E voto Dordraceno - pagina 187
toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Tweede deel.
ZOND. XXI&. HOOFDSTUK IV.
Maar soms soon,
is
dit
Christus
buiten
die
Soms
toch anders.
sterft,
187
het sterfbed ran zulk een per-
is
en het
vreeselijk,
is
gezien hoe zulke
rampzaligen ouder de vreeselijkste vervloekingen, die hun lippen uitbraakten,
met hun
nog
God
laatsten ademtocht
gruwelijk lasterden, tot ze einde-
machteloos ineenzonken, en hun tong verstijfde in hun mond.
lijk
zijde
van het graf
hun toestand voor dezulken
niet mogelijk
Toch
aan
is
ziel niet
want
geestelijk licht ving
hun
hun oogen hangen. van
altoos de uitwerking
is
dit
gestalten en onware verhoudingen,
we
en klare ontdekking over
volle ;
op; en de sluier van het aardsche leven bleef tot aan hun jong-
sten snik voor
Dit
deze
aardsche leven.
We
zien hier schijn
maar de wezenlijkheid der dingen
zien
hier niet.
Gods algemeene genade wrocht dat zondaar niet zou
den
weggenomen, en
hij
Als
ziel
ingaan, dan
van
ziet,
heeft dat
dan
waande
God
aan
van het aardsche leven wegvalt,
scheidt,
ook zonder geestelijk
zich
wierd
uit.
die sluier
lichaam
het
der dingen, gelijk ze voor hij
hem
de dingen zag gelijk ze waren.
eindelijk, eindelijk
on^e
omdat het leven op aarde voor
zijn uit te houden, zoo die sluier voor
Maar met den dood en
zoo,
en we in de klare eeuwigheid de verlorene de wezenlijkheid
licht,
bestaan, en wijkt het zelfbedrog,
band van den levenden God
de
te
waarmede
kunnen ont-
trekken.
Dan
valt hij in de
kelijk het
En
is.
toch
is
Neen ook
maar
handen van dien levenden God en
Want God er hij
is
hem dan
dan geen roepen, dat God onrechtvaardig dringt dan niet uit
God en het
conscientie.
Ze voelen, weten en bekennen dan, hoe ze dien
lijk
tegen wat liefde ze zich hebben verhard.
'i
Men
al
de dagen van hun aan-
God gehoond, verworpen en miskend hebben. Ze
zijn
het
getuigt:
is.
besluit zijner verwerping,
verworpenen zien in dat vreeselijk besluit door het prisma van
alle
hun verschrikte
En
voelt hoe schrik-
een verterend vuur.
eind
is,
dat
de
zien
innerlijke zelfverscheuring tot
Ik heb mijn God verworpen, en daarom verwerpt
vraagt ons of
we wel
dan klaar-
hun inwendig Hij mij!
^)
terecht de uitverkie3ing in onderscheiding van ie praedeatinaiie op
den Christus toepasten. Hierop diene ten antwoord dat de Christus niet uit velen verkozen
is
en dus in dien zin niet uitverkorene kan heeten. Maar dat de daad der uitverkiezing, in zooverre ze
is
een aanzien in eeuwig welbehagen, ook van
Hem
geldt.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904
Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's