Contra-memorie in zake het Amsterdamsch conflict - pagina 102
!
100
;
:
DE HOUDING DER GESCHORSTEN.
§ 25.
Amsterdam, 29 Januari 1886.
Aan
College
hel
van Diakenen der
Ned. Herv. Gemeente alhier.
Waarde Broeders Terecht onderstelt Gij dat niets mij meer tegen de borst zou stuiten dan ook maar iets na te laten, wat in mijne macht stond te doen, om te voorkomen, dat aan de armen onzer gemeente ook maar de allergeringste schade zou berokkend worden. Van heeler harte verklaar ik mij dan ook bereid om in de bestaande moeielijkheid uw College ter wille te zijn door buiten praejudice van alle rechten, in uw midden te komen, de deur der brandkast te helpen openen en de verlangde stukken er uit te doen nemen, om daarna de deur weder te sluiten en den sleatel mede te nemen indien Gij mij dit slechts mogelijk maakt. Reeds deed het mij goed uit uw schrijven te zien, dat niet een onbevoegd bestuur maar de Diakonale Vergadering zelve mij een zoo broederlijk schrijven zond. Kunt Gij mij verzekeren, dat ik, voor de uitvoering van bovengenoemd aanbod ook alleen door uw College zal ontvangen worden, zoo kom ik op uw eerste citatie. Hoogachtend en met heilbede, ,
,
,
,
,
,
,
üw, Dw. Cm;,
g.)
S.
J.
Br.
SEEFAT.
De heer Seefat heeft dus volstrekt niets aan de Diaconie geweigerd. Integendeel, zoodra Diakenen zwegen van het Classicaal Bestuur, was hij hun aanstonds ter wille en reeds driemaal zijn er dan ook met zijn ,
goede hulp stukken gelicht. Maar wat hij wel weigerde, was, om zijdelings de optreding van het Classicaal Bestuur in het College van Diakenen te erkennen toen dit en niet het College zelf, hulpe vroeg. Bovendien kan noch mag men zulk een sleutel afgeven, zonder décharge van Beheer te hebben en rust alzoo de verantwoordelijkheid voor het tijdelijk ontstane ongerief volstrekt niet bij den heer Seefat, maar wel bij het Classicaal Bestuur, dat de gevolgen der schorsing niet had doorgedacht. 5*^*. Wordt geklaagd, dat de heeren Dr. F. L. Rutgers en P. Goedhuys de protocolboeken en archiefstakken dusver niet afgaven. Dit kleedt de Classicale Memorie in deze termen in weigeren den tegenwoor„ Zij digen Kerkeraad te erkennen, maken zich dus schuldig aan verzet en aan verstoring der orde, zoo niet aan verduistering van stukken., die den Kerkeraad toekomen" (blz. 26). Het hier volgend contra-exploit bewijst de onjuistheid ook van dit beweren ,
,
;
:
In den jare 1800 zes en tachtig den Achtsten Januari, ten verzoeke van 1". P. Goedhuys, wonende te Amsterdam aan de Heerengracht 192, 2. Dr. F. L. Rutgers, wonende te Amsterdam aan de Keizersgracht 192, kiezende mijne requiranten ten deze domicilie ten kantore van Mr. Th. Heemskerk, advocaat en procureur, Falckstraat 4, te
Amsterdam.
Heb in het
ik Frederik Willem Beuningh, deurwaarder bij de regtbank tweede kanton arrondissement Amsterdam, aldaar wonende
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1886
Abraham Kuyper Collection | 136 Pagina's