Sociale hervormingen - pagina 495
voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel II.
:
55i
wier
loon uitsluitend bestaat in huisvesting of verstrekkingen in omdat anders de in art. 1 90 bedoelde inhouding voor den werkgever onmogelijk zou kunnen zijn. Onder de omschrijving van vast werkman valt ook bijv. een tuinman, die bij een persoon in dienstbetrekking is en telkens slechts één dag in de week diens tuin komt onderhouden. Op de dagen toch, waarop hij niet bij den werkgever werkt, duurt de arbeidsovereenkomst toch voort. De duur daarvan is dus langer dan zes natura,
dagen. Gesteld, dat een werkgever, die met de ziekteverwil te maken hebben, den werkman, die vast bij hem werkt, telkens uitdrukkelijk voor minder dan 6 dagen in dienst neemt. Volgens het eerste lid zou die werkman niet als vast werkman kunnen worden aangemerkt; hij zou dus niet verzekeringsplichtig zijn. Ter voorkoming van dergelijke ontduikingen van de wet strekt het bepaalde in het tweede lid. (2de
lid).
zekering
niet
{\de lid). Gesteld, dat een persoon in dienstbetrekkingen (a en b) is en slechts dienstbetrekking a hem verzekeringsplichtig maakt. Dan behoort natuurlijk de persoon, tot wien hij in dienstbetrekking b staat, niet als zijn werkgever, in den zin van het derde lid, te worden aangemerkt. Het gestelde geval zal zich bijv. voordoen bij hem, die in dienst is bij een publiekrechtelijk lichaam en op grond van art. 5, sub e, niet wegens zijne betrekking verzekeringsplichtig is, maar onder de verplichte verzekering valt, omdat hij bijv. 's avonds geregeld op een kantoor werkzaam is. {laatste
De
lid).
bepaling strekt
om
eene tegenovergestelde
opvattting onmogelijk te maken.
Al
is de aanmoediging, welke de leerling ontvangt, klein, het toch gewenscht, dat hij onder de verplichte verzekering valt, nu de invordering der premie mogelijk is.
is
Artikel artt.
20,
De
4.
Het
21, 22,
23,
artikel
worde beschouwd
in
verband met de
24, enz.
nog voortduurt is toevoeging of wier verzekering om de navolgende reden Gesteld een minderjarige, wiens ouders te 's-Gravenhage wonen, is vast werkman in Delft en aldaar woonachtig. Hij is verzekerd bij een ziekenkas, wier verzekeringsgebied niet 's-Gravenhage omvat. Houdt hij op vast werkman te zijn, dan is hij niet meer verzekeringsplichtig, maar zijne verzekering moet volgens art. 38, sub c, nog eenigen tijd voortduren. Dit nu zou zonder de bedoelde toevoeging niet kunnen, omdat dan bij het ophouden van den verzekeringsplicht art. 4 niet meer op hem van toepassing zou zijn, hij volgens het Burgerlijk Wetboek woonplaats zou hebben te 's-Gravenhage en dus zijn verzekering, volgens art. 38, sub h, terstond zou eindigen.
noodig
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905
Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's