Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Tekst van de door de synode vastgestelde formulieren

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Tekst van de door de synode vastgestelde formulieren

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

FORMULIER VAN DE BAN OF DE AFSNIJDING VAN DE GEMEENTE

Eerste afkondiging van de kerkelijke tucht

Geliefden in onze Here Jezus Christus, De kerkeraad moet u tot zijn grote droefheid bekend maken, dat een broeder (zuster) der gemeente zich heeft schuldig gemaakt aan ………; en dat hij (zij) ondanks vele ernstige vermaningen geen blijk heeft gegeven van ware boetvaardigheid, zodat de kerkeraad hem (haar) heeft moeten afhouden van de gemeenschap aan de tafel des Heren. Toch heeft dit niet mogen leiden tot bekering en zijn ook de aanhoudende vermaningen vruchteloos gebleven. Daarom ziet de kerkeraad zich tot zijn diepe droefheid verplicht met deze broeder (zuster) verder te handelen en, indien hij (zij) volhardt in zijn (haar) zonde, over te gaan tot de afsnijding. Thans doet hij hiervan voor de eerste keer mededeling en roept hij u met ernst op, aanhoudend voor hem (haar) te bidden, of het de Here behagen mag hem (haar) tot berouw en bekering te brengen.

Tweede afkondiging

Geliefden in onze Here Jezus Christus, Reeds eerder moest de kerkeraad u met droefheid bekend maken, dat een broeder (zuster) zich heeft schuldig gemaakt aan ………; en dat hij (zij), daar er geen oprecht berouw gebleken is. niet slechts van het Heilig Avondmaal is afgehouden, maar dat de kerkeraad ook verder met hem (haar) had te handelen. Nu heeft deze breeder (zuster) tot heden geen blijk gegeven van waarachtige bekering en zijn de herhaalde bestraffingen en vermaningen vruchteloos gebleven.

Daarom moet de kerkeraad tot zijn diep leedwezen met de tuchtoefening voortgaan en, na ingewonnen advies van de classis, voor de tweede keer mededeling hiervan doen, nu met het noemen van de naam. Het betreft N ……… (wonende ………).

Wij roepen u met de meeste ernst op hem (haar) aanhoudend in lief de te vermanen en ernstig voor hem (haar) te bidden, of het de Here behagen mag hem (haar) tot berouw en bekering te brengen, opdat hij (zij) nog behouden wordt.

Derde afkondiging

Geliefden in onze Here Jezus Christus, Reeds tweemaal moest de kerkeraad u met droefheid bekend maken, dat breeder (zuster) N ……… zich heeft schuldig gemaakt aan ………; en dat hij (zij) wegens duidelijk gebleken onboetvaardigheid niet slechts van het heilig Avondmaal is afgehouden, maar dat de kerkeraad ook met de tuchtoefening moest voortgaan.

Omdat hij (zij) tot nu toe geen enkel blijk van waarachtige bekering heeft gegeven en alle bestraffingen en vermaningen verworpen heeft, wordt met de droeve zaak van de afsnijding voortgegaan en u voor de derde en laatste keer hiervan mededeling gedaan.

Wij maken u bekend, dat hij (zij) op zondag ……… van de gemeenschap der kerk zal worden afgesneden, tenzij hij (zij) zich alsnog bekeert.

Wij roepen u voor het laatst met de meeste ernst op om hem (haar) liefdevol te vermanen en voor hem (haar) vurig te bidden, of het de Here behagen mag hem (haar) tot berouw en bekering te brengen, opdat hij (zij) zich niet tot het uiterste verhardt, maar nog behouden wordt.

Formulier

Geliefden in onze Here Jezus Christus, Tot driemaal toe hebben wij u bekend gemaakt welk een grote zonde ons medelid N ………gedaan en welk een aanstoot hij (zij) daardoor gegeven heeft, opdat hij (zij), door uw christelijke vermaningen en gebeden, zich tot God zou bekeren en uit de strik van de duivel bevrijd zou worden, om de wil des Heren te volbrengen.

