Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

"Sion door recht verlost" - pagina 19

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

"Sion door recht verlost" - pagina 19

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

17

zou

wilt

maar

doem schuldige,

de

die zich niet aan zijn ziel, neen,

God

aan het heiligste in zijn

zou

Inimanuël,

vergreep, en zijn Goël, zijn

de hel ontkomen,

I/ij

zijn helschen

in

angst

moest zien sterven, wat zou zulk een aan de bekeering van anderen gaan staan zijn

God

hij.

Nu

zijn

God

zijn

in

gaat

Neen, maar er

?

zijn

op

niet

gebukt onder,

er

ziel

de straten

om hem

gen

heen nog

God

tijden

hij

Gods

!"

dat

hem nu

ligt

mijn

God

mijn

eigen

God

te

:

mijnd heb!"

de goudmijn van

En nu

gerechtigheid te

van

onrecht

dorst

;

perst,

houden

;

ik

was die

en

ik,

ik

;

ben

in

is

opsomt

maar

;

was;

om

nu dringt het hem

dat

nu

dien heiligen God, die ook

inbracht

hierin

hierin,

ik hel) het

Adam

die

die in

het,

om

te

alles in

keeren

;

God de

om nu

onder-

ziel,

om

voor de

roepen, en alzoo te verkondigen de deugden

zijn

wonderbaar

Heere onze gerechtigheid!" hij

geworpen

Godes

al

En

verscholen.

en eigen vleesch en eigen levenskring, door

die scha te beteren

en

wordt Sion

verdenken, het geloof aan dat recht van mijn -

dat

liefde als inzijnde.

heb naar Satan geluisterd

God

schuldig huis

al

is

als

zoek het

;

niet dat hij al zijn overtredingen

»Ik

mijn

dat recht

nu de

och, die ziet hij in de diepte der zee

geloofd,

ziel

pijn,

van

zelfs

alleen door dat recht

barmhartigheid

nu de ootmoedigheid, bekent

zijn

hem

de genade ontspringen. Onder den bo-

hij

van dat recht

hij

het

het voor aller oor wel als uit

»Pleit toch niet tcf/en

:

ondoorgrondelijke

dat

teeder,

walgt

Hij

Tn dat recht ziet hij

Uit dat recht ziet

dem

zou

builen dat recht,

niet

behouden

is

te-

met een gestolen genade, bepleistering van

dat,

dat Recht predikt, en hij willen schreeuwen

en

;

de kerke des Heeren,

En nu doet

krenken.

hoort

recht

dat nog niet

;

hulde en eere biedt

conscientie

gevoelig geworden.

vrome roepen,

toch

tot in

alles,

ingaat. Zijn

recht

dat

bij

dat dat recht van

wordt uitgeroepen

een ieder aan dat recht van zijn dat

teedere liefde voor

onder die liefde verkwijnt

uitgestort, en

ziel

nu een

is

is

hem licht,

uit

de duisternis uitriep »Je//ova Tzidkenu, de

zijn juichkreet

geworden.

En als

dan hoort, dat weer een prediker opstond, die een bazuin 2

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 38 Pagina's

Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1887

Abraham Kuyper Collection | 38 Pagina's