gouda, 1978.

Dit artikel werd u aangeboden door: https://www.gergeminned.nl

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2017

De Wachter Sions | 12 Pagina's

Dr. C. Steenblok: In wervelwind en in storm (2)

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 januari 2017

De Wachter Sions | 12 Pagina's