Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Opmerking bij Vraag en Antwoord 43 (Zondag XVI) van den Heidelbergschen Catechismus.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Opmerking bij Vraag en Antwoord 43 (Zondag XVI) van den Heidelbergschen Catechismus.

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vraag. Wat v e r k r i j g e n wij m e e r voor n u t t i g h e id u i t de o f f e r a n d e en den dood van C h r i s t u s aan h e t k r u i s?
Antwoord. D a t door Z i j n e k r a c h t o n z e o u d e m e n s ch m e t Hem g e k r u i s i g d , g e d o o d en b e g r a v e n wr o r d t; o p d a t de booze l u s t e n des v l e e s c h e s in ons n i et m e e r r e g e e r e n , maar d a t wij o n s z e i v e n H e m tot e e n e o f f e r a n d e d e r d a n k b a a r h e i d o p o f f e r e n.
Dit antwoord wordt verschillend uitgelegd, naarmate men de ware of eene valsche leer der heiligmaking omhelst. Zij, die eene valsche leer der heiligmaking voorstaan, willen het niet begrijpen, dat Christus onze heiligmaking is. Zij zoeken haar slechts in een allengskens afsterven der zonde door den wedergeboren mensch en in de vermeerdering van krachten en deugden in hem. De kracht, om der zonde af te sterven, moet de mensch, die bekeerd wordt of bekeerd is, zoeken in een nieuw levensbeginsel, dat in hem gelegd wrordt; maar dan kan hij in deze Yraag en dit Antwoord van den Catechismus slechts dit vinden, dat hij zich het sterven van Christus tot een voorbeeld neemt, zeggende: Gelijk Christus Zich verloochend heeft en gestorven is, om voor mijne zonden genoeg te doen en voor mij gerechtigheid te verwerven, alzoo moet ik nu ook aan de zonden en den ouden mensch afsterven, en mijzelven verloochenen.
Zij zeggen, dat dit alleen door den Heiligen Geest geschieden kan; maar dit is óf alleen een zeggen, óf zij snijden daarmede af, wat de Heilige Schrift en de Catechismus zeggen willen; en zoeken de afsterving der zonden in een wonder, dat hun, buiten den dood van Christus om, rechtstreeks uit den hemel overkomt. En geschiedt bij hen dit wonder niet, zoo verontschuldigen zij zich, dat zij nu eenmaal den ouden mensch met den nieuwen in zich omdragen, en — van de a f s t e r v i ng d e r z o n d e n komt niets terecht. Hoe de zoodauigen voor God over hunne woorden rekenschap kunnen geven, begrijpen wij niet.
De Heilige Geest is een Geest der genade, en laat Zich niet misbruiken. Waar Hij wrerkt, daar maakt Hij Christus en Zijner genade deelachtig, en Hij gebruikt juist den dood en de offerande van Christus, opdat wij, die in Christus gelooven, den ouden mensch afgestorven zouden z ij n.
De Apostel Paulus zegt Rom. 6 : 2 : „Wij, die der zonde gestorven zijn, hoe zullen wij nog in dezelve leven?" En Ys. 6: „Dit wetende, dat onze oude mensch met Hem (d. i. met Christus) gekruisigd i s , opdat het lichaam der zonde te niet gedaan wrorde, opdat mij niet meer de zonde dienen."
Hij betuigt, dat wij d o o r den dood van C h r i s t u s der zonde afgestorven, en haar niet meer dienstbaar zijn.
Zóó alleen komt de ware leer der heiligmaking tot haar recht.
