Dictaten dogmatiek. Locus de Sacra Scriptura, Creatione, Creaturis - pagina 4
college-dictaat van een der studenten
LOCUS DE Sacka Scriptura
IV
§
De revel
3.
at
ion
apud hominem
e
I.
statu rectitudinis versantem.
in
30
revelatie noodig:
Ook zonder de zonde had de mensch eene bovennatuurlijke omtrent zijn eigen toestand en de hemelsche dingen; 2<ie omtrent Gods wil en deugden 3de om God persoonlijk te kunnen ontmoeten. iste
;
§
peccatosa
hominis
Conditione
4.
necessitas novae cuiusdam 1.
De woorden voor
2.
Hoe de noodwendigheid
3.
Hiervoor vercischt A.
§
De
5. 1.
V. d.
II.
Cap.
§
§
leugen
v.
d.
heidensche
(vergetelh., vervalsching)
39
45
Christenen.
3.
De Auctoritate Sacrae De gansche H. S. heeft
3.
Deze auct. is absoluut in Onderscheid tusschen die
omdat
2.
De
1-3. 4.
in
H. S.
de H.
is
S.
geheele Schr.
de XB'p, de
drieërlei zin.
auct. in
God zelf
66 Auctor absolutissimus. 67
auctoritas.
last v. d.
68
materiëelen en formeelen testeering
God Spreekt niondelinge Openbaring;
middellijk
de Bijbel f {
II 20. J^ door de
zin.
69
75
Zijne kerk toespreekt.
eene toespraak, eene
is
65
absoluut gezag over den ^e/zee/e/z mensch. 65
Verband tusschen de necessitas en de der
59 60
Scripturae.
De
auct.
47
de Mystieken. 58
De necessitate formae qua ad nos pervenit S. S. Waarom niet een dogmatiek, confessie of catechismus. Waarom geen boek uit den hemel neergedaald. 63
1.
6.
overleveringen;
40
;
de Enthousiasten, 55;
2.
2.
5.
37
blijkt uit
de Roomschen, 47;
1.
33
kenvermogen.
't
Hancce Sacrae Scripturae necessitatem negant
111.
4.
C. v.
;
C. de SU perst it ia. 41 De stabilitas en communitas. 44. De vrijheid en het eenheidsgevoel der
6.
I.
mensch
het schriftuurlijk karakter der H. S.
B. de
7.
32
scripto mandetur, adeoque conscripta conservetur. 37
A. het scripturale karakter
1.
§
B. v. d.
;
3.
6.
§
accedit
i
2.
5.
revelationi
v. d e openbaring u. d. zonde voortvloeit. voorloopige wedergeboorte (obj. en subj.) 35
:
nee. ut haec revel,
Deze necessitas
4.
primordiali
het begrip v. revelatie in de H. S. 32
kosmos
Verzet tegen
huic
revelationis.
Inscnpturatio.
v.
God.
75
onmiddellijk )
^^
^^^
^^
)
Dwalingen der Transcendentie en der Immanentie. 79 De brug v. h. Godd. naar h. menschel. bewustzijn door de zonde weggenomen. Na de zonde bij de Openbaring (eens a. d. mensch gegeven) 3 bruggen: 10. 2fl
.
symbolisch getoond. iacUsch gewerkt.
Afbeelding Beschrijving
30. intellectueel gesproken. Repetitie
de Schrift een
daarvan
)
„
!
de Schrift. 81
'
„
goddelijke en mcnschelijkc factor. 84 in de Incarnatio en in de Inscripturatio.
7.
In
8.
Samenwerking daarvan
84
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's