Jehova's geluigen

Wat dc vt'i-klaririfr van de Waarheid betrof, kunnen wij er liiet anders vafl opmaken voor zoover oos bekend is uit de nagelaten freschrifteji. dat bet „kant noch wal"' raakte. Aan een BisJjroomelijke Inlefrkunde maalite hij zich jschuldifr. en daarbi.i al wat door hejjn fresproken on jresehrevea werd. miste allen dojr- BiatiBcheii KTOndslafr. Wat hi.j van den Bijbel maakte was dcor en door - fantastisch frelijk dat ook het sreval wap bij den opvolger van Russell, ii.l. Rechtfr Rutherford (niet te verwarren met den Godzalijren Samuel Rutherford, l'jvaiitreiiedienaar en Professor in de .Godfreleerdheid te St.. Andrews in Schotland). En in Jesaja (iü : 8, waar we lezen: Wie zijn deze. die daar komen pevtogen als een wolk en als duiven tot hare venstcren. wordt over- {^ebrat-ht op vliepheMen. die door de lucht aandrijven. Job 38 ; 35 Kuflt trJj de •blikRemeii uitlaten, dat zij henenvaren, daar wordt volfrens hen (redoeld op de electrische vonk en de draadlooze teleftraf)*.

Nahum 2 : 4: De wa^'cns razen door de wijken: Zij loopen .orinds en weder op de straten: hunne gedaanten zijn als der fakkelen: zi.; loopen door elkander als de bliksejnen; moet vol.frens hen toegepast worden op den spoortrein

M-eer zuUen wij er niet van noemen, doch voor een ieder is het we! duidelijk, dat wi, j ons aan zulke verleiders ^een oor mofren leenen.

Van de leer der Heilifrc Drieeenheid. wordt door hen prespro. ken als van een natujj-rlijke en vaische leer, een onj? eri.imde dwalinp.

OcJoofsbelijdenissen. die den DrieeeDJj; € n God belijden, Mjn in hun ooKfiji: uitvindinpeö van den Satan. Wat zij leeren van den Hp*re Jezus?

Voordat Hij in het vleesch kwani, was Hij de overste der engelen, de aartsenfcel Michael (immers Michael beteekent: „die als God is". Door zijn geboorte werd Hij menseh: als mensch lee-fde «n stierf Hij. Gedurende de drie dagen, dat ïiij dood was. hield „Zijji ziel. het wezen onzes Heeren" op te bestaan Dit in overeenstemming met de leer van de zieieslaap. die sterk door het Russellisme wordt voorgestaan. Maar in de opstanding uit de dooden neemt Jezus ChristviS de Goddelijke natuur aan. Zijn Godheid overgebleven uit de rcrnietigiiig van den mensch Je. 2U& . is volgens Eussell's voorsteJling het loon voor den verr'chten zielsarbeid des Heeren: Het een zoowel als het ander is in den arond Godslasterlijk, en moet door ons geschuwd worden al* de pest. „Ontvangt hen niet in Hw huis" moet ook op dezen worden toegepast

De leer aangaande (ie mensch is ook al even willekeurig en verward, afwijkend van de zuivere leer der waarheid, als van de drieëenhejd en van Christus. Luister maar naar het volgende: Feitelijk staat de mensch alleen boven de dieren des velds, omdat hij edeler vormen, een fijner organisme heeft, en vooral oi.k. o-mdat hij veel ontwikkelder hersenen bezit. Russell spreekt vel van een ziel: maar. dat is \oor hem niet veel andere dan de levensscbim. Dat de ziel een onsterfelijke geest is. waardoor wij loven en rede gebruiken, volgens Hellenbroek, daar heeft Russell tieen oog voor. Hij stelt het zich zóó voor, dat de mensch beslaat, uit twee elementen, lichaam en geest: uit de vereniging van deze beide, ontstaat de zitl.iVIaar die geest in den mensch is niet anders dan de levenskiera; en zoo is de ziel niet veel meer dan het leven zelve, dat in hem woont, en zich op velerlei wijze naar buiten openbaart. Derhalve komt Russell de leer van den materialist al zeer dicht nabij.

Nu verwonderen wij ons ook niet. wanneer volgens Russell de mensch met den dood ophoudt te leven; dit noemt hi.j zieleslaap, waaruit hij pas bij de wederkomst des Heeren ontwaakt. De eenige. die onsterfelijk is, is God. Dat de eeuwigheid der Goddelijke natuur, die ten nauwste samenhangt met hare ongeschapenhfrid. heel wat anders is dan onsterfelijkheid, is iets dat in de dogmatiek van Russell geheel verwaarloosd wordt.

Het groote ivereldgericht zal aan het duizendjarig rijk een einde maken; milliarden. die vóór of buiten Christus zijn gestorven, zullen dan uit hun zieleslaap, worden gewekt. Maar een klein deel der menschheid verkrijgt onsterfelijkheid, evenals Jezus: het wordt de goddelijke natuur deelachtig. Een tweede klasse, die gedurende het dnizénd jarig rijk „den hoogen weg der heiliging" (Jer. 35 : 8") gaan ontvangen wel niet onsterfeIi.jkheid. maar toch het eeuwige leven hier op aarde.

En degenen die zich niet beheerden, verzinken in het niet. Want een plaats der vergelding en der verderf kent Russell niet. Op het eindgericht. volgt de volzalige beerschappij des Heeren op'de nieuwe aarde, waarvan de heerlijkheid van het oude para. dijs maar een zwakke afschaduwing was.

Ziedaar vrienden enkele voornaamste leerstukken van Russell, die thans nog nagevolgd wordt door , yJehova's Getuigen".

Ds. L.

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Printen