Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

VOOR ONZE Militairen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

VOOR ONZE Militairen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

WELKE WAARDE

heeft het afleggen van belijdenis des geloofs in de Protestants-Christelijke Noodgemeente in Indië, zomede de daaruit voortvloeiende nood-attestatie?

Van bevriende zijde werden wij attent gemaakt op de belangrijke inhoud van deze vraag.

Zeker, wij waren er mee op de hoogte, met het bestaan van die noodgemeente, maar verkeerden in de mening, dat onze jongens zich daarmede niet inlieten.

Echter is gebleken, dat er van onze jongens zijn, die in die nood-gemeente belijdenis hebben gedaan en met attestatie van die gemeente zijn teruggekomen naar Holland. Begrijpelijkerwijze geeft dat veel narigheid, want we behoeven slechts de vragen te lezen, die bij het afleggen van die belijdenis met „ja" moeten worden beantwoord, of we gevoelen onmiddellijk, dat niet één kerkeraad der Geref. Gemeente daarmede accoord kan noch mag gaan en mitsdien die attestatie niet kan aanvaarden.

Bovendien zouden onze kerkeraden hierin een ongewenste uitzondering maken op de regel; dat er van andere kerken geen attestatiën worden overgenomen.

Welke die vragen dan wel zijn? Wij laten ze hier volgen:

1. Belijdt gij te geloven in God de Vader, de Almachtige, Schepper van Hemel en aarde, en in Jezus Christus, Zijn Eniggeboren Zoon, onze Heer, en in de Heilige Geest?

2. Zijt gij des zins en willen bij deze belijdenis te volharden, de zonde te verzaken, te streven naar heiligmaking en Uw Heiland in voorspoed en tegenspoed, in leven en sterven, getrouw te volgen, gelijk het zijn ware belijders betaamt?

3. Belooft gij tot de bloei van het Godsrijk in het algemeen en van de Protestants-Christelijk noodgemeente van VIII R.S. in het bijzonder (of zo gij door Gods genade in het Vaderland moogt terugkeren), tot de bloei van die kerk, waartoe gij krachtens Uw doop of anderszins behoort naar Uw vermogen volijverig mede te werken?

De inhoud van deze 3 vragen is van een dermate inhoud dat het uitgesloten is een attestatie, gegeven door deze nood-gemeente, over te nemen.

Terecht is opgemerkt, dat zo een nood-gemeente in feito een „onding" is. Daar is eerstens wel de leer, die daar naar voren wordt gebracht, waarin niets is te vinden van datgene, wat onder ons geleerd wordt. Bovendien spreekt in zulk een belijden een grote mate van neutraliteit. Dit laatste is bij belijdenis doen ten enenmale uitgesloten.

Met klem ontraden wij onze jongens in Indië belijdenis te doen in die nood-gemeente. Ga toch niet met alle wind van leer mee. Lees eens aandachtig de 2e brief van Paulus aan zijn geliefde Timotheus, bijzonder wel hoofdst. 3 vers 14 t.m. 17 uit die brief.

En tracht men U soms deze stap aan te praten, besluit dan zeker niet alvorens eerst eens te hebben geraadpleegd met Uw kerkeraad in Holland of met dhr B. Roest, secretaris der Syn. Commissie voor onze militairen. Deze vriend van onze militairen woont in Scherpenzeel zo U wel zult weten.

Bovendien zij het U ook in deze omstandigheden gegeven, deze en dergelijke zaken altijd te brengen voor het Aangezicht des Heeren, op de knieën en in het verborgene en altijd Hem te vragen: „Heere, wat wilt Gij, dat ik doen zal? "

Mogen we onze jongens te Medan en omgeving ook nog wijzen op het adres van:

Kapitein D. Schouten, nr 10-05-08-007 35e Cie A.A.T. Veldp. Medan, die zich gaarne met U zal onderhouden over voorkomende zaken.

WEIGERING VACCINATIE

Onze mannen en jongens in Indië ondervinden verschillende moeilijkheden in verband met het weigeren zich te laten vaccineren.

