Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

E voto Dordraceno - pagina 173

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

E voto Dordraceno - pagina 173

toelichting op den Heidelbergschen catechismus. Tweede deel.

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

;

ZOND. XXI&. HOOFDSTUK

dagen uw toe?lucht neemt

onzer

van Gods eeuwigheid,

als

173

III.

tot een pantheïstisch getinte opvatting

zou deze eeuwigheid Gods elke tijdsorde, en dus

ook elk vroeger en later, in Gods werken uitsluiten

op de stelling

God

:

heeft u niet uitverkoren,

maar

wat neer zou komen

;

is

de steeds en ook mi

nog de u verkiezende God. Toegegeven toch, dat het ongerijmd

Gods

is,

eeuwigheid te verstaan als louter eindelooze uitbreiding van aanzijn voor

na

en

den

Tijd

alsmede dat Gods eeuwigheid het

;

Wezen op

elk oogenblik insluit

aan

menschelijke voorstelling van Gods werk.

zelf stelt

onze

den

Tijd; deelt zelf in de Schrift

des gen.

En

der ivereld.

legging

ook

al

ware

menschen nooit anders eenige

Ons denken houdt

onderscheiding

van

zijn

Immers God schiep

werken naar tijdsorde iü; en

den Tijd liggende, vóór de grond-

dit niet zoo,

dan nog zou een kind

voorstelling van de zaak

op, zoodra

tijdsorde

kunnen

krij-

de opvolging der oogenblikken en de ons

voor

ophoudt.

En

zoo

blijkt

dat de

ons geen stap verder brengen, en hooglijk

ook

op

dit

punt

loopen

om

de

grenslijn

Ethischen gevaar

der

zijn

als buiten

de verkiezing zeer beslist

volle zijn

zoo baat u dit toch niets, zoodra ge toekomt

;

Heeeen, en ons gestadig worden,

tusschen het eeuwige zijn des Heeren, uit te wisschen.

DERDE HOOFDSTUK. Maar gy

zyt een uitverkoren geslacht. 1 Petr. 2: 9.

Veel

misverstand

zijn,

indien

feit,

dat

men

zou in het stuk der Eeuwige Verkiezing voorkomen

ernstiger rekenschap

had gehouden met het veelzeggend

de Heere niet enkele losse, op zichzelf staande personen,

maar

een volk heeft verkoren, een geslacht, een lichaam ouder een Hoofd, een geestelijk organisme.

Dat

dit zoo

is,

blijkt uit drie feiten.

Vooreerst uit het volk van Israël.

Uit heel het Oude Testament

blijkt namelijk,

dat Israëls volksverkiezing

de Eeuwige Verkiezing tot zaligheid afschaduwde en verzinbeeldde. Telkens

en telkens wordt in de Heilige Schrift op de verkiezing van Israël gedoeld niet

als

verkiezing

op

de

van

verkiezing heel

maar van het volk

van

enkele personen,

het volk. Niet

maar

als

geldende de

van het volk in een verre toekomst,

in heel zijn bestaan, al de

oogenblik van zijn tijdelijke verwerping.

eeuwen

door, tot op het

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904

Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's

E voto Dordraceno - pagina 173

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1904

Abraham Kuyper Collection | 667 Pagina's