Contra-memorie in zake het Amsterdamsch conflict - pagina 106
104 wijt
27.
.§
MISDRIJF,
OF VERSCHIL
VAN OVERTUIGING.
te hebben gebezigd", zoomin hier als op blz. 25 Kuyper en Dr. Rutgers, zelf geheel van „opruiende"' pleiten, zoolang verzuimd wordt, wat in rechten altoos
van „opruiende taal
ten aanzien van Dr.
strekking eerste
is
eisch
te
vrij is,
t.
w.
om
die opruiende taal zou
§ 27.
er de letterlijke uitdrukking bij te voegen,
waarin
hebben bestaan.
Misdrijf, of verschil
van overtuiging.
Uit de dusver verstrekte toelichting is lichtelijk op maken, wat te oordeelen zij van het grooter deel beweringen, die de Classicale Memorie onder den vorm van „Noodige inlichtingen" aanbood. In de Contra- Memorie is niet beweerd^ maar telkens met de stukken en feiten bewezen^ hoe de voorstelling der Classicale Memorie slag op slag feil ging. Toch dient hier ter juiste beoordeeling nog aan toegevoegd, dat deze vele vergissingen zich gereedelijk daaruit laten verklaren, dat het Classicaal Bestuur uit zijn eigen archief weinig te dezer zake dienende putten kon, en van andere stukken grootendeels verstoken was. De stellers der Contra- Memorie waren ten deze gelukkiger, doordien het rijke Kerkvoogdij -archief te hunnor beschikking wierd gesteld, en reeds vroeger kopie door hen genomen was van de voornaamste stukken uit Toch zou de Contra- Memorie nog veel het archief van den Kerkeraad. meer hebben kunnen leveren, om het ongelijk der Classicale Memorie Deze was te bete doen uitkomen, indien de tijd ruimer ware geiveest. perkt. Eerst was een termijn gesteld, die slechts vier dagen voor het schrijven liet; later wierd deze termijn verlengd tot één Maart; maar ook zoo bleef voor geheel de bewerking van deze Contra- Memorie toch niet meer dan een goede acht dagen over. Maandagavond wierd op den 15e» Februari de Classicale Memorie ontvangen. De 16e verliep met de voorbereidende werkzaamheden, en, eerst den I7den begonnen, moest de arbeid (met uitvallen van den Zondag) reeds den 26sten des namiddags gereed zijn, om Zaterdagavond den 27sten de pers te kunnen verlaten. Feitelijk
Heiland beleden; eene scheuring, waarvan de gevolgen zelfs in de huisgezinnen werden gezien en gevoeld. Vervolgens werd opgewekt tot schuldbelijdenis, want het verlaten van den Heere en zijn Woord werd de diepste oorzaak van deze scheuring genoemd, en daarom nadruk gelegd op de zonden van ontrouw en ongehoorzaamheid, welke de Opzieners in hun ambt bedreven hadden, en alzoo de weg gebaand om op te wekken tot bekeering. Dit nu opruiende taal te noemen, is allerminst te verklaren in mannen, gelijk de meeste leden van het Classicaal Bestuur zijn, die weten en onrecht noemen, dat de Heere Christus aldus beschuldigd, ja daarom gekruisigd werd. Opruiende taal te bezigen, met het doel om de hoorders op te hitsen tegen anderen, is eene groote zonde. David bad dat de Heere God den raad van Achitofel mocht te niet maken, en zoo mogen wij bidden om vernietiging van den 7^aad, maar geenszins van den persoon dergenen, die ons tegenstaan. Aan dit voorbeeld herinnerde Ds. C. A.' Renier zijn hoorders op 26 Januari in de Nieuwezijdskapel."
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's