Maar wij moeten u tot onze grote droefheid mededelen, dat voor ons tot nog toe niemand is versehenen die ook maar enigszins aangetoond heeft, dat ons medelid door de herhaalde vermaningen tot hem (haar) gericht — zowel onder vier ogen als in tegenwoordigheid van getuigen — gekomen zou zijn tot berouw over zijn (haar) zonde of enig teken van ware bekering heeft doen blijken. Hij (zij) heeft integendeel zijn (haar) over-treding door zijn (haar) hardnekkigheid nog groter gemaakt.

Daarom hebben wij u voor enige tijd reeds bekend gemaakt dat wij, indien hij (zij) zich niet bekeerde, genoodzaakt zouden zijn het laatste middel dat ons tot zijn (haar) behoud overblijft, aan te wenden. Hoewel de kerk zo lang geduld met hem (haar) gehad heeft, is er van bekering geen sprake. Wij moeten thans tot de uiterste tuchtoefening overgaan, opdat ons medelid hierdoor. indien mogelijk, tot berouw over zijn (haar) zonde gebracht wordt, en ook het gehele lichaam der gemeente niet in gevaar gebracht en Gods Naam niet gelasterd wordt.

Daarom verklaren wij, dienaars en opzieners van Gods gemeente, in de naam en met de volmacht van onze Here Jezus Christus, dat N ……… om de genoemde oorzaken uitgesloten wordt uit de gemeente van Christus en geen deel heeft aan de gemeenschap met Hem, aan de heilige sacramenten en aan alle geestelijke zegeningen en weldaden Gods jegens Zijn gemeente, zolang hij (zij) geen oprecht berouw toont en volhardt in zijn (haar) zonden.

Want Christus heeft gezegd: Indien hij naar de gemeente niet luistert, dan zij hij u als de heiden en de tollenaar. Voorwaar, Ik zeg u, al wat gij op aarde bindt, zal gebonden zijn in de hemel, en al wat gij op aarde ontbmdt, zal ontbonden zijn in de hemel1).

Voorts vermanen wij u, geliefde gemeente, dat gij met hem (haar) niet omgaat zonder hem (haar) Gods geboden en beloften voor te houden, opdat hij (zij) tot berouw en bekering komt.

Ieder van ons moet zich opnieuw aangespoord weten om de Here te vrezen en daarin te volharden. Wie meent te staan, zie toe dat hij niet valle. Hij blijve standvastig in de ware gemeenschap met de Vader en Zijn Zoon Jezus Christus en met alle gelovigen, tot het einde toe, om zo de eeuwige zaligheid te verkrijgen.

Geliefde broeders en zusters, gij hebt gehoord van de afvalligheid en verharding van deze nu uitgesloten broeder (zuster). De satan is listig om de mens te brengen tot de ondergang en af te trekken van alle heilzame middelen tot de zaligheid. Weest daarom op uw hoede, ook voor het geringste begin van het kwaad.

O.V. Ziet toe, broeders, dat niet te eniger tijd in iemand van u zij een boos ongelovig hart, om af te wijken van de levende God, maar vermaant elkander te allen dage, zolang als het heden genaamd wordt, opdat niet iemand uit u verhard worde door de verleiding der zonde.2).

N.V. Ziet toe, broeders, dat bij niemand uwer een boos, ongelovig hart zij, door af te vallen van de levende God, maar vermaant elkander dagelijks, zolang men nog van een heden kan spreken, opdat niemand van u zich verharde door de misleiding der zonde. 2).

Een ieder die de Naam des Heren noemt, breke met de ongerechtigheid, opdat wij ons niet opnieuw moeten bedroeven over iemand van u. Leeft eendrachtig in godzaligheid, dan zult gij onze blijdschap en kroon zijn in de Here.

Aangezien het God is, Die in ons werkt, zowel het willen als het werken, om Zijn welbehagen, willen wij Zijn heilige Naam met belijdenis van onze zonden aanroepen.

Rechtvaardige God, barmhartige Vader, wij klagen onszelf aan voor Uw hoge Majesteit vanwege onze zonden, en belijden verdiend te hebben de droefheid en de smart die ons treffen in de uitsluiting van ons gewezen medelid; ja, wij zijn alien waard om van U verbannen te worden, indien Gij met ons in het gericht wilt treden. Maar, Here, wees ons genadig om Christus’ wil, vergeef ons onze misdaden, die ons van harte leed zijn, en werk in ons hoe langer hoe meer berouw daarover, opdat wij Uw oordelen vrezen en ons beijveren om U te behagen.

