Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Heils termen - pagina 46

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Heils termen - pagina 46

3 minuten leestijd Arcering uitzetten

36

werd daardoor reeds vooruit aan Israël creopenbaard, maar ook de inwonino; van God, den Heiligen Geest, in het menschenliart is als vrucht der genade in de toekomst beloofd. Er is een Messiaansche profetie van God, komende tot de menschheid; daarin leerde Israël de Openbaring- des Zoons, Maar er is ook een Messiaansche profetie

van

God,

komende

tot

den enkelen mensch,

en

voor Israël de Openbaring des H. Geestes. Messiaansche profetie en Naamsopenbaring werken dus op elkander en vullen Avederzijds elkaêr aan. De Naamsopenbaring gaat van de eenheid van Gods Wezen uit en komt van uit die streng-opgevatte eenheid tot de drievuldige onderscheiding. De Messiaansche profetie daarentegen begint met naast Jehovah een andere goddelijke gestalte in den Zoon en daarnaast wederom een anderen goddelijken persoon in den Heiligen Geest te stellen, die eerst van lieverlede met Jehovah samenvloeien, en eerst door de Naamsonderscheiding in onderling verband treden voor de geloofsbelijdenis van Gods volk. Maar toch, tot klare bewustheid kon deze belijdenis nooit komen, zoolang die persoonsonderscheiding in de windselen der profetie gewikkeld bleef. Eerst met de komst van den beloofden jMessias, eerst met de komst van den beloofden Heiligen Geest, eerst door het dubbel wonder derhalve van Bethlehem en den Pinksterdag, kon de daarin

ligt

van den Eeuwige worden voltooid. Ook met opzicht tot die Openbaring wachtte dus alles op de volheid der tijden, toen Hij verscheen, die in onze menschennatuur de goddelijke natuur en het goddelijke leven, door ze te verbergen, openbaarde. Wonderbaar, geheimzinnig moest het Israëls zonen toen in de ooren klinken, zoo dikwijls die Messias van zijn eeuwige betrekking tot den eeuwigen Vader sprak. Yerward moest een oogenblik voor hun oog de aanschouwing van den God der Vaderen worden. Wonderbovenal moest het hun te moede zijn, toen van den Heiligen lijk Geest gezegd werd, dat Hij niet komen kon, wijl Jezus nog niet verwas. Eaadselachtig, onbegrijpelijk moest hun de geheimheerlijkt belofte in de ooren klinken van een wonen des Vaders en zinnige Zoons in het menschenhart, en dan weer van een weggaan wonen des een van een niet meer zichtbaar zijn en het zenden niet scheiden, toch en Trooster in den Heiligen Geest. Het was de veranderen van een vulling der Messiaansche profetie, die voor een oogenblik de Naamsonderscheiding verwarde, zonder nog met haar saam te vloeien. Zoo blijft het al de dagen dat Jezus op aarde is. Nog is de volle ontsluiting van de ontferming des Drieëenigen niet naar zijn volk gekeerd, want het kruis moet nog beklommen, nog door verrijzenis het leven uit den dood gewekt. Maar nu, ook dat offer wordt gebracht, de Zoon gaat in de poorten des doods, om straks met de heerlijkheid straks scheidt Hij weer van uit die poort des doods terug te kecren deze aarde, die, zelve nog-niet- verheerlijkt, den reeds-Verheerlijkte niet belijdenis

;

Dit artikel werd u aangeboden door: Vrije Universiteit Amsterdam

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's

Heils termen - pagina 46

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 januari 1909

Abraham Kuyper Collection | 294 Pagina's