Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Aanteekening op 1 Thessalonicensen 4 : 1—8.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Aanteekening op 1 Thessalonicensen 4 : 1—8.

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Vers 1. „ V o o r t s d a n , b r o e d e r s ! wij b i d d e n en v e r m a n e n u in den H e e r e J e s u s , g e l i j k g i j v an o n s o n t v a n g e n h e b t , hoe g i j moet w a n d e l e n en G o d e b e h a g e n , dat g i j d a a r i n meer o v e r v l o e d ig w o r d t . " Waarom de Apostelen, die toch bevelen kunnen, de Gemeenten bidden en vermanen? Zij zien ze aan als dienstknechten van Christus, als van God geliefden en uitverkorenen, als vrijgelatenen des Heeren. Het is daar alles ontferming en hartelijke liefde, gelijk als men tot dengene, dien men liefheeft, zegt: Ik bid u om alles, doe dat toch niet; gij zult u daarmee in het verderf storten. Het vermanen intusschen maakt het bidden scherper. Zij bidden en vermanen in den Heere, onzen Heere, Die ons vrijgekocht heeft tot Zijn eeuwig eigendom, in den Heere Jesus, Die toch Zijn volk zalig maakt van hunne zonden. Het is eene groote genade en gave, de geboden te weten, te weten hoe men wandelen moet en Gode welbehaaglijk kan zijn. Dat wisten wij niet, toen wij God niet kenden; toen zaten wij neder in eene schrikkelijke verblindheid en duisternis. De gezondheid der kranke deelen aan het ééne lichaam, van hetwelk Christus het Hoofd is, moet altoos volkomener worden.
Vers 2. „Want g i j w e e t , wat b e v e l e n wij u geg e v e n h e b b e n door den H e e r e J e s u s." Wij hebben voortdurend noodig, herinnerd te worden aan de bevelen; wij mogen geen dag of week zonder onderricht blijven. Wij zijn heel spoedig alles vergeten. De bevelen geven de Apostelen door den Heere Jesus, Die ons als onze eeuwige Koning en getrouwe Zaligmaker bij de verkregene zaligheid alzoo bewaart.
Vers 3. „Want d i t is de w i l l e G o d s , uwe h e i l i g - m a k i n g : d a t g i j u o n t h o u d t v a n de h o e r e r i j . " Het is de wille Gods in het algemeen, dat wij zalig worden. Hier is sprake van eenen bijzonderen wil. Heiligmaking is hier kuischheid. God wil een onbevlekt, een onberispelijk lichaam (1 Thess. 5 : 23.) — „Onthoudt", — het stroo brandt niet, als het van het vuur verwijderd wordt gehouden.
Vers 4. „Dat e e n i e g e l i j k van u w e t e , z i j n v a t te b e z i t t e n in h e i l i g m a k i n g en e e r e . " „Vat" is het vat der ziel en des geestes, dus het lichaam.
Vers 5. „Niet in k w a d e b e w e g i n g der b e g e e r - l i j k h e i d , g e l i j k als de H e i d e n e n , die God n i et k e n n e n . " Dat beschaamt en buigt ons.
Vers 6. „Dat n i e m a n d z i j n e n b r o e d e r v e r t r e d e, n o c h b e d r i e g e in z i j n e h a n d e l i n g , w a n t de I l e e re i s e e n w r e k e r over d i t a l l e s , g e l i j k w i j u o o k te v o r e n g e z e g d en b e t u i g d h e b b e n . " Twee ondeugden zijn allerwegen heerschend, wij zien het in de gansche kerken wereldgeschiedenis: hoererij en geldgierigheid. In dit ziekenhuis liggen wij allen krank.
Vers 7. „ W a n t God h e e f t ons n i e t g e r o e p e n tot o n r e i n i g h e i d , maar tot h e i l i g m a k i n g . ' ' Lees: in h e i l i g m a k i n g . Onreinigheid was voorzeker niet het doel, maar de toestand, waarin God ons riep De grond, waarop Hij ons overtrok, was heiligmaking, een heilig gemaakt zijn. (1 Cor. 6 : 11.) De beide genoemde ondeugden waren derhalve ook in deze Gemeente aanwezig. De Apostel verwerpt de Gemeente volstrekt niet, maar bidt en vermaant. „De Heereis een wreker", enz. (Ys. G). Eenigen slaan deze dingen in den wind, schuiven ze op den ouden menseh, zijn zoo hoovaardig, dat zij meenen, dat deze ondeugden natuurlijk zijn en zonder schade aan de hand gehouden kunnen worden. Het Koninkrijk van Christus is evenwel geen koninkrijk, dat zulke zonde ongestraft gedoogt. Daarom dreigt de Apostel met den toorn Gods. Het Koninkrijk van Christus verdraagt echter wel degenen, die over zulke zonden berouw hebben. Hoererij is eene ziekte, die men genezen en verhelpen moet door de prediking, dat God ons tot het heilig gemaakt zijn geroepen heeft.
Vers 8. „Zoo d a n , d i e d i t v e r w e r p t , die v e r w e r pt g e e n e n m e n s e h , m a a r God, D i e ook Z i j n e n H e i l i - g e n G e e s t in o n s 1 ) h e e f t g e g e v e n." De Apostel zegt niet: „gegeven heeft in o n s " , maar: „gegeven heeft in u li e d e n " . Uw lichaam is immers een tempel des Heiligen Geestes. (1 Cor. 6 : 13—20.) Er waren altoos valsche broederen, die deze bede en vermaning verachtten, en hun lichaam het oude zwijn nuemden, dat niet anders kon dan zich in zijnen drek wentelen. Yoor zooverre wij zeiven, zonder ons daarom aan de werkelijke hoererij schuldig te maken, moeten belijden, hoe wij ons wegens den vleeschelijken lust aan te klagen hebben, moeten wij ons vanwege denzelven ons leven lang aanklagen; en daartegen onze toevlucht in het geloof tot de apostolische waarheid nemen, dat ontegenzeggelijk onze oude mensch niet anders dan met Christus gekruisigd, gedood en begraven is, en wij in Christus en met Christus opgestaan zijn en opgewekt worden door den Geest der genade en der heiligmaking, als een nieuwe mensch, en wel verstaan, dat wij ook tegen deze ondeugden, gelijk ook tegen onze gansche verdorvene natuur, ons leven lang te strijden hebben.
Er waren in de Gemeente eenige leden, die zich aan zulke ondeugden schuldig maakten. Waar nu zulke leden krank zijn, gaat dat de geheele Gemeente aan. Hoe meer deze ondeugden afnemen, des te volkomener wordt de Gemeente. Maar wee eenen iegelijk, die zulks veracht, en wee eenen iegelijk, die de genezing ergens anders zoekt, dan bij het zegevierend Hoofd Christus Jesus, in het geloof der waarheid!
22 November 1862.


1) Zoo luidt de tekst in onze Statenvertaling, terwijl daarbij wordt aangeteekend, dat zulks kan verstaan worden niet enkel van de Apostelen, maar van alle Christenen, die door Gods Geest zijn geheiligd. — Intusschen wordt in de oude Handschriften naast de lezing 7><ic, d. i. ons, die van r/tü?, d. i. u l i e d e n , gevonden, waarop de aanteekening ingaat.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 november 1895

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's

Aanteekening op 1 Thessalonicensen 4 : 1—8.

Bekijk de hele uitgave van zondag 3 november 1895

Amsterdamsch Zondagsblad | 8 Pagina's