Zij wijst al het m e n s c h e l ij k e werk af, zij kent alleen het G o d d e l ij k e werk en wel i n C h r i s t u s. Wie in deze zaak het sterven van Christus slechts tot een voorbeeld neemt, is voor de vraag gesteld: v a n w a a r neemt gij de kracht, om uwer zonde af te sterven? En hoe komt gij overeen met dit Antwoord van den Catechismus: dat door Z i j n e k r a c h t 1) onze oude mensch gekruisigd, gedood en begraven wordt?
Wie in waarheid in Christus gelooft, die is met Hem ééne plant geworden in de gelijkmaking Zijns doods (Rom. 6, 5.)
Hij heeft in Christi Persoon aan het kruis gehangen, en de offerande en genoegdoening, die Christus aangebracht heeft, is de zijne; daarom heeft zij voor hem niet slechts d i e nuttigheid, dat hem vergeving der zonden en gerechtigheid verworven is, maar ook die, dat hij in C h r i s t u s h e i l i g g e m a a kt is. De macht der zonde is voor hem gebroken.
Dit wrordt openbaar in het leven en in den wandel. Juist dan, wanneer door den Heiligen Geest het Woord van het kruis van Christus in onze harten gelegd is, breekt ons hart, wij hebben nood over onze zonden in het algemeen en in het bijzonder, en over onze verdorvenheid, en wij gelooven, dat w i j aan het kruis behooren genageld te worden, en dat Christus deswege aan het kruis gehangen en voor ons verzoening aangebracht heeft; dat het oordeel Gods van ons genomen is, en dat de zonde en de verderver, de duivel, alle recht op ons hebben verloren: wij zijn het eigendom van Christus geworden, die met Zijne genade over ons heerscht, en ons door deze verlossing tot dienstknechten der gerechtigheid heeft gemaakt. Rom. 6, 18. Zal nu de zonde nog over ons heerschen ? Neen; haar is de kracht ontnomen, de booze begeerlijkheden des vleesches kunnen in ons niet meer regeeren, maar wij zeggen : wij z i j n d e s H e e r e n! Dit is ons offer der dankbaarheid.
Indien de offerande en de dood van Christus zulke kracht hebben, is onze oude mensch gekruisigd, gedood en begraven.
Wij kunnen onzen eigen zin en wil niet meer doordrijven. De zonde kan in ons oprijzen, ons aanzetten tot tegenstand tegen Gods wil en gebod, tot ongehoorzaamheid en ongeduld, tot het vlieden van het kruis , hetwelk de Heere ons oplegt, tot allerlei ongerechtigheid; maar worden wij door den Heiligen Geest geleid, zoo verwekt Hij in ons telkens Zelf dat geloof: dat wij met Christus daartoe gekruisigd zijn; en dan is de zonde gebroken , en wij worden geleid op de stille en rechte paden der gerechtigheid.
En dan zijn wij ook niet meer onder (de) Wet, maar in het huis en koninkrijk der genade. Rom. 6 : 14. Wij spreken niet meer: „Wij m o e t e n der zonde afsterven'', zooals wij zeiden, zoolang wij de heiligmaking in onszelven, en niet in den dood van Christus zochten, waarbij wij nooit tot de daad kwamen; want wij konden ons alle deugden verwerven, maar dit ééne konden wij niet tot stand brengen: o n s z e l v e n af te sterven. Maar nu zeggen wij in het geloof: wij z i j n der zonde en den ouden mensch, d. i. onszelven afgestorven in Christus, en het werk, door de Wet vereischt, is er in Hem, en heeft ook door het geloof zijne werking in ons.
Dit is een gemakkelijke weg, zeggen velen. Maar wij antwoorden : niets is zoo ongemakkelijk, niemand heeft eenen zóó zwaren strijd, dan hij, die door den Heere gegrepen is, opdat hij gelooven zou, dat wij in Christus gekruisigd zijn; want ons vleesch verafschuwt dezen weg.
Dat nu de offerande en de dood van Christus zulk eene1 kracht en werking heeft, als wij hierboven beschreven hebben,r verklaart één der opstellers van den Catechismus, 01evianusr zeer schoon in zijn werk over het „Wezen des Genadeverbonds"..
