Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

In memoriam Ds. B. A. van Donkersgoed

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

In memoriam Ds. B. A. van Donkersgoed

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Op vrijdag 11 februarij.l. Is Ds. B. A. van Donkersgoed overleden. In de auto kreeg hij een hartaanval en moet na enige ogenbl zijn overleden. Het telegram met dit bericht bereikte de Hollandse GZB-mensen in Lima pas toen de begrafenis al had plaats den. Hieronder vermelden we iets van zijn persoon, leven en werken. Twee van zijn collega's hebben daarbij hulp geboden, Ds. M. D. Geuze, die Ds. Van Donkersgoed vanuit Kenya kent en Ds. J. E. de Groot die hem in Peru heeft meegemaakt. Zijn bij overgenomen uit „De Waarheidsvriend".

Ds. Van Donkersgoed werd op 19 maart 1929 in Nieuwleusen (toen nog Den Hulst) geboren, waar zijn vader godsdienstonderwijzer en voorganger van de „Rehoboth"-evangelisatie was. Zijn gereformeerde acfitergrond fieeft onze broeder nooit losgelaten. In Utrecht studeerde hij theologie, waarna hij ongeveer twee jaar vicaris (pastoraal medewerker) was in Oud-Beijerland. Vervolgens was hij een jaar legerpredikant.

Samen met zijn vrouw Cornelia Hoek betrok hij in 1962 de pastorie van Sint Philipsland. In 1967 nam hij uit verschillende beroepen dat naar Wierden (Ov.) aan. Na ruim een jaar werd hij vanuit de GZB benaderd. In het E.O.-radio-interview dat met Kerst 1982 werd uitgezonden, zei hij zelf: De zending trok mij van jongsaf al aan, maar ik dacht: als het Gods weg is, komen ze me wel halen. Welnu, dat gebeurde! Na de opleiding in Oegstgeest, vertrok het echtpaar Van Donkersgoed naar Kenya om de Reformed Church of East Africa te gaan assisteren.

Onder bewolkte hemei

Ds. M. D. Geuze: Het bericht van zijn plotseling overlijden deed de tijd, die we samen in Kenya doorgebracht hebben, een ogenblik terugkeren. We spraken weer met elkaar rond de open haard in zijn huis op het terrein van Plateau Bijbelschool over de studenten in opleiding en over het werk in de Hervormde Kerk van Oost-Afrika. We zagen hem met zijn vrouw weer komen naar ons huis voor de Bijbelkring van de zendingsarbeid(st)ers op zaterdagavond. Zijn vriendelijkheid en hartelijkheid staan ons opnieuw voor ogen.

Ds. Van Donkersgoed heeft de Hervormde Kerk van Oost-Afrika gediend in prediking en pastoraat, vooral als hoofd van Plateau Bijbelschool en als secretaris-penningmeester van de commissie Kerkewerk (Church Committee). Als zijn naaste collega aan de Bijbelschool en als tweede secretaris-penningmeester van bovengenoemde commissie, hebben we nauw samengewerkt. Het was niet moeilijk om met hem samen te werken. Hoewel hij gesloten van aard was, stond hij open voor anderen. Hij gaf ruimte aan anderen. Samen met zijn vrouw haalde hij ons af van het vliegveld. Later zorgden zij voor onze dochtertjes, toen mijn vrouw ziek was. Wat leefden zij mee met de gezinnen van de zendingsarbeiders. In de Bijbelschool gaf hij les in de vakken geloofsleer, inleiding en uitleg Nieuwe Testament en Bijbelse archeologie. De geloofsleer was zijn lievelingsvak. Veel was hem eraan gelegen, dat de studenten gereformeerd leerden preken. Maar hij was niet alleen leraar in de Bijbelschool. Hij was ook „internaatsvader" en „economisch directeur", trouw terzijde gestaan door zijn vrouw en Afrikaanse stafleden.

Hij zocht allerlei werk voor de studenten op het terrein van de Bijbelschool, zodat zij in hun vrije tijd hun zakgeld en reisgeld verdienden. Hij regelde de bouw van leslokalen, stafhuizen en huizen voor de arbeiders. Hij streefde ernaar om het terrein van de Bijbelschool zo fraai mogelijk te maken en om het, , bedrijf" van de Bijbelschool economisch zo goedkoop mogelijk te laten lopen. Daarom ontbraken akkerbouw en een kleine veestapel niet. Uit alles bleek, dat de opleiding van evangelisten hem zeer ter harte ging.

De tijd dat Ds. Van Donkersgoed zich bijna geheel aan de evangelistenopleiding kon wijden, is echter maar kort geweest. Het kerkewerk werd hem opgedragen en ging veel van zijn aandacht en tijd vragen. Ook voor dit werk zette hij zich in. Dit betekende echter, dat hij zich niet meer zo aan zijn studenten kon geven als voorheen. Later sprak hij met een zeker heimwee over zijn eerste evangelistencursus, die hij mocht leiden en begeleiden. Aan de evangelisten merkte je hoezeer zij aan Ds. Van Donkersgoed verbonden waren en hem waardeerden. Door zijn werk in de commissie Kerkewerk leerde hij de Hervormde Kerk van Oost-Afrika beter kennen. Daardoor zag hij niet alleen het goede, maar kreeg hij ook oog voor de schaduwzijden van de ontwikkelingen in deze jonge kerk. Met de eerlijkheid, die hem typeerde, sprak hij hierover. Ook in de synode noemde hij zowel het positieve waarin hij zich verblijdde, als het negatieve waarover hij bezorgd was.

