De twaalf patriarchen - pagina 31

I

I

I

I

I

I

I

I

)

I

I

I

V.

DE PATRIARCH DAN. Een slang aan den weg. Gen. 49

een leeuwenwelp

Judii

Jacob

wien ivc(j

en vlak op

;

stervend profeteert, „dat

om

zal zijn,

hem hij

:

17.

volgt Jban, van

een slang aan den_

derwijs het paard in de verzenen te bijten,

dat zijn ruiter achterovervalle."

Xiet kleine

stofslang,

het

stof'

het

paard

en

in

over

den

snelheid

tong

een

als

slanof

die

weg komt

den

maar

als een soort

zich geheel inwoelt en inkronkelt in

het zand dat op den

slanken

in de pees

jremeen,

het

in

nek

ligt,

en nu, als

rennen, met ongelooflijke

opbuigt,

van het paard

weg

den

invlijnit,

kop opwipt,

zijn

en zijn gif in het

dier overstort. I)<iii

is

niet

uit

Lea,

Kachels vertrouwde slavin,

maar, uit

onder

Rachels hoede, uit

Bilha geboren. Hij en Naftali.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen