Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUITENLANDS OVERZICHT

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

, , Het is een dag van beroering, en van vertreding, en van verwarring van de Ileere, de Heere der heirscharen" — zo lezen wij in Jesaja 22 : 5. Hoe toepasselijk zijn deze woorden op de tijd, welke wij beleven! Israël had de God zijns heils verlaten. Hem trotselijk de nek toegekeerd en naar de inspraken van zijn hart geleefd. Het had zijn vreugde en blijdschap gezocht met runderen te doden, schapen te kelen, vlees te eten en wijn te drinken en te zeggen: Laat ons eten en drinken, want morgen zullen wij sterven.

Ook in onze dagen huldigt verreweg de overgrote massa de levenswijze van de rijke dwaas, die zeide: Eet, drink en wees vrolijk; en heeft zij maar één zaak, die haar geheel bezet, namelijk deze: Wat zullen wij eten, wat zullen wij drinken, waarmede zullen wij ons kleden.

Ach, boