Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

TER OVERWEGING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

TER OVERWEGING

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

J. Kamphuis, Uit verlies winst. Uitg. De Vuurbaak b.v., Barneveld, 1985. 67 blz. f. 12,90. Van de „Kamper Bijdragen” is veel goeds te zeggen. Dat geldt zonder twijfel ook van deze uitgave in de serie (nr. 26), waarin de rede gepubliceerd wordt die prof. J. Kamphuis in 1985 op de dies van de Theologische Hogeschool van de Gereformeerde Kerken in Nederland gehouden heeft.

De ondertitel zegt, dat het over het beeld van God en het komende koninkrijk gaat. Over het beeld van God wordt verschillend gedacht. Volgens Kamphuis, die zich bij K. Schilder kan aansluiten, wijst het op representatie. De mens vertegenwoordigt God op aarde. Dat is de ambtsgedachte.

De schrijver staat terecht gereserveerd tegenover Schilders termen „onderkoning” en „gouverneur-generaal”. Hij vindt diens exegese van Gen. 5 : 3 en Gen. 9 : 6 te verwrongen, resp. niet geheel bevredigend. De verklaring die hij van teksten als Gen. 9: 6 en Jac. 3 : 9 geeft, roept toch ook weer vragen op. Het is volkomen waar, dat God trouw blijft aan zijn schepping als Hij op weg gaat naar de herschepping, maar zeggen deze woorden van de Schrift ook niet iets van de mens in zijn relatie tot God? Een wens mijnerzijds zou zijn, dat in verband met de gekozen interpretatie van het beeld van God meer ingegaan zou worden op de trits kennis, gerechtigheid en heiligheid, die we zowel bij Calvijn als in onze belijdenisgeschriften vinden. Vanuit de herschepping valt ook weer licht over de staat der rechtheid en de val. Dat heeft Calvijn toch wel goed gezien. Intussen is er reden om dankbaar te zijn voor deze studie. Het is een vreugde om van goede gereformeerde theologie kennis te nemen.

C.S. Lewis, Over denken en geloof. Met reden geloven. 101 biz. f. 15,50. Uitg. J.N. Voorhoeve, Den Haag, tweede druk, 1984.

Er is binnen het christelijk studentenwerk een Lewiskring. De leden bespreken het werk van de vermaarde schrijver, die overtuigd atheïst is geweest, maar tot persoonlijk geloof is gekomen. Hij is hoogleraar geweest in Oxford en Cambridge in de Engelse taalkunde en in de filosofie (vooral van de Middeleeuwen). Hij was als vakman vermaard.

In brede kring heeft zijn werk bekendheid en waardering gekregen. Men spreekt van zijn apologetisch werk. Hij gaat met redelijke argumenten de bestrijders van het christelijk geloof te lijf. Zeer diepzinnige en tegelijk duidelijk aansprekende argumenten. Zijn „Brieven uit de hel” vonden direct na de oorlog vele lezers in ons land. In tien hoofdstukken wordt telkens een onderwerp (problematisch in de ogen van ongelovigen) aan de orde gesteld. Bijvoorbeeld: Openbaring, Het lijden, Wonderen, De objectiviteit van normen, Het gebed. Een korte inleiding op het probleem (geschreven door de kringleden en hun leider, prof. Blaauw) vraagt aandacht voor vertaalde teksten van Lewis zelf. Soms vond ik het moeilijk met de teksten echt contact te krijgen. Het gaat om fragmenten uit opstellen, verhalenbundels e.d. Toch is mijn oordeel positief. Voor wie kennis wil maken met het werk van Lewis is dit een eerste inleiding: niet meer, maar ook niet minder.

K.J.Kraan, Genezing en bevrijding 3. Bevrijding en innerlijke genezing. 178blz. f.32,90. Uitg. Kok, Kampen 1986.

Het derde deel in de serie van de auteur, die vijf jaar geleden stierf. Dit boek bevat alle licht- en schaduwzijden van de voorgaande delen. Ik zal ze niet opnieuw opsommen. Vooral in het tweede deel „Pneumatherapie en psychotherapie” komen nieuwe gedachten naar voren. We treffen hier ook een hoofdstuk aan over de leer van de mens en de nieuwe mens. Voorbeelden en ervaringen van de schrijver en van vele anderen illustreren het betoog. Aan de grondthese van de schrijver kan ik me niet gewonnen geven. Toch stimuleert hij tot meedenken en ingaan op zijn positie. Ook dit boek wordt gekenmerkt door tal van fragmentarische stukken. Dat blijkt niet in het minst in de manier waarop er soms noten zijn aangebracht en dan weer niet. Dit boek vraagt wel om een antwoord van hen die met de schrijver van mening verschillen.

C.H.Lindijer. In onze diepste dromen. Pastoraal omgaan met dromen. Serie Pastorale handreiking. 174 blz., f. 26,50. Uitg. Voorhoeve, Den Haag 1986.

De schrijver heeft tal van publikaties op pastoraal-theologisch gebied doen verschijnen. Het is steeds de moeite waard naar hem te luisteren. In dit boek gaat hij op het verschijnsel dromen in. Het grootste deel van het boek bestaat uit de weergave van wat vele anderen over het onderwerp hebben geschreven. Het boek heeft iets van een bundeling excerpten. De bijbelse gegevens met betrekking tot dromen worden onderzocht. Meer stof wordt ontleend aan buitenbijbelse gegevens en interpretaties. Dat is begrijpelijk. Dromen zijn in de bijbel soms openbaringsmiddelen. Wat we ermee moeten, als ze dat niet zijn, wordt in de bijbel niet altijd nader aangegeven. We zullen ze m.i. altijd in het licht van het Woord moeten bezien. Dit laatste komt niet duidelijk in dat boek naar voren. Dromen zijn weerspiegeling van wat in onze geest leeft. De interpretatie ervan blijkt soms een gissing. We kunnen op een spoor gezet worden. We kunnen ons ook grandioos vergissen. Daarom is terughoudendheid geboden, meer denk ik dan in dit boek wordt betracht.

J. van Bruggen, Wie maakte de Bijbel? Over afsluiting en gezag van het Oude en Nieuwe Testament. 138 blz., f.22,90. Uitg. Kok, Kampen 1986.

De nieuwtestamenticus van Kampen (gereformeerd vrijgemaakt) heeft enkele jaren geleden een inleiding op (het lezen van) de Bijbel geschreven. Dit is een vervolg, dat zelfstandig gelezen kan worden. Het gaat over de ouderdom van het Oude Testament, over de canon, met welk vraagstuk de erkenning van Oud en Nieuw Testament is gegeven. Bezwaren van de moderne bijbelkritiek worden weergegeven en weerlegd. Tenslotte de vraag of de Bijbel feilbaar, foutloos of geloofwaardig is. Op een nuchtere, gelovige wijze worden alle vragen besproken. Er blijken veel argumenten aangevoerd te kunnen worden tegen de bevooroordeelde moderne kritiek. Het is een verfrissing dit heldere boek te lezen. Studenten, ook oudere middelbare scholieren zullen zich geholpen weten met dit boek. Ik maak ook ouderlingen graag attent op de inhoud. Drie excursen laten zien hoe de schrijver de stof tot in details beheerst. Het is goed leesbaar geschreven.

Dit artikel werd u aangeboden door: Christelijk Gereformeerde Kerken

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1987

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's

TER OVERWEGING

Bekijk de hele uitgave van woensdag 1 april 1987

Ambtelijk Contact | 16 Pagina's