Afd. I, art. 5,- § 20 : De tweede vrucht van de geheele vernedering van Christus is de afsterving der zonde , dewelke tot het tweede deel des verbonds behoort. Want omdat de zonde door Godsrechtvaardig oordeel gewoed heeft over het menschelijk geslacht, zoo is er, aangezien dat Zijnen toorn door de vernedering des Zoons gestild is, beide, voor de zonde voldaan, en haar de kracht benomen, dat zij in diegenen, dewelke door het geloof met Hem vereenigd worden, niet meer kan heerschen. Rom. 5 : 6—8. Welk geloof de Hoogepriester ook voor ons verworven heeft en bewaard, Joh. 17 : 15, 20, 21; Luk 22 : 32.
Daarom wordt er gezegd: Hiertoe is de Zone Gods geopenbaard, opdat Hij de werken des duivels verbreken zoude 1 Joh. 3 : 8. Derhalve zoo is de Zone Gods (dewelke terbevestiging van het genadeverbond gekomen was), niet alleen gestorven, opdat Hij voor de zonde zoude genoegdoen, maar ook opdat Hij door de genoegdoening de zonde als een werk des duivels verstoren zoude. Want door de genoegdoening heeft Hij beide den vloek weggenomen, en de zonde haar kracht om te woeden (en ons onder hare en des doods macht te houden, dewelke geheel en al in Gods rechtvaardig oordeel, waaraan Hij voldaan heeft, gelegen was), benomen : mitsgaders ook deze genade voor ons verworven; dat Hij door den Heiligen Geest de zonde in ons doodt, die wij door éénen Geest tot één lichaam met Hem zijn vereenigd geworden, 1 Cor. 12 : 12, 13; Joh. 17 : 20—23. Of opdat ik het een weinig klaarder zegge: de vleeschgewordene Zone Gods is gestorven, opdat Hij den toorn Gods zoude stillen, dewelke gestild zijnde, de kracht der zonde zoowel om te verdoemen, als om in ons te heerschen , verbroken is geworden, Rom. 6 : 10—12.
Want beide deze kracht vloeide uit Gods rechtvaardigen toorn voort. Overmits nu Zijn toorn niet alleen gestild is, maar wij ook begenadigd geworden zijn in den Geliefden (Eph. 1 : 6. Insgelijks Joh. 17 : 23: Vader . . . . opdat de wereld bekenne, dat Gij Mij gezonden hebt, en haar liefgehad hebt, gelijk Gij Mij liefgehad hebt), en overmits wij uit die fontein der liefdeen op de voorbidding des Zoons op de aarde gedaan, dewelke eene eeuwigdurende kracht heeft in den hemel, met den Heiligen Geest beschonken (begiftigd) zijn, zoo verliest de zonde haar rijk in ons, totdat ze ganschelijk verga. Joh. 17 : 19—23.
Hierop ziet ook de Apostel als hij zegt: dat gevoelen zij in U, 't welk ook in Christus Jesus was Phil. 2 : 6. Van gelijken Eph. 4 : 20, 21 doch gij hebt Christus alzoo niet geleerd,, indien gij maar Hem gehoord hebt, en door Hem geleerd zijt, gelijk de waarheid in Jesus is.


1) „Door Zijne kracht" wil niet alleen zeggen : door de kracht van Christus, maar „door de kracht van den dood van Christus." In het Hoogduitsch heet het: Was bekornmen vvir mehr fiir Nutzen aus d e m Opfer und Tode Christi am Kreuz ? Antw. Dass durch Seine Kraft u. s. w. — De inhoud der v r a a g vereischt onze uitlegging.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 november 1889

Amsterdamsch Zondagsblad | 6 Pagina's

Opmerking bij Vraag en Antwoord 43 (Zondag XVI) van den Heidelbergschen Catechismus.

Bekijk de hele uitgave van zondag 10 november 1889

Amsterdamsch Zondagsblad | 6 Pagina's