Dictaten dogmatiek. Locus de Sacra Scriptura, Creatione, Creaturis - pagina 756
college-dictaat van een der studenten
LOCUS DE HOMINË.
114
door
zeggen,
te
dat
over
God.
nog
geen
de
in
H.
de
S.
gaan
meen begrip
door
de dogmatiek de
in
is
God
over
„
een
;
iemand,
„heilige"
heeft
bij
de Schrift iemand, die recht tegenover
God
wiens gemoed geen onreinheid komt.
Dan
de
in
der
categorie
God
niet neutraal gelaten,
rechtvaardigen
dat
;
is
's
wordt, zoo ook
geboren
adel
tot
in rechten,
afgezien van doen.
geheel
heeft,
den mensch
En evenals men van
adeltitel.
Adam
de verhouding van
:
schepping
zijne
geplaatst
positief
op het recht staan tegen-
in
God Adam geponeerd
waarin
staat,
God
„
Schrift,
in
is
duidt justitia originalis dus aan
den
de
in
;
de sanctitas op den innerlijken toestand van het menschelijk
en
Een „rechtvaardige"
wezen. staat
steeds
gelijk
een rectitudo
te stellen
sapientia originalis
:
en sanctitas slaat justitia,
en ten tweede drukt
;
justitia originalis als alge-
de plaats
in
justitia
Dan
Adam
er bij
de rechtvaardigmaking.)
(bijv.
uit,
in
varen en daarvoor
verdeden
originalis, die te
den toestand
hoogeren zin veel meer de verhouding tegenover
justitia in
te laten
van
want vooreerst was
tegenover de menschen
justitia
zuiverst
't
deugdelijkheid
distinctie is mislukt;
van
God dan tegenover de menschen Wij
op de
en sanctitas op de deugdelijkiieid van toestand tegen-
;
Maar deze sprake
zag
justitia
tegenover de menschen
is
maar hem menschen
Adam
van
adel geschapen.
De
c.
sanctitas
Turretinus
originalis.
homine creato pollebat harmonia voluntas
rationi,
stemming
onheilige
maar
ratio
divinae
legi
gevoelen
wij
hieronder:
affectibus,
affectus
accomodata ab omni parte ons,
er
als
worden,
wij voelen, dat wij heiliger
verstaat
membra
ut
als
strijd
in
„talis
in
voluntati, esset."
ons
hart
de onedele hartstochten
in
In is;
ons
gekomen zijn als onze bewegingen niet komen uit de membra en de affectus; maar wanneer de wil Gods in ons bewustzijn komt, door ons
tot
rust
;
bewustzijn lijk
met
onze rede en door de rede
in
met den wil
wet Gods.
de
zonde
meegaan
maar
had,
;
want dan
Heiligheid
ook
in
den
is
er
was bij omdat
positief,
wil,
en zoo de affectus inner-
van binnen harmonie gekomen
Jezus,
de
niet
omdat Hij geen Gods Hem door-
alleen
heiligheid
stroomde.
Gaan dat
op
wij
zijne
de
zoodat elkaar
nu terug sanctitas
verleiding al
de
werkten
;
tot
bestond niet
innerlijke
en
Adam dat
deelen
gezamenlijk
in
zij
't
Paradijs,
het
in
was
van
dan kunnen wij
acquisita,
zijn
van
behalen
wezen
eene
niet
zeggen,
overwinning
maar dat zij was infusa, volkomen harmonie op
in
zich geheel aansloten aan den wil van God.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's