Ds. Van Donkersgoed heeft in Kenya gewerkt onder bewolkte hemel. Hij heeft kerk en zending gediend; vaak boven zijn krachten. Hij heeft ook aan kerk en zending geleden.

Toen kwam het beroep naar Peru en nam hij afscheid van de Hervormde Kerk van Oost-Afrika. In Kenya is hij ongetwijfeld voorbereid op de zware taak in Peru. De docent aan de Bijbelschool ontdekte meer en meer de betekenis van het werken op het grondvlak in de zending. Onder bewolkte hemel was Gods Woord een lamp voor zijn voet en een licht op zijn pad. Ds. Van Donkersgoed was een trouw en bescheiden werker in Gods Koninkrijk.

Hij was niet zonder gebreken - dat wist hij zelf-, maar hij leefde uit de genade, die hij anderen verkondigde. Hij heeft met tranen gezaaid. Zijn leven en werk zijn als een tarwegraan in de aarde gevallen en gestorven. Naar Gods belofte zal het veel vrucht voortbrengen. Johannes hoorde een stem uit de hemel, die tot hem zei: Schrijf, zalig zijn de doden, die in de Heere sterven, van nu aan. Ja, zegt de Geest, opdat zij rusten mogen van hun arbeid: n hun werken volgen met hen" (Openbaring 14:13).

Daar is geen bewolkte hemel meer, maar een heldere hemel, „want de Heere zal u tot een eeuwig licht wezen, en de dagen van uw treuring zullen een einde nemen" (Jesaja 60:20).

De Heere, onze God, trooste zijn vrouw en dochtertje, zijn familie en vrienden, zijn kerk in Peru, Kenya en Nederland, die in onze broeder zoveel verloren hebben.

Gloria a Dios

Ds. J. E. de Groot: Bij de eerste contacten die de GZB kreeg met de Iglesia Evangélica Presbiteriana del Peru, werd aan het echtpaar Van Donkersgoed gevraagd als eersten naar Peru te gaan. Dat betekende opnieuw een omschakeling, onder andere van de taal. In plaats van Engels en Swahili, moest nu het Spaans geleerd worden. Ze voelden zich geroepen om in Peru de gemeenten in de meest geïsoleerde provincie (Amazonas) te gaan dienen, omdat daar nog nooit een zendingsarbeider had gewerkt. Dat betekende het moeten missen van heel wat comfort en contact, maar omdat de Heere God door bepaalde tekenen had duidelijk gemaakt dat ze daar móesten zijn, bleven ze trouw op hun post. En... ze hebben daarin veel van de nabijheid des Heeren ervaren, zoals Mevr. Van Donkersgoed in genoemd E.O.-interview zei. Ds. Van Donkersgoed bezocht de gemeente, preekte, gaf lessen en probeerde zo het geestelijk peil van ouderiingen en gemeenteleden omhoog te krijgen, tenwijl Mevr. Van Donkersgoed onophoudelijk met de mensen in gesprek was, getuigend van de ene Naam.

Ik herinner me dat Ds. Van Donkersgoed op één van de laatste cursussen de ouderiingen de thema's verkiezing, rechtvaardiging en heiliging onderwees, thema's die hij bijzonder belangrijk achtte voor een gefundeerd geloofs-en gemeentelijk leven, ook in Peru.

De laatste lezing van hem was over de positie van de vrouw in de kerk, een lezing die bestemd was voor de gehele Evangelische Presbyteriaanse kerk van Peru.

Wijzelf hebben ook veel aan hem en zijn vrouw te danken: Zij hebben ons ingewerkt in de (kerkelijke) situatie in Noord-Peru. En altijd waren ze bereid met raad en daad ons bij te staan. Vooral hebben we gevoeld dat de dienst van God hem lief was en dat hij daar alles voorjover had. Op de GZB-zendingsdag in 1981 zei hij dat het werk in Amazonas eigenlijk te zwaar voor hem was en dat hij dat ook tot de Heere God gezegd had, maar dat God hem had geantwoord: Dat wist Ik al lang, maar zou Ikje niet kunnen helpen? En zo ging hij weer verder, lange reizen makend om groepjes christenen te ontmoeten en toe te rusten, tot... ja, tot die 11e februari. Toen was het genoeg. Toen zei God: Ik zal je van de zware post aflossen, om Mij voor Mijn troon te dienen. En zó willen we aan onze broeder denken die zoveel jaren de (wereld)kerk heeft gediend.

Hij is in Pomacochas begraven, temidden van „zijn" mensen. Ook dét is een getuigenis. De Peruaanse christenen en een ieder die het kerkhof daar zal bezoeken, zal diep ontroerd zijn. En daarbij denken we aan de tekst die we in de kerkdiensten in Peru altijd zingen: i vivimos, para el Senor vivimos; y si morimos, para el Sehor morimos. Sea que vivamos o que moramos, somos del Senor. „Hetzij dat wij leven, wij leven voor de Heere; hetzij dat wij sterven, wij sterven voor de Heere. Hetzij dan dat wij leven, hetzij dat wij sterven, wij zijn des Heeren" (Romeinen 14:8). Gloria a Dios - God de eer!

Dit artikel werd u aangeboden door: Gereformeerde Zendingsbond

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1983

Alle Volken | 16 Pagina's

In memoriam Ds. B. A. van Donkersgoed

Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 april 1983

Alle Volken | 16 Pagina's