HET FAILLIET VAN DE WIJKOUDERLING?
Wie zijn oor binnen de gemeente te horen legt, krijgt meestal niet veel positieve reacties te horen op huisbezoeken van de ouderling. Voor veel gemeenteleden hoeft het niet zo nodig, maar is het ‘helaas’ een verplicht nummer waar elk jaar opnieuw weer zuchtend aan wordt voldaan: “Die man doet ook z’n best, we mogen blij zijn dat we nog mensen hebben die bereid zijn om wijkouderling te worden”.
Het is dan ook geen gelukkige positie waarin je als wijkouderling verkeert. De meesten zijn blij als ze op elk adres eenmaal per jaar hun verplichte bezoek hebben gebracht om dan vervolgens na meestal 4 jaar weer te mogen gaan ‘genieten’ van 1 of 2 jaren verdiende rust. Mochten zij daarna weer tot het ambt geroepen worden dan is dat vrijwel zeker weer in een andere wijk; de vorige wijk is immers overgenomen door iemand die er nu pas 1 of 2 jaar zit.
Op deze manier blijft het wijkouderlingschap beperkt tot een plichtmatig viermaal bezoeken van meestal voordien oppervlakkige kennissen-uit-de-kerk. Het krijgen van een band, een vertrouwensrelatie, is in deze gevallen een moeilijke, zo niet onmogelijke, opgave. Gemeenteleden zullen zich er toch al voor waken om al te veel te verteilen tegen hun wijkouderling. Gevallen waarin vertrouwelijk doorgegeven informatie toch bekend werd buiten de kerkenraad zijn immers niet zeldzaam.
Het probleem is echter niet alleen beperkt tot de ontvangers van de huisbezoeken; ook de kerkenraad zelf heeft moeite met de wijkouderling. Naar mijn stellige overtuiging wordt bij veel kerkenraden al lang niet meer gelet op bijbelse criteria als nuchter, bezadigd, onbesproken, bekwaam om te onderwijzen, gunstig bekend staand bij ongelovigen, niet opvliegend maar vriendelijk etc.
Nee, het lijkt tegenwoordig slechts nog om drie criteria te gaan: mannelijk geslacht, trouwe kerkganger (tenminste eenmaal perzondag) en geen objeetieve bezwaren tegen het ambt.
Op deze manier krijgen we (op dit moment) de stoelen misschien wel gevuld, maar of we zo recht doen aan het opzienersambt is een vraag die ik niet zo gauw met ja zou willen beantwoorden. Argumenten als ‘Gods kracht wordt in zwakheid volbracht’ en ‘des Heren Woord zal nooit ledig terugkeren’ klinken wellicht vroom, maar poetsen wat Paulus schrijft over de aan de opzieners te stellen eisen niet weg.
Een tweede probleem dat hierbij om de hoek komt kijken is de toenemende complexiteit van de pastorale Problemen waarvoor de huidige wijkouderling over het algemeen onvoldoende is toegerust. Gevolg is dat de hoeveelheid complex en zogenaamd crisispastoraat voor de predikant almaar blijft groeien, zodat overbelasting dreigt.
Zijn er mogelijkheden om het anders te doen? Ja, als we tenminste bereid zijn om de crisis onder ogen te zien en beseffen dat het alleen anders kan als we de zaak struetureel opnieuw aanpakken en niet met allerlei lapmiddelen het faillissement trachten te camoufleren. Een voorzet van mijn kant is het volgende:
- Wijs, naast de predikanten, enkele breeders aan die bekend staan om de bovenvermelde bijbelse criteria. Deze breeders worden gevraagd om het ‘pastoraat-op-afroep’ te verzorgen. Zij gaan dus niet op eigen initiatief op huisbezoek, maar wachten daarmee tot zij door of via een gemeentelid gevraagd worden. Omdat dit wel eens een aanzienlijke tijdsinvestering zou kunnen vragen, is het wellicht nodig om deze breeders een daarvoor passende vergoeding te geven, zodat zij zich voor dit werk één of twee dagdelen per week vrij kunnen maken. Pas wanneer deze breeders het noodzakelijk achten wordt de wijkpredikant gevraagd om pastorale bijstand te verlenen. De predikant vormt samen met deze breeders het pastorale kernteam.
- Hierdoor krijgt de predikant veel meer tijd om aan zijn kemopdracht bijbelstudie en preekvoorbereiding te werken en kunnen eventueel ook bij toerbeurt gemeenteleden gevraagd worden om in deze preekvoorbereiding mee te denken. De kerkdiensten zijn (wellicht moet ik zeggen: helaas) in ons kerkverband vaak het belangrijkste ontmoetingspunt van de gemeenteleden met onze hemelse Vader en met elkaar. Het belang van een goede dienst is dan ook groot. Extra tijdsinvestering hierin kan dan ook een groot rendement hebben.
- Laat de wijken functioneren als contactkringen. Binnen deze contactkringen zijn een vrouwelijk en mannelijk gemeentelid (uit de wijk zeit!) bij toerbeurt voor 4 jaar aangewezen/gekozen om het onderling contact te bevorderen en te begeleiden. Dit kan het best plaatsvinden in gestructureerde maandelijkse ontmoetingsavonden (misschien een beetje te vergelijken met een groothuisbezoek) waarbij 5 of 6 pastorale eenheden op zo’n avond bijeen komen voor bijbelstudie, bezinning en onderling contact. Laat de samenstelling van deze ontmoetingsavonden zo variëren dat ieder wijkadres ten minste eenmaal per jaar met elk van de andere adressen uit de wijk op deze manier contact heeft.
- De wijkdiaken en -diakones brengen het pastorale kemteam zo nodig op de hoogte van vragen/problemen uit de wijk. Tevens houden ze bij welke leden de ontmoetingsavonden niet of vrijwel niet bezoeken en proberen dezen daarvoor te motiveren (door bijvoorbeeld een ontmoetingsavond bij deze leden thuis te organiseren).
- Laat het kerkgebouw een ontmoetingsplaats zijn van de gemeente, waar jong en oud, niet alleen op zondag maar ook door-de-week, graag komen. Hiervoor zijn gezellige zitjes, ontmoetingsruimtes, ontspanningsmogelijkheden (spei, tafeltennis etc.) en koffie/fris tegen kostprijs nodig. Laat (oudere?) gemeenteleden volgens rooster dienst doen als gastheer/gastvrouw. Zelfs een christelijke kinderopvang (crèche) behoort dan tot de mogelijkheden. Voor dit laatste zal uiteraard wel een vergoeding gevraagd worden.
Is dit een systeem zonder problemen? Lost dit alles op? Ik denk het niet, maar beschouw het als een aanzet voor een discussie die hoognodig gevoerd moet gaan worden.
De heer Van Amerongen is lid van de kerk van Hoogeveen; verschillende keren maakte hij deel uit van de kerkenraad, o.a. als scriba.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 2000
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's
Bekijk de hele uitgave van vrijdag 1 september 2000
Ambtelijk Contact | 16 Pagina's