Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

6. Het getuigenis van Jesus aangaande de deelgenooten van Zijn Rijk. (Vervolg.)

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

6. Het getuigenis van Jesus aangaande de deelgenooten van Zijn Rijk. (Vervolg.)

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

Nog meer echter dan in die sacramenteele handelingen gelegen is, betoont Jesus door de plechtige belofte hun den Heiligen Geest te willen geven. De Geest Gods treedt op den voorgrond. Zoolang de Heere bij hen was, had Hij de deelgenooten van Zijn Rijk geleid, hen onderwezen en bij het geloof bewaard, Luk. 22: 32; Joh. 17: 9, 12. Nu echter zou de Heere Zijn leven laten voor de Zijnen, en belooft Hij hun, hen niet als weezen achter te laten; Hij belooft hun eenen anderen Bijstand en Trooster, namelijk den Heiligen Geest, Joh. 14: 16 —18. De Heere zegt Zelf, dat het hun goed is, dat Hij heenging, anders kwam die Trooster niet, Joh. 16: 7. Hij wenscht voor Zijne discipelen eenen alles te bovengaanden vasten en zekeren Bijstand en Trooster en Raadgever des harten, als het ware eenen advocaat tegen den aanklager. Deze Heilige Geest wordt ontwijfelbaar door Christus als Persoon aangeduid. Hij zal hun eenen anderen Trooster geven. Wij hebben het niet te doen met een beginsel, maar met een Persoon. Wij vergelijken daarmede de plaatsen, waar de Heilige Geest uit eigene beweging Zich als Persoon voordoet: Hand. 10 :19,20; Hoofdst. 13; deze Heilige Geest verscheen als Persoon, als Plaatsbekleeder voor Christus. De nieuwere theologie is ook op dit gebied geheel op Pelagianisme geschoeid. Hetgeen deze nieuweren „Heilige Geest" noemen, is slechts een hooger beginsel, eene kracht, die geene kracht is, een onpersoonlijke nevel, die niet in beweging kan brengen, tenzij de mensch zijn best daartoe doet, kortom een beginsel, dat uit de beschouwing der leer van Christus genomen is.
Deze Heilige Geest verscheen op Pinksteren niet voor het eerst, al had Jesus beloofd Hem van den Vader te zenden. Van het begin der wereld af was al het geloof Zijn werk, Gen. 5: 24, 29. Het geloof van Abraham, de gebeden van David, de profetiën der Profeten, dit alles geschiedde dooiden Heiligen Geest. Reeds bij de schepping der wereld vernemen wij, dat de Geest Gods over de wateren zweefde, eene plaats, waardoor op eens Zijne geheele beteekenis (physiogonie) ons duidelijk wordt. Nu echter zou de Heilige Geest komen en antwoord brengen van het Hoofd en den Verlosser, antwoord aan Zijne Gemeente, die Hem hier ontbeert, antwoord aan de Bruid van haren Bruidegom in den hemel, bevestiging, dat Hij ook in den hemel aan haar denkt, en dat Hij bij den Vader voor haar bidt; antwoord, dat aan hunne verbintenis niets meerin den weg staat, en dat alleen nog achterblijft, dat de Gemeente ook in den hemel worde opgenomen, om hier met Christus eeuwiglijk te regeeren en te overwinnen ; kortom het antwoord, darde Gemeente eenen verzoenden Vader heeft in den hemel. Zulke tijding werd door de uitstorting des Heiligen Geestes meegedeeld. De Heilige Geest komt in de harten en wekt hier en bevestigt het geloof in Christus, en heeft zoo eenen band gelegd tusschen den Heiland in den hemel en de Gemeente hier op aarde. Het komen des Heiligen Geestes heeft beteekenis voor de heilsgeschiedenis, maar niet liet karakter, dat voor het eerst de Geest Gods op het volk Gods nederdaalde. Zijn komen staat in verband met het heengaan van Jesus tot den Vader. Deze Geest heeft reeds voortdurend verborgen gewerkt in de Gemeente en kwam hier tot volle openbaring, en wel tot een onderpand, dat Christus troont ter Rechterhand des Vaders als liet verheerlijkte Hoofd van Zijne Gemeente, en om nu voortaan de gaveu , die Hij verwierf voor Zijn volk , te laten nederdalen tot bewaring van Zijne K e r k , Ef. 1 : 8; Psalm 68; 1 Cor. 12.
