Eenige grondwaarheden van den Christelijken Godsdienst - pagina 37
DE ROEPING. Geest
werkt
Woord
27
niet zonder 7 Woord, doch
niet
door
maar ook onmiddellijk en onderscheiden van 't Woord. Schoon de H. Geest in de „krachtdadige roeping" niet werkt zonder 't Woord, zoo werkt Hij nogtiians niet alleen onmiddellijk door het Woord, maar met het Woord, werkt Hij ook onmiddellijk in de ziel. Te weten, nademaal tot de bekeering twee stukken noodzake't
alleen,
vereischt worden, aan de eene kant een voorwerp, hetwelk aan de ziel uitwendig voorgesteld wordt, en aan de andere kant een vermogen, hetwelk 't voorwerp inwendig ontvangt; daarom is in de bekeering des menschen lijk
genade noodig, eene voorwerpelijke of voorwerp gelegen is, en eene onderwerpelijke, die onmiddellijk werkt in het vermogen, om hetzelve voor 't voorwerp vatbaar te maken, niet alleen opdat het zijne daden omtrent hetzelve kunne oefenen, maar ook dat het dezelve daadlijk oefene. Beide hangt af van den H. Geest, die op tweeërlei altijd
een
uitwendige,
wijze
tweeërlei
die in de voorstelling van het
werkt,
en
in
een oorzaak van
't
Woord, en
in
't
harte.
In
't
Woord
voorwerp. In 't harte onder de betrekking van de werkende oorzaak des geloofs. In 't Woord door een zedelijke werking van openbaring en aanrading van 't voorwerp. Maar in 't harte door eene bovennatuurlijke werking van eene instorting der nieuwe hebbelijkheden, van eene schepping van een nieuw harte en van eene krachtige indrukking van 't voorgestelde voorwerp." Eindelijk haalt hij met het oog op de door hem bedoelde krachtdadige roeping nog uit J. a Marck „Merch" Kapt. 23 § 11 en 12 aan deze woorden: „Schoon wij in deze roeping des menschen de uiterlijke middelen geenszins als
't
willen of kunnen uitsluiten, zoo dringen wij hier evenwel meteen ten meesten de dadelijke, bovennatuurlijke, inwendige, en dus onmiddellijke werking van God, zoo op des menschen verstand als op Zijn wil." De strijd, die Appelius in zijnen tijd voerde door hetgeen hij in genoemd werk schreef, was juist andersom als de
Want terwijl toen de strijd ging tegen de opvolgers van de oude Pelegianen, „als daar zijn" gelijk
tegenwoordige.
—
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van maandag 1 januari 1906
Abraham Kuyper Collection | 324 Pagina's