Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Sociale hervormingen - pagina 368

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Sociale hervormingen - pagina 368

voorstellen van wet door het ministerie-Kuyper bij de Staten-Generaal ingediend. Deel III.

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

356

Gaarne zouden zij evenwel vernemen, of het in de bedoeling ligt, voor den duur van leertijd in elk vak slechts een maximum en een minimum te bepalen, dan wel, of een bepaalde duur zal worden voorgeschreven waarvan niet zal mogen worden afgeweken. Ook werd gevraagd, of de duur van den leertijd voor alle vakken zal worden vastgesteld, dan wel of die vaststelling zich zal bepalen tot de werkzaamheden of soorten van werkzaamheden bedoeld

in art.

20.

Art. 33. Het maximum van zes maanden werd door vele leden voor den duur van den proeftijd te lang geacht men vreesde, dat misbruik, bestaande in het uitbuiten van jeugdige personen, daarvan het gevolg zou kunnen zijn. Sommigen meenden, dat de proeftijd niet langer dan zes of acht weken mocht zijn; anderen achtten die inperking te groot, aangezien alsdan de tijd te kort zou zijn om een juist oordeel te kunnen vellen. ;

Art. 34. Van verschillende zijden werden bezwaren tegen deze bepaling geopperd. Het intrekken van de vergunning scheen een zeer krasse maatregel, welke in menig geval den ondergang van het bedrijf van den daardoor getroffen patroon kan ten gevolge hebben. De vrees scheen niet ongegrond, dat de bepaling zeer onregelmatig zou worden toegepast op de eene plaats zou men haar streng opvatten en zich om de gevolgen niet bekommeren, elders zou men, juist uit vrees voor onbillijkheden, met de bepaling de hand lichten. Er werd ook op gewezen, dat het zich menigmaal zal voordoen, dat patroon en leerling niet bij elkander passen. Het kan dan raadzaam zijn de vergunning voor dien bepaalden leerling in te trekken maar daaruit behoeft nog geenszins te volgen de wenschelijkheid om. dien patroon, die voor andere leerlingen wellicht wèl geschikt is, de vergunning in het algemeen te ontnemen. Men zou daarom het artikel zóó willen gesteld zien, dat zoowel het eene als het andere mogelijk werd. eene vergunning te kunnen intrekken zal de burgemeester op grond van bepaalde feiten overtuigd moeten zijn, dat het hoofd of de bestuurder geen voldoende vakopleiding geeft, of geen genoegzamen waarborg oplevert tegen verkeerden invloed op de zedelijke ontwikkeling van den leerling. Afgezien van de bezwaren, bij de algemeene beschouwingen omtrent dit hoofdstuk ingebracht tegen het opdragen van deze aangelegenheid aan den burgemeester, werd het verkeerd geacht, dat deze ambtenaar blijkbaar alleen dan handelend zal kunnen optreden, wanneer de leerling of diens wettelijke vertegenwoordiger hem, onder aanvoering van bepaalde feiten, zulks verzoekt. Het zou, meende men, de voorkeur verdienen, indien ook de commissie, wier gevoelen de burgemeester moet inwinnen, het initiatief kon ;

;

Om

|

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905

Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's

Sociale hervormingen - pagina 368

Bekijk de hele uitgave van zondag 1 januari 1905

Abraham Kuyper Collection | 610 Pagina's