„ANDERE SCHAPEN”.
(Door Ds. C. B. Holland).
Woorden door den Heere Christus in Jeruzalem gesproken. Hij zegt: Ik heb in Jeruzalem schapen maar ook buiten Jeruzalem. Mijn zending strek; zich veel verd'er dan Israël uit. Dit woord geldt nog. Ik heb nog andere schapen, o gemeente des Heeren Dit zullen wij bedenken, dat Zijn Middelaarshart ook voor anderen openstaat, en cr nog veel anderen zijn, die in Zijn Middelaarshart een plaats hebben.
Dit is tot ons nut, opdat wij niet in eigen gerechtige zelfvoldaanheid ons opsluiten. Het harte van Christus is wijd uitgebreid. Veel wijder dan de discipelen in Jeruzalem meenden. Daarom zegt de Vader: Ik heb U ook gegeven tot een Licht der Heidenen. Wij zijn niet het licht der heidenen. Ons Westersche Christendom is niet het licht der heidenen. Daarom geen Wcstersch Christendom brengen aan dc heidenen maar Christus, den Middelaar, het licht in onze duisternis. Ook het licht in dc geestelijke duisternis van het heidendom.
Ik moet die andere schapen ook toebrengen. Ook hen, maar ook U. Zij zijn verre; gij ook. Hoor, daar is 'een Middelaar gezonden, om degenen', die verre zijn toe te brengen. Ik moet ze toebrengen. Hoe zouden wij dat kunnen? Hoe zou het cenc schaap, dat verre is, het andere schaap, dat verre is afgedwaald toebrengen kunnen? Neen, Hij brengt beide toe tot den stal der schapen. Alleen Hij gebruikt middelen in de toebrenging. Hij gebruikt menschen, opdat zij in de verkondiging van het evangelie zouden toonen en uitstallen onder ons en onder dc heidenen dc schatten van Christus Jezus, de heerlijkheid van Zijn Middelaars werk voor verloren zondaren. Menigeen verwaarloost de middelen door God verordend cn blijft blind.
Andere schapen; ofschoon nog vervreemd van Christus, zegt Hij toch; Ik heb ze. Zij dienden een onbekenden God. Dc ware God was hun een vreemde. De Herder Israëls zal ze opzoeken cn tot hen zeggen: Zie, hier ben lk. Hij vestigt zijn oog op hen. Het waren schapen zonder stal, zonder een eeuwigen schuilplaats. Toch neemt Christus zelfs hun naam op Zijne lippen. Hij vloekt ze niet, maar zegt: Ik moet ze ook toebrengen. Zoo strekt Hij Zijn hand naar het verlorene uil, naar degcn'cn, die toegebracht moeien worden. Nog heden ten dage. Hij heeft er ook lust in zich te bemoeien met de andere schapen, die Hij toebrengen moet.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 augustus 1930
Alle Volken | 16 Pagina's