Die moeilijkheden zijn niet pas ontstaan, maar waren er al, toen de Commissie ter verzorging van onze eigen militairen, benoemd door de Generale Synode van 29 Mei 1947, haar moeilijke taak begon.

Dat vaccinatie-vraagstuk, de moeilijkheden die onze mannen en jongens ondervonden, wanneer ze die vaccinatie weigerden om hun diepste overtuiging, daarmede te handelen tegen Gods Woord en tegen de leer der Waarheid, waaronder ze waren opgevoed en steeds hadden verkeerd, dit alles was wel een der eerste dingen, die de Commissie onder de ogen had te zien, teneinde iets te kunnen doen' in het belang van de hierbij betrokkenen.

Van grote waarde is gebleken, dat alle militairen in Indië al heel gauw een brief van de Syn. Commissie ontvingen, waarin was opgenomen een legerorder, waaruit blijkt, dat het de Commandanten wel is geoorloofd alle overredmg aan te wenden, zich alsnog te doen vaccineren, maar dat alle dwang en onheuse behandeling verboden is.

Deze brief werd ook die militairen meegegeven, die naar Indië vertrokken of hun later gezonden, als tevoren deze hun omstandigheden de Commissie onbekend waren.

Echter is gebleken, dat van deze brieven door anderen misbruik is gemaakt.

Mede doordat de bepalingen inzake de vaccinatie strenger en de moeilijkheden bij weigering groter werden, heeft de Commissie zich gewend tot de Deputaten onzer Synode bij de Hoge Overheid inzake deze aangelegenheid.

Door deze Deputaten der Synode is bij de Hoge Overheid gehandeld over de meergenoemde moeilijkheden.

Uit deze besprekingen is gebleken, dat de Overheid wel begrip heeft voor ons standpunt in deze, maar dat er tevens vrees is voor misbruik door anderen van dat standpunt.

Wel kon de Overheid niet anders dan met grote lof spreken over diegenen van onze mannen en zonen, die naast een vastberaden weigering tot vaccinatie zich ook in het militaire leven alleszins voorbeeldig kwamen te gedragen.

In verband met een nu voor ons vastgestelde nieuwe regeling, moeten nu de kerkeraden verklaringen invullen en ondertekenen, waaruit blijkt, dat degene, die in bezit zal worden gesteld van die verklaring, lid of dooplid der Gereformeerde Gemeente is „en onderwezen zijnde in de Waarheid, is geleerd, dat de vaccinatie en elk ander voorbehoedsmiddel, op grond van Gods Woord om het geloof in de Voorzienigheid Gods, is te veroordelen."

De verklaring gaat verder: „Hij verzoekt daarmede wel te willen rekenen en te aanvaarden, dat de bezwaren tegen en het weigeren van de vaccinatie of ander voorbehoedsmiddel, voortspruiten uit de innerlijke overtuiging dat wat hem geleerd is, de Waarheid is."

Indien het een vacante gemeente geldt, moet bovendien de consulent ook ondertekenen.

Gelet op de grote belangrijkheid van deze thans aanhangige zaak, wordt de Kerkeraden een dringend verzoek gedaan de ontvangen verklaringen, die volgens voorschrift reeds zijn ondertekend door de Scriba der Dep. Syn. bij de H.O., zo juist mogelijk in te vullen en ze, waar de omstandigheden dat eisen, door de consulent te laten ondertekenen. Vooral daarbij ook te raadplegen de enkele dagen later gezonden of nog te zenden toelichting op een en ander.

Indien het aantal gezonden verklaringen niet groot genoeg is, zijn meerdere, door de Scriba der Dep. Syn.

bij de H.O. ondertekende exemplaren, aan te vragen bij de Secr. der Syn. Comm. dhr B. Roest te Scherpenzeel.

Namens de Syn. Commissie,

Ds H. LIGTENBERG, Voorzitter.

Dit artikel werd u aangeboden door: Jeugdbond Gereformeerde Gemeenten

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 februari 1949

Daniel | 8 Pagina's

VOOR ONZE Militairen

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 25 februari 1949

Daniel | 8 Pagina's