Geef, dat wij ons hoeden voor aile besmetting van de wereld en van degenen die van de gemeenschap der kerk zijn afgesneden, opdat wij geen deel hebben aan hun kwaad en de afgesnedene beschaamd wordt over zijn (haar) zonden. En daar Gij geen lust hebt in de dood van de zondaar, maar daarin, dat hij zich bekeert en leeft, en de gemeenschap van Uw kerk altijd open staat voor degenen die wederkeren, bidden wij U: wek in onze harten een heilige ijver, zodat wij, door de liefde van Christus gedrongen, met woord en daad deze afgesnedene trachten terug te Winnen, en met hem (haar) allen die door ongeloof of onheilige levenswandel van U afwijken.

Geef Uw zegen over onze vermaning, opdat wij ons weer mogen verblijden om een mens over wie wij nu rouw dragen, en zo Uw heilige Naam geprezen worde. Wij vragen U dit door onze Here Jezus Christus, Die ons heeft leren bidden:

Onze Vader, Die in de hemelen zijt,

Uw Naam worde geheiligd;

Uw Koninkrijk kome;

Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op de aarde;

Geef ons heden ons dagelijks brood;

en vergeef ons onze schulden, gelijk ook

wij vergeven onze schuldenaren;

en leid ons niet in verzoeking, maar

verlos ons van den boze.

Want Uwer is het Koninkrijk, en de kracht, en de heerlijkheid, in der eeuwigheid.

Amen.

FORMULIER VAN DE WEDEROPNEMING IN DE GEMEENTE

Afkondiging

Geliefden in onze Here Jezus Christus,

Het is u bekend dat enkele jaren (maanden) geleden ons medelid N ……… van de gemeente is afgesneden. Thans mogen wij u met vreugde meedelen, dat hij (zij) door Gods genade tot bekering is gekomen en begeert weer opgenomen te worden in de gemeenschap van de kerk. Aangezien Christus ons beveelt, ieder, die berouwvol terugkeert met blijdschap te ontvangen, zullen wij hem (haar) weer in de gemeente opnemen, tenzij hiertegen voor zondag ……… wettige bezwaren worden ingebracht. Intussen zal ieder de Here danken voor de weldaad, aan hem (haar) bewezen, en Hem bidden dat Hij Zijn werk aan hem (haar) wil voltooien tot zijn (haar) eeuwige zaligheid.

Formulier

Geliefden in onze Here Jezus Christus,

Wij hebben u meegedeeld dat onze breoeder (zuster) N……… door Gods genade tot bekering is gekomen en begeert weer opgenomen te worden in de gemeenschap van de kerk. Er zijn geen wettige bezwaren tegen deze wederopneming ingebracht.

Christus heeft Zijn gemeente de sleutels van het Koninkrijk der hemelen toevertrouwd, toen Hij zeide: Voorwaar, Ik zeg u, al wat gij op aarde bindt, zal gebonden zijn in de hemel, en al wat gij op aarde ontbindt, zal ontbonden zijn in de hemel. 1). En aangezien God in Zijn Woord verklaart, geen behagen te hebben in de dood van de zondaar, maar daarin dat hij zich bekeert en leeft, blijft de kerk altijd hopen op de bekering van zondaren en ontvangt zij ieder die berouwvol terugkeert, met vreugde weer in haar gemeenschap. Daarom vermaant de apostel Paulus de gemeente iemand die gezondigd heeft en na de bestraffing daarover bedroefd is geworden, vergiffenis te schenken, hem te vertroosten en te besluiten hem liefde te betonen. Voor ieder, die zijn zonden belijdt, geldt de belofte: Hij is getrouw en rechtvaardig, om ons de zonden te vergeven en ons te reinigen van alle ongerechtigheid. 2). Niemand die zich oprecht bekeert, behoeft er ook maar enigszins aan te twijfelen of God hem in genade heeft aangenomen, want Christus zegt: Wie gij hun zonden kwijtscheldt, die zijn ze kwijtgescholden. 3).

Nu wij overgaan tot de wederopneming in de gemeente, verzoeken wij u, N…… te antwoorden op de volgende vragen:

Verklaart gij voor God en Zijn gemeente, dat gij oprecht berouw hebt over uw zonde en het volharden daarin?

Gelooft gij van ganser harte, dat u de Here uw zonden om Christus’ wil vergeven heeft?

Begeert gij in de gemeente van Christus weer opgenomen te worden en belooft gij van nu aan in belijdenis en wandel u te richten naar het Woord des Heren?

Antwoord: Ja.

Wij, dienaars en opzieners van de gemeente Gods, verklaren in de naam en met de volmacht van onze Here Jezus Christus, dat gij, N ………, niet langer van Gods gemeente zijt afgesneden. Wij ontvangen u opnieuw in de gemeente des Heren en verkondigen u, dat gij deel hebt aan de gemeenschap van Christus en de heilige sacramenten, aan alle geestelijke zegeningen en weldaden Gods, die Hij aan Zijn gemeente belooft en bewijst. Daarin moge u de getrouwe God tot het einde toe behouden door Zijn eniggeboren Zoon Jezus Christus. Amen.

Wees, gelief de broeder (zuster), in uw hart dan verzekerd dat de Here u in genade heeft aangenomen. Wacht u voor de listen van de satan en de boosheid van de wereld en van uw eigen hart, opdat gij niet weer vervalt in de zonde. Heb Christus zeer lief, want u is veel vergeven.

En gij, geliefde gemeente, ontvang deze broeder (zuster) met toegenegen harten. Verblijd u, want hij (zij) was dood en is weer levend geworden, was verloren en is gevonden. Verheug u met Gods engelen over deze zondaar (zondares), die zich bekeerde. Houd hem (haar) niet langer voor een vreemde, maar voor een medeburger der heiligen en een huisgenoot Gods.

Daar wij van onszelf niets goeds hebben, laat ons de Here loven en danken, en Hem om Zijn genade aanroepen:

Goedertieren God en Vader, wij danken U door Jezus Christus, dat Gij aan deze broeder (zuster) bekering ten leven hebt gegeven en ons blijdschap schenkt over zijn (haar) wederkeer. Wij bidden U, bewijs hem (haar) Uw genade, om van de vergeving van zijn (haar) zonden meer en meer verzekerd te zijn, en daaruit een onuitsprekelijke blijdschap en een hartelijke lust te scheppen om U te dienen.

Verleen hem (haar) Uw genade om door zijn (haar) bekering velen tot zegen te zijn. Geef hem (haar), tot het einde toe met volharding te wandelen in Uw wegen. Laat de genade, die hem (haar) bewezen is, ons des te vaster doen geloven, dat bij U vergeving is, opdat Gij gevreesd wordt. Geef, dat wij, met onze broeder (zuster) en mede-erfge-na(a)m(e) van het eeuwige leven, U samen dienen in kinderlijke vrees en gehoorzaamheid, al de dagen van ons leven. Wij vragen U dat door onze Here Jezus Christus, in Wiens Naam wij bidden:

Onze Vader, Die in de hemelen zijt,

Uw Naam worde geheiligd;

Uw Koninkrijk kome;

Uw wil geschiede, gelijk in de hemel, alzo ook op de aarde.

Geef ons heden ons dagelijks brood;

En vergeef ons onze schulden, gelijk ook wij vergeven onze schuldenaren;

En leid ons niet in verzoeking, maar verlos ons van den boze.

Want Uwer is het Koninkrijk en de kracht en de heerlijkheid in der eeuwigheid.

Amen.

1) Matth. 18 : 17 en 18.

2) Hebr. 3 : 12 en 13.

1) Matth. 18 : 18.

2) 1 Joh. 1 : 9.

3) Joh. 20 : 23.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

Ambtelijk Contact | 24 Pagina's

Tekst van de door de synode vastgestelde formulieren

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 januari 1975

Ambtelijk Contact | 24 Pagina's