Dictaten dogmatiek. Locus de Sacra Scriptura, Creatione, Creaturis - pagina 46
college-dictaat van een der studenten
§
huk primordiali
Conditione hominis peccatosa
4.
revelationi accedit
necessiias novae cuiusdam revelationis.
nova cujusdam qna peccatum naturam hominis obnebulavit. Effecit namque peccatum ut tenebris dehinc obducerentur, quae antea palam erant; ut facultas perceptionis in homine diminueretur et ut homo perderet aptitudinem, qua antea Hinc adorta pollebat supranaturalis in se recipiendae revelationis. est necessitas ut velum, quo peccatum res obnebulaverat, denuo Huic
accedit
primordiali
revelationi
necessitas
revelationis ea perversione atque obscuratione,
;
demeretur
in
;
homine peccatore acies perspiciendi
restitueretur
;
et
innovaretur recipiendae revelationis supranaturalis facultas.
Toelic h ting.
Gevolg van de zonde
1.
Gen 3
uit
blijkt
het duister, als de
gezicht
keerd
of
uil,
verduisterd als
;
dat de oogen opengaan en niet dicht, zooals
is,
7 en Luc. 16
:
Ben
23.
:
onder den grond,
wordt,
juist
de acies oculorum
wanneer
ik in
alicuius entis
bestemd
ik echter als
om
te
leven in
de mol, dan heet het dat mijn
Zoo ook omge-
het licht zie.
bestemd
om
is
in het licht te zien,
worden ze verdonkerd
Dit voorbeeld bevestigt als ze zien gaan in het duister. dus de voorstelling, dat er een opengaan is van de oogen in de wereld der zonde, terwijl zij zich juist daardoor sluiten voor het eeuwige licht, cf. Ef. 2 12; :
Ef.
4
17 en 18;
:
1
Thess. 4
:
5.
Daartegenover komt nu de revelatio te staan, (^xvepóg staat tegenover Kp-oTrróg Luc. 8 :17; Cor. 4:5; I Cor. 14:25; Matth. 6:4; Joh. 7:4; Rom. 2: 16. Het begrip van revelatio wordt in de Schrift aangeduid door de woorden yufjipli^eiy XxXzlv '^xvipoltv S-qXojv ^ciKyÏjuy.t en 'a.7roK(x.XÓ7mcv ':fx,(pxvi^ciy cf.
I
:
;
;
;
\
;
De twee hoofdwoorden o.
a.
Scholten getracht
(pxvzp(^a-iQ
was de
en
zijn (pxuspoüv
dit verschil
de
aTroKaXw^iq
objectieve,
a.TroKaXÓTrTstv
.
In latere tijden heeft
tusschen deze woorden te vindiceeren, dat subjectieve
openbaring;
(^xvipoüv
wegnemen van den sluier van wegnemen van den sluier van het oog des zieners. zou dan
zijn: het
het object; acrs^aAixre;!/
Deze onderscheiding gaat mentische gebruik en 13; Apoc.
dezer
het
:
niet door, gelijk duidelijk blijkt uit het N. Testa-
woorden.
In
I
Cor.
1
7;
:
II
Thess.
1
:
6;
I
Petri
13 is h.Troy.aXijY'; gebezigd in een zin, 4 die met genoemde exegese onvereenigbaar is. 1 wordt aTroyAX-u-i^iq In Apoc. 1 gebruikt voor een objectieve openbaring er is bedoeld een fxxprupia, een Xbyci; Tolt 0c2v, een mededeeling over toekomende dingen over die dingen hangt dus het KCKXDfjifxx niet over den ziener. In I Petri 4 13 wordt aTTSKaAj^f^c gebruikt van de wederkomst des Heeren dus zoo objectief mogelijk; en Rom. 8 19 1
:
7
1
:
1
en
I
Petri
:
:
;
;
:
:
;
wordt het gebezigd van onze eigen openbaring in heerlijkheid volgens Scholten zou deze plaats moeten beteekenen verwacht de illuminatio der kinderen Gods ;
:
—
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1910
Abraham Kuyper Collection | 776 Pagina's