Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De Indische Aangelegenheid

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De Indische Aangelegenheid

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

De ministers zijn dan uit Indië in ons land teruggekeerd. Ook reeds de meeste Kamerleden. Nog een paar ijn daarheen onderweg.

Het heeft wel wat lang geduurd alvorens er enige officiële verklaring van de te Kalioerang gevoerde onderhandelingen gegeven is geworden. Terecht heeft het dagblad „De Tijd" daarover zijn ontstemming uitgesproken. Stellig en zeker had er toch wel eerder enige officiële mededeling gedaan kunnen worden Van Indonesische zijde is men daarmede veel vlugger geweest.

ede daardoor zijn er weder allerlei voor Nederland ongunstige berichten in, de wereldpers verschenen. Wanneer zal men toch bij de Regeririg begrijpen, dat een snelle en goede voorlichting van het eigen land en van de wereld voor onze

zaaJc van het hoogste gewicht is? Zelfs op dit ogenblik weten wij betrekkelijk maar weinig over de eigenlijke gang van zaken. Er is nu een officiële verklaring daarover ge. daan. Daaruit blijkt, dat de mededelingen, welke daarover vanuit In. dië reeds veel en veel eerder gedaan zijn, wel zeer juist zijn geweest.

De onderhandelingen zijn metterdaad op niets uitgelopen. Zij zijn gestrand op die punten, welke wij reeds uit uit Indische bron afkomstige inlichtingen in ons artikel van de vorige week hebben kunnen mededelen.

Waarom heeft men van regerngszij. de zulk een mededeling niet eveneens kunnen doen? Waarom gaf minister Sassen — ook daarop heeft 't dagblad „De Tijd" te recht aanmerkingen gemaakt — bij zijn vertrek uit Indië zulke onbeduidende opmerkingen ten beste? Voor zulke opmerkingen is de zaak zelf toch veel en veel te ernstig.

Nu is er dan een officiële mededeling verschenen, welke als volgt luidt:

„De ministers Sassen en Stikker en de gedelegeerde van het opperbestuur, de heer Neher, die Dinsdag in ons land zijn teruggekeerd, hebben in de ministerraad verslag uitgebracht over de informele besprekingen, welke zij in Indonesië hebben gevoerd. Daarbij is gebleken, dat hun contact met de vertegenwoordigers van de repub)^ op enige belangrijke punten teleurstellend is geweest".

Die uitslag had onze Regering van te voren wel kuimen weten. Zij had om die wetenschap te bekomen waarlijk geen ministers en Kamerleden naar Indië behoeven af te vaardigen. Die reis had niet ondernomen behoeven te worden en de daarmede gepaard gaande onkosten hadden aan de schatkist des lands bespaard kunnen blijven.

Van de eerste dag der onderhandelingen met Soekarno en de zijnen af — wij blijven er bij, dat deze nooit aangeknoopt hadden moeten worden — is toch zonneklaar gebleken, dat deze personen niet met de JNederlanders tot overeenkomst willen komen. Desniettemini heeft de B^gering steeds maar willen onderh^ delen en nog eens weer willen onderhandelen. Bij al haar vruchteloze pogingen bovendien de ene belediging na de andere gedwee willen slikken. Zoals bij de laatste onderhandelingen te Kalioerang weder 't gr val is geweest. Nota bene, toen het vliegtuig met de Nederlandse delegatie daar op het vliegveld aankwam, was de trap, waarlangs de heren uit het vliegtuig moesten afdalen, niet eens ter plaatse aanwezig. Het heette, dat die in het ongerede was. Zij moesten maar over stoelen uit het vliegtuig klauteren. Waarom zijn zij toen niet rechtstreeks teruggekeerd? Waarom deze nieuwe belediging nog eens weer aanvaard? Het hadi het hun toen — wati hun al lang duidelijk had moeten zijn — toch wel heel duidelijk kunnen zijn, dat er van de onderhandelingen geen spaan terecht zou komen. Zij hadden genoeg reden om te weten, dat de politiek van de republiek van Soekarno gericht is op tijdrekken, hoe nadelig de gevolgen daarvan voor heel Indië ook mogen zijn.

Ook hadden zij zeer goed kunnen weten, dat de republiek ten enenmale onwillig is om met Nederland tot een accoord te komen.

Wat nu? Nu de onderhandelingen voor de zoveelste maal op niets zijn uitgelopen ?

ïn zo verre wij daarover zijn inge- licht, moet in de gehouden ministerraad de toeneming van de bestandsschendingen opnieuw onder de ogen gezien zijn. Daarbij moet vastgesteld zijn, dat er, nadat een lichte daling in de bestandsschendingen tijdens het eerste bezoek van minister Stikker was ingetreden, sindsdien een sterke stijging van de bestandsschendingen in het federaal gebied is ingetreden. Zelfs in zulk een erge mate, dat in de week van 1 tot en jnet 7 December j.l. het droevig record van 307 incidenten moest geconstateerd worden; hetwelk het grootste aantal is, dat sedert de ondertekening van het Renville-contract in een enkele week tij ds is voorgekomen. Daarbij moet dan tevens geconstateerd zijn, dat het aantal moordaanslagen en ontvoeringen, waarvan Indische ambtenaren het slachtoffer geworden zijn, onrustbarend in de laatste weken is toegenomen.

Voorts moet naar aanleiding van de in de ministerraad gevoerde besprekingen een instructie opgesteld zijn, welke bestemd is voor de Nederlandse delegatie te Batavia, welke sedert het optreden van de Commissie voor Goede Diensten aangewezen is om via deze Commissie de formele besprekingen met de republiek te voeren.

De republiek van haar kant gaat door met haar anti-Nederlandse propaganda. Daarin wordt het voorgesteld, Cy'; het streven der Nederlanders om een Interim-regering buiten de republiek om te vormen, een grote ramp ten gevolge zal hebben, waarbij het bereiken van een oplossing van het Indische geschil door bemiddeling van de Commissie voor Goede Diensten uiterst moeilijk, zo niet geheel onmogelijk zal worden gemaakt.

Daarenboven — wat niet na zal laten in het buitenland indruk te maken — wordt het door die propaganda aldus voorgesteld, dat de toestand nog al zo veel, benarder en voor de handel schadelijker zal worden, indien de Nederlandse Regering bij de instelling van een Interim-regering in de Federale Staten het republikeinse gebied zal blijven omringen met regelingen, waardoor de verbindingen tussen de republiek en jègj andere gebieden van Indië, welke & \Jer Nederlandse controle staan, onmogelijk wordt gemaakt.

Dit is wel het voornaamste wat thans te dezer zake te zeggen valt.

Over de inhoud van de bovenvermelde instructie karf toch niets naders worden geschreven, daar de Regering besloten heeft daarover geen nadere mededelingen te zullen doen, alvorens «an de Commissie voor Goede Diensten een nota, waarin haar standpunt uiteengezet is, door de Nederlandse delegatie te Batavia ter hand is gesteld. Afwachten blijft voor de zoveelste maal derhalve weer de boodschap.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 december 1948

De Banier | 8 Pagina's

De Indische Aangelegenheid

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 december 1948

De Banier | 8 Pagina's