Sociale hervormingen - pagina 151
voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel II.
207
Kon men dus dezerzijds niet medegaan met hen, die boven ééne algemeene regeling aan verschillende regelingen voor verschillende soorten van arbeiders de voorkeur zouden schenken, wel meenden verscheidene leden, dat aan nog meerdere bepalingen van de voorgestelde regeling, door verwijzing naar verordening of gebruik, een rekbare inhoud zou kunnen worden gegeven. De Kamers van Arbeid zouden dan in de gelegenheid worden gesteld, in meerdere gevallen daaromtrent haar gevoelen te uiten en op het tot stand komen van nieuwe gebruiken invloed te oefenen. Deze leden gaven er hun leedwezen over te kennen, dat in het ontwerp op dit punt is afgeweken van den voorarbeid van mr. Drucker, waar vaker dan in het ontwerp naar verordening of gebruik werd verwezen. § 8. Met betrekking tot enkele categorieën van arbeiders werden nog de volgende opmerkingen gemaakt. Volgens art. 1637 o zullen de bepalingen van het ontwerp niet gelden voor de overeenkomst tusschen de reederij en den schipper en voor die tusschen den schipper en de scheeps-officieren en scheepsgezellen en blijkens de Memorie van Toelichting (bladz. 16) wordt deze uitzondering gemaakt, omdat er geene aanleiding bestaat waar in het Tweede Boek van het Wetboek van Koophandel deze arbeidsovereenkomsten opzettelijk zijn geregeld, daarin thans verandering te brengen. Men meende aan de gegeven toelichting de beperkte beteekenis te mogen hechten, dat de Regeering deze gelegenheid niet geschikt acht om in de regeling der bedoelde arbeidsovereenkomsten wijziging te brengen en vertrouwde, dat men haar niet zou hebben te verstaan in dezen zin, dat de Regeering de in het Wetboek van Koophandel getroffen regelingen zoo goed acht, dat wijziging haars inziens niet noodig is. Immers het staat vrijwel vast, dat de omtrent het arbeidscontract van zeelieden bestaande bepalingen aan de eischen des tijds niet meer beantwoorden en wijziging behoeven. Niet lang geleden heeft ook de Kamer van Koophandel te
Rotterdam
zich in dien zin uitgesproken. gesteld, of het wel aangaat, de bepalingen
De vraag werd
van
het ontwerp zonder meer van toepassing te doen zijn op de beambten en bedienden der spoorwegdiensten. Blijkens het nieuwe art. 113 bis, bij Koninklijk besluit van 7 April 1903 {Staatsblad n. 96) in het Algemeen Reglement voor den dienst op de spoorwegen opgenomen, worden de voorwaarden, volgens welke deze beambten en bedienden in den dienst worden genomen en daarin werkzaam zijn alsmede die, volgens welke hunne dienstbetrekking een einde neemt, in een reglement neergelegd, dat door bestuurders aan de goedkeuring van den Minister van Waterstaat wordt onderworpen. Zou strijd tusschen bepalingen van dit reglement en voorschriften van dit ontwerp niet te vreezen zijn? De voorgestelde regeling in haar geheel niet van toepassing te doen
—
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's