Antirevolutionaire Staatkunde - pagina 649
met nadere toelichting op Ons program. Eerste deel. De beginselen.
:
KAPITAAL EN ARMOEDE. de Heere, dat het loon van den werkman is
bij
641
ons slapen zou. Wat toch
onwaardiger, dan hen, die door hun arbeid ons het brood op onze
omkomen. Et
geven, door gebrek en honger te laten
tafel
voor de rijken verpletterend
zet Calvijn er dan, als
gare
hoc portentum,
est
Want, zoo gaat
voor.
hun
tyrannischen
hij
geest
anders bestaat dan
niet
pauperum van
tutor
i.
:
vul-
„En toch komt deze gruwel dagelijks inbeelden, dat het menschelijk geslacht
zich te
zoo
tarnen,
et tarnen
voort, er zijn er zoovelen (permulti) die in
hunnen voordeele.
Onze God
patronus.
et
armen."
de
d.
bij,
Bilderdijk
heeft
't
Deus, zoo besluit
est
hij,
de beschermer en patroon
is
Calvijn nagezongen, toen
de
hij
arbeidende klasse toeriep 't
armoe en
Is
waar ge
verval,
en zucht.
in verkwijnt
Daar weelde tergend brast van uwer handen vrucht.
Nieuwe
(Zie
grijpelijker
Dordrecht
Oprakeling,
omdat ook
is,
1837,
43);
p.
iets
dat
te
be-
Calvijn de juiste verhouding tusschen de
bij
geringen en de aanzienlijken naar de wereld samenhing met het stuk
„God, zoo
der uitverkiezing.
boven
onaanzienlijken
gen van het vleesch
de
te
keer
te
maar
werden gemaakt,
gelijk
weer
arrogantiam,
gaan,
was
heeft
Hij
Of
blinken, zelfs achtergesteld." Calvijn
Calvijn zich
liet
rijken uitverkoren;
uit,
want
om
de inbeeldin-
het niet genoeg, dat beiden
degenen
om ook
die schenen uit te
hier het krachtiger Latijn van
„Non enim satis hoc erat ad retundendam eorum omnes Deus aequasset, itaque qui excellere videbantur geven
te si
:
posthdbuit ut vere in ordinem eos redigeret" {Comment. ad Is
dit
de
tot
van
taal
Natuurlijk
liet
wat
men
thans
Calvijn zich zoo niet
zelfverheffing
uitdrukkelijk
armen en
heeft de
bij
:
aanmatiging
en
een
uit,
te
om
aristocraat
1
zou
Cor. 26).
noemen
?
de armeren en geringeren
prikkelen.
Veeleer voegt
hij
er
„Laat de verachten naar de wereld hiernaar afmeten,
hoeveel bescheidenheid de Heere van hen niet verlangt, als Hij aan wat groot en hoog
Calvijn
beslist
•Griekschen
aan
is
in
de wereld
alle
zelfgenoegzaamheid doet ontzinken"
Slechts dit sta na het aangevoerde onherroepelijk vast, dat
(ibidem).
heel
het
was van
tegenstander
trant,
het bewind, het
volk
opdroeg
;
die aloude Democratie, die, in
bestuur, de regeering rechtstreeks
hiervoor waren de edelen aangewezen,
mits onder die edelen niet de rijken of aanzienlijken, maar de nobelsten,
kundigsten en talentvolsten verstaan werden, de aristoi
lijken zin. Toelichting
Doch even
beslist
in eigen-
moet dan ook uitgesproken, dat
Calvijn, 41
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van zaterdag 1 januari 1916
Abraham Kuyper Collection | 736 Pagina's