Zoolang de Heiland in de wereld was, bewaarde Hij Zijne discipelen, Joh. 17: 12, zoodat zij niet verloren gingen; nu echter ging Jesus uit de wereld tot den Vader, zonder nochtans Zjjne discipelen als weezen achter te laten, integendeel in alle omstandigheden vertegenwoordigt de Geest Gods den verhoogden Verlosser bij de Zijnen, Joh. 16: 13. De Geest Gods put uit de altijd vlietende fonteinen, Hij neemt alles van Jesus, Hij spreekt niet uit Zichzelven (niet uit Zijn eigen), zooals de valsche profeten doen, die eigene gedachten brengen, Joh. 16: 14. En hier sluit zich datgene aan, wat Jesus omtrent dezen Geest beloofd had, Joh. 14, 26. Hij zou den discipelen alles indachtig maken, wat zij weleer reeds hadden vernomen. Nu, zij hadden gehoord woorden des levens, Joh. 6 : 69. Hetzelfde zal de Heilige Geest brengen. Hij opent hun het recht verstand van Hozes en de Profeten, verder het verstaan van hetgeen Christus had gezegd. Zoo werd door den Geest een zuiver volkomen getuigenis van Christus bewerkt, en Christus zette door het getuigenis Zijner discipelen Zijn mondeling getuigenis voort. Door herinnering des Geestes aan al hetgeen Christus had gezegd, ontstonden nieuwe woorden, en uit die woorden geschriften van de Evangelisten en Apostelen. Deze geschriften werden de alles beslissende bron der leer, zij werden de regel voor de leiding en regeering der Kerk, het middel in de hand des Heiligen Geestes, om tot de wederkomst van Christus het geloof in de harten 'e planten en daarin te bewaren. Dit alles rust op deze toezegging: Die zal u in al de waarheid leiden, Joh. 1 4 : 2 6 . Aan dit Woord is reeds door Christus de kracht toegeschreven te reinigen, te verlichten en door dealzoo verkregen waarheid vrij te maken, Joh. 15 : 3 ; 8 : 3 2 . Dit Woord moet volgens Jesus' getuigenis gepredikt worden, Matth. 1 0 : 6 ; Mark. 3 : 1 4 ; Matth. 2 8 : 19; 24: 14. Daarom heetten Zijne discipelen : Apostelen, gezanten, boden. Christus duidt Zijn Woord aan als het zaad, dat op den akker gezaaid wordt. Dit Woord brengt eene crisis voor eenen iegelijk bijzonder en voor het volk, Joh 3 : 19; 16 : 9, verder beveelt Jesus het blijven in het Woord aan, en dit is hetzelfde als het blijven bij en in Hemzelven, Joh. 14 : 28; 15 : 7, 10. Eindelijk wordt het Woord in den mensch afzonderlijk tot eene fontein van levend water, dat alles verfriseht, Joh. 4 : 14; 7 : 38. Op zoo verhevene wijs leert Jesus ons denken van het Woord. Het is op het nauwste verbonden met den Geest Gods. Het een is niet zonder het ander. De Heilige Geest vertegenwoordigt bij de discipelen den Heiland, en Hij droeg zorg, dat zij niet alleen stonden in den harden strijd. Dit was ook daarvoor noodig, opdat de discipelen eene bepaalde ordening en instelling verkregen. Zulk eene inrichting en samenstelling heeft Jesus den Zijnen niet achtergelaten, zulks was den Heiligen Geest voorbehouden. Jesus had alleen bij gelegenheid aanwijzingen over de instellingen, welke in de gemeenschap Zijner discipelen plaats zouden vinden, gegeven. Dat deze discipelen eene gemeenschap zouden vormen, dat heeft Jesus door den omgang met de twaalven)» verder met de zeventig genoegzaam voorbereid. Dat uit deze gemeenschap eene Kerk zou worden met bepaalde instellingen, dat heeft Hij nergens geleerd, maar als ongetwijfeld ondersteld. Deze ixx).rj<sia (ecclesia) komt overeen met de Joodsche Zij is het uitwendige, tastbare organisme, binnen welk als een nauwere, maar onzichtbare kring de ware Kerk haren zetel heeft, welke diegenen omvat, in wie het Rijk Gods in waarheid is opgericht. Tot die uitwendige Kerk behooren allen, die, hetzij inwendig, hetzij uitwendig den Naam van Christus belijden en zich laten doopen. Wijl deze zichtbare Gemeente uit zichtbare personen bestaat, die eenen vorm noodig hebben, zoo heeft de Heere haar allereerst grondslagen gegeven, waarop zij zich heeft op te bouwen. (Wordt vervolgd.)

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 juli 1890

Amsterdamsch Zondagsblad | 6 Pagina's

6. Het getuigenis van Jesus aangaande de deelgenooten van Zijn Rijk. (Vervolg.)

Bekijk de hele uitgave van zondag 6 juli 1890

Amsterdamsch Zondagsblad | 6 Pagina's