Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

„Wat moet ik met mn kind?

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

„Wat moet ik met mn kind?

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Ook volle en redelijk gevulde kerkgebouwen kunnen niet verbergen dat maar al te veel jongeren breken met de kerk en met de dienst van de Heere. Het mag ambtsdragers en gemeenteleden een zorg zijn. Niet het minst bij de ouders kan het heel wat vragen en tranen geven.

Een lezeres van ons blad gaf uiting aan haar gevoelens in een bewogen brief. „Het doet verdriet als je in de kerk zit en je kind is er niet, of je kinderen zijn er niet. Als ze van zaterdag op zondag verblijven op plaatsen waar ze niet horen. Het doet veel verdriet als anderen zeggen: het zou bij mij niet gebeuren! Je loopt met veel zelfverwijt rond. Kortom, je weet geen raad meer met je kinderen. Dergelijke vragen en gevoelens zullen ook voor veel van onze lezers volstrekt herkenbaar zijn. Wat doen deze situaties zich vaak voor. Ook in zeer meelevende gezinnen en ook bij ambtsdragers.
In zekere zin is het gelukkig wanneer het afhaken van kinderen bij de ouders verdriet geeft. Het komt toch echt nog wel eens anders voor! Natuurlijk ben ik bang om al te vlot conclusies te trekken. Wat kunnen we ons vergissen. En toch, in sommige gevallen rest geen andere conclusie dan dat de ouders de zaak vrij rustig en gelaten opnemen. Meer dan eens hoorde ik zeggen: „Och, ik ben zelf ook jong geweest. Blijkbaar moeten we dan aanvullen: „...en het is met mij ook in orde gekomen.

Eerlijk gezegd bekruipen me enkele aarzelingen bij het ingaan op de bovengenoemde vragen. Gemakkelijk wek je de indruk het zelf zo goed te weten. De gedachte dat het allemaal „wel goed gaat als je maar dit en dat doet, heeft bepaald geen grond. Ook is er geen reden voor de vlotte redenering: als hun kinderen afhaken, hebben zij dit of dat verkeerd gedaan. De bovengenoemde verzekering van anderen „Het zou bij mij niet gebeuren is dan ook totaal misplaatst en getuigt van weinig zelfkennis. Wanneer onze kinderen aardig in het spoor gaan, is ons trotse ik sterk genoeg om zichzelf te verheffen. Natuurlijk spreken we niet openlijk uit dat we het zo goed hebben gedaan, maar ondertussen...
Wanneer in de brief staat: „Je gaat jezelf de schuld geven en dat vreet aan je, is het niet gemakkelijk om daarop in een paar woorden te reageren. Daarvoor zitten ook vanuit de Bijbel bezien te veel kanten aan de zaak. Misschien komt dat Deo volente nog eens uitvoeriger aan de orde. Wel weet ik dat we als ouders zonder één uitzondering alle reden hebben om ons voor God te verootmoedigen. Dat bedoel ik niet als een goedkope stichtelijkheid, maar wel als een aansporing om de genade van God en het werk van Christus te zoeken bij de taak van de opvoeding.

Belangrijk is het dat we er als ouders van doordrongen zijn dat onze kinderen, ook wanneer ze uiterlijk in het spoor gaan, vernieuwing van hart en het bloed van Christus nodig hebben. Dat moet niet brengen tot de gedachte: zie je wel, heel die uiterlijke dienst van God heeft toch niets te betekenen! Zo natuurlijk niet, maar wel hebben ook trouw meelevende jongeren de vernieuwende genade van God nodig.
Het zal niemand verbazen wanneer ik verder met nadruk het gebed noem. Het voluit bijbelse gegeven dat God Zijn raad vervult, wil ons dringen tot de belijdenis dat de Heere aan ons en aan onze kinderen niets verplicht is. Als de Bijbel herhaaldelijk zegt dat God „Zich liet verbidden is dat een aansporing tot aanhoudend en vurig gebed.
Versta me goed, ik beweer allerminst dat er niet gebeden is wanneer jongeren afhaken. Ik beweer niet dat er dan niet gesproken is met jongeren over de Heere. Eerlijkheidshalve moet wel gezegd worden dat in menig gezin nooit wordt gesproken over de Heere, over het heil in Christus, over de twee wegen die de Schrift ons voorhoudt. Nooit ofte nimmer. (Dat spreken mag trouwens best kreupel en stamelend zijn.)

Naast dit alles is er nog een andere vraag: kunnen mijn kinderen bij mij iets proeven van de hartelijke verbondenheid aan het Woord, iets merken van de rijkdom van Gods genade? Deze vraag kan in de klem brengen voor God. Dat zij dan zo! Laat dit alles ons dan ook neerwerpen voor de Heere! En laat het ons brengen tot het overwegen van de grootheid Gods. Is Hij vandaag niet meer de Almachtige?
Verder is de levensrichting van onze jongeren niet alleen een zaak van de ouders, maar van de hele gemeente. Ik denk aan die alleenstaande vrouw. Kinderen had ze niet. Maar met name rondom doopzondagen worstelde ze voor het aangezicht Gods en smeekte ze intens om de openbaring van het werk Gods onder de jongeren.

Dit artikel werd u aangeboden door: Terdege

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 september 2000

Terdege | 104 Pagina's

„Wat moet ik met mn kind?

Bekijk de hele uitgave van woensdag 27 september 2000

Terdege | 104 Pagina's