Bilderdijk in zijne nationale beteekenis - pagina 56
52 geldt er één zedelijke maatstaf voor allen, zoo voor
gewone stervelingen
voor geniën, voor proza-menschen en voor mannen der kunst. Er
wet die voor
heilige
allen geldt, en die
buiten het huwelijk verbiedt, en juist
wat alleen
zoowel
Bilderdijk
niet. Zij stellen
zij,
voor
't
wet op en achten aesthetische
En nu
loofd.
is
men
heen
te
glijden,
om
kolenvuur
uit het
maar
waar ze
niet bij het
ze te oordeelen
die
wet
in
is,
huwelijk
't
mits Bilderdijk buiten
critici,
genie, voor het kunstgenie vooral, een slappere
verzwakking der zedewet alleszins critici, bij
Byron en Goethe
ze dan noemt, half met een lach
om
geoor-
e. a.
over
de lippen
dan, aan Bilderdijk toegekomen, op eens hun brandijzer
te halen,
recht dat te doen,
huwelijk geoorloofd
over Rembrandt, Qoethe, Byron
als
het inconsequent in deze
deze peccadille's, gelijk
als
één
standpunt nu gaat er één
dit
en zoovele anderen. Zóó echter oordeelen vele dezer het spel
't
daarom breuke van
dubbel zwaar, als echtbreuk, veroordeelt. Van zelfde oordeel over
in
is
en
hem dubbel zwart
critiek
te
brandmerken. Ze hebben
op de pretentie van het Christendom oefenen,
beoordeelen van Bilderdijk als kunstgenie. Dan behooren
van
uit
hun eigen standpunt,
niet uit
een standpunt dat ze
zelven afwijzen.
En wat nu band met 1.
in
Bilderdijk,
te Leiden,
de tweede plaats, de verklaring van deze dubbele vlek
Bilderdijk's karakter betreft, vestigen
èn
in
we de aandacht op
den Haag, èn
te
Londen,
dijk toen hij als student te
bekroond was
lokking 2.
is
uitging.
Leiden
als dichter, en
op
Van Odilde mag men
Verspreide geschriften
1808—1821
is
èn
meisjes die aasden op dichter-
Nu was
Bilder-
een soort meteoor, die reeds her-
van wiens buitengewoon talent een
Dit moest tot aansluiting verlokken, en tegen die ver-
Bilderdijk niet
gunstig denkbeeld
kwam
ver-
aanraking gekomen met een genre
in
uit dien tijd,
roem, en zich met jonge dichters op vrijer voet gevoelden.
hooge roep
in
volgende:
aan den omgang met jonge dames geheel ongewend,
van eenigzins ongewone dames
haaldelijk
't
V
p.
zijn
hoede geweest.
zich, vooral
na wat R. Fruin
398—425) over haar aan
't
in
De
Gids, (zie
licht bracht,
geen
te
vormen. Een vrouw, die besluiten kon een Kumpel van
in gijzeling
op
te sluiten,
omdat
zijn
op
vrije
voeten komen voor
haar bedenkelijk kon worden, toont geen teeder vrouwelijk karakter. dat ze Bilderdijk laat in den avond alleen op haar
Ook
kamer ontving, maakt geen
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 96 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 96 Pagina's