Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 235

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 235

2 minuten leestijd Arcering uitzetten

DE HEILIGE DOOP. des

levens,

dat

lieiiigheid

in

is

en

225 reinigheid

te

wan-

delen."

Op de woorden Hem geworden zijn zullen

:

Want

indien

wij

eene planfe

met

de gelijkmaking Zijns doods, zoo wij het ook zijn in de gelijkmaking Zijner opstanin

ding : „Of 'tzamen geplant zijn: een gelijkenis, genomen van een ent, die in een jeugdigen boom ingegrift wordt, welke tot ééne plante wordt met den boom, en het sap uit hem trekt. Alzoo wil met Christus als de Stam door het ge= loof zijn vereenigd, waarvan de Doop ook een teeken is, die verkrijgen door den Geest Christi de kracht niet alleen om de zonde te dooden en allengskcns te begraven, maar ook om in nieuwigheid des levens meer en meer op

des levens en der vruchtbaarheid hij

zeggen,

die

staan en ter eere Gods in heiligheid te leven." De Kantteekenaren geven ons alzoo te kennen, dat wij door het geloof, dat aan den Doop moet voorafgaan, te

met Christus gemeenschap hebben, en dus ééne plante met Hem Z ij n, tot dooding onzer zondige en verdorvene natuur, en dat wij dit niet eerst worden door den Doop, door welken deze geestelijke zegeningen, door God in het Verbond beloofd en toegezegd, alleen b e t e e= kend en verzegeld worden. Echter moet opgemerkt worden, dat onze Kantteekenaren aanteekenen op 1 Cor. 12 \3a : Want ook wij allen zijn door eenen Geest tot een lichaam gedoopt: „namelijk de Gemeente Christi, die wij ingelijfd worden door den Doop, welke het Bad der Wedergeboorte is." Hier zou men zeggen, leeren onze Kantteekenaren dat :

wij

door den Doop,

als

het

Bad

der wedergeboorte,

Lichaam van Christus ingelijfd en niet alleen ingelijfd, maar ook wedergeboren worden, omdat zij dit hier letterlijk zeggen en de Doop hier noemen het Bad der wedergeboorte. Maar aangezien dit hunne bedoeling niet kan zijn, omdat dit in strijd zou zijn met alle andere hunner verklaringen, en ook met hetgeen zij boven aangaande Paulus woorden bij Rom. 6 verklaard hebben, en bovendien hun zoodanig gevoelen, als het gewerkelijk

in

het

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906

Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's

Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 235

Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906

Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's