Om de oude wereldzee - pagina 269
I. Het Aziatisch gevaar. Rumenië. Rusland. De Zigeuners. Het Joodsche probleem. Constantinopel. Klein Azië. Syrië. Het Heilige Land.
HET JOODSCHE PROBLEEM.
245
door een bijna heilig leven met God in nauwere gemeenschap treden,
en dat deze en
sluieren
personen de mysteriën des levens kunnen ont-
heilige zelfs
wonderen doen.
Deze heilige personen vindt
meest onder de Rabbijnen, en zulke mannen eeren ze
Zoo heeft ieder
rechtvaardigen.
d.i.
een
zulk
Bij
twijfelachtige
Zaddikim,
deze secte een Zaddek, waar
om
wien zich zekere aanhang groe-
Zaddek zoeken
ze raad en uitsluitsel voor alle
hij zich bijzonder bij aansluit, en
peert.
bij
als
men
Met treinen
ook voor ziekten.
aangelegenheden,
vol
reizen ze op bepaalde dagen naar zijn woonplaats, brengen dan milde
gaven
in
geld,
om
zegenen,
van
hij
laten
het
een sieraad of een kleedingstuk door
of
voortaan
als
maal overlaat,
zijn
hem
amuleet te dragen, grijpen naar wat
als
naar heilige
spijze,
en houden een
soort prayermeetings, waarbij ze door huilen, en schreeuwen, en in de
handen klappen, een ecstase pogen op echte gebed zal bekwamen. Wonen ze
komen
te ver
eerst tot het
van den Zaddek
ziener
gedenken aan den grooten Zaddek,
roepen.
te
Br
ligt
Samuël in den
als
vorm
wekken, die hen
af,
ze op een afgesproken plaats in een bedehuis saam, en
daar, onder
leven
te
dan
pogen
gelijke ecstase in het
nabootsing in van de vereer ing van een tijd
der Richters, maar het doet in zijn
het meest denken aan de vereering der Marabouts onder den
Islam, vooral op de kust van Noord-Afrika.
Niet als secte, maar
men
Joodsche groep van eigen herkomst, vindt
als
vormen een eigen stam, die oorspronkelijk heidenen waren, maar, men weet niet recht in welken tijd, gezamenlijk tot de Joodsche religie zijn overgegaan. Hun zelfstandig bestaan hebben ze allengs ingeboet, en zijn nu aan den Negus van Abyssinië onderworpen, en bij zijn rijk ingelijfd. Toch houden ze zich nog streng aan elkaar, huwen meest alleen de
FallaschaJis
in
Abyssinië.
Deze
Fallaschah's
onder stamgenooten en wonen veelal in eigen dorpen, waarover een hunner het beheer voort. De schriften van het Oud- Verbond zijn bij
hen in hooge Agaw-taal, ze
dan
bij
bouwers, bleven
eere, al kennen ze geen Hebreeuwsch. Ze spreken de waarin door hen eenige geschriften vervaardigd zijn, die
hun eeredienst
hoogere
ze vreemd.
sluitend,
cultuur
bezigen.
De
kennen
ze
Fallaschah's zijn meest landniet,
en aan het Talmudisme
Zich meer rechtstreeks aan het oude Israël aan-
hebben ze geen rabbijnen, maar
leven voor monniken en nonnen
is
bij
priesters.
Ook het
klooster-
hen in zwang, en zooals
veelal
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 590 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van dinsdag 1 januari 1907
Abraham Kuyper Collection | 590 Pagina's