Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

NIET MEER; MAAR OOK: NIET MINDER.

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

NIET MEER; MAAR OOK: NIET MINDER.

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

Hand. 13:48b „En daar geloofden zovelen als er geordineerd waren tot het eeuwige leven."

Wanneer wij dit Woord overdenken In het verband waarin het voorkomt (en dat is toch zeker nodig), dan krijgt het voor ons schone betekenis. Er is hier sprake van Gods praedostinatie; van Zijn voorbeschikking. Zij die de uitverkiezing loochenen, willen hier vertalen: „Er geloofden, zovelen als zich geschaard hadden tot het eeuwige leven." Maar het Griekse woord leert ons dat wel anders.

Dan zijn er ook, die Gods verkiezing liefst zoveel mogelijk beperken en zij verklaren dit woord: „Er geloofden zovelen als geordineerd waren; NIET MEER!"

Met hetzelfde recht, misschien wel met meer recht mogen WIJ zeggen: „NIET MINDER!”

Waarvan is hier sprake? Paulus en Barnabas zijn op hunne reizen gekomen in Antiochië in Pisidië. Daar was een grote Joodse Gemeente. Zoals in de reden lag, kwamen zij het eerst met hun prediking tot het oude bondsvolk in de synagoge; want bij de Joodse kerk

zochten zij aanknoping. De uitwerking was verschillend. Sommigen geloofden anderen niet.

Men besloot op de andere dag weer bijeen te komen. En zie! nu kwamen bijna alle stadgenoten bij elkaar, ook de heidenen dus, om Gods Woord te horen. Dat konden de Joden echter niet verkroppen. Zij dachten zeker: de zaligheid is toch niet voor de heidenen! Zij verwekten stemming tegen Paulus en Barnabas, zelfs vervolging.

Paulus en Barnabas werden uit de landpalen geworpen. Dan schudden zij het stof van hunne voeten, want zij verstaan hun roeping, om tot de heidenen te gaan. Deze verblijden zich daarover, dat het heil in Christus ook voor hen was. „En er geloofden zovelen als er geordineerd waren tot het eeuwige leven."

Het verzet der Joden stond dus Gods verkiezing niet in de weg. Het werk Gods ging STIL en ongestoord voort. Niet de Joden zullen zeggen, wie zalig zullen worden; dat is iets, wat de Heero Zelf in handen houdt.

Wat heerlijke troost en bemoediging is dat, ook in het Zendingswerk.

Het hangt niet af van menselijke omstandigheden, wie zalig zullen worden. Mensen hebben dat in het geheel niet in handen. Er kunnen allerlei beletselen opgeworpen worden tegen de prediking des Evangelies. Nu eens kan dit, dan weer dat een tijdelijk obstakel zijn.

Soms doen wij daar zelf onbewust aan mee. Ik heb wel eens horen zeggen, dat de prediking van Paulus in Athene toch eigenlijk mislukt is. Maar dat MOGEN wij niet zeggen. Want wij maken dat niet uit of iets hier GELUKT of MISLUKT is. Men heeft ook wel eens gezegd: „Wanneer het Mohammedanisme ergens wortel geschoten heeft, kan het christendom wel thuis blijven." Hier ligt voor Christus' Kerk zeker wel een ernstige waarschuwing, om haar roeping niet te verzaken, maai' de Heere blijft toch zeker de Machtige! Gods Raad zal bestaan en Hij zal al Zijn welbehagen doen. Hij, de Heere, werkt langs Zijne vaste lijnen. In menselijk werk zullen altijd weer vergissingen zijn, waaruit teleurstelling voortkomt, de Heere vergist Zich nooit! Wat kan ons dat dan heerlijk vertroosten, wanneer wij, hier of op Celcbes of waar dan ook in Zijne wegen en langs Zijne lijnen leren gaan.

De Heere zal wel voor de uitkomst zorgen.

Paulus zegt in 2 Cor. 5 „Wij dan, wetend de schrik des Heeren, bewegen de mensen tot het geloof." Dat is echt menselijk gezegd, want gelovig kunnen wij hen niet maken. Dat is ook maar goed. God maakt gelovig de verkorenen ten leven. En die van Hem het geloof ontvingen door middel van het gepredikte Woord, die zullen in de loop der jaren niet afvallen, maar trouw blijven.

Zijn wij dan nog wel eens bang voor ploegen op rotsen ? Waar wij nog harde grond veronderstellen, heeft de Heere soms al weke plekken gemaakt.

Geloven zullen ze, die verordineerd zijn. Geen enkele meer, maar ook geen enkele minder.

Vragen wij ons voor 's Heeren Aangezicht af: Niet, of wij verkoren zijn? Maar: of de vrucht der verkiezing al bij ons aanwezig is? Want zo niet, dan is het meer dan tijd. Intussen: Gods werk blijft gezond!

Geen meer, maar ook geen minder zal er zalig zijn Dan zij, die bij de Heere zijn verkoren.

Het heilsplan Gods loopt langs Zijn vaste lijn, Hij laat Zich door geen tegenwerking storen.

Wie Hij verkoor, die leert Hij ook geloven Geen macht ter wereld kan Gods zegen roven.

Dit maakt zo rustig, Heere, in Uw werk Geen Jood of Griek heeft iets toch voor het zeggen.

Leer ons maar de bezwaren in Uw handen leggen Gij bouwt steeds voort; Uw Hoeksteen i3 zo sterk Aan Uw getal zal straks niet één ontbreken Zij zullen allen van Uw wond'ren K. spreken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Gereformeerde Zendingsbond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 1957

Alle Volken | 8 Pagina's

NIET MEER; MAAR OOK: NIET MINDER.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 mei 1957

Alle Volken | 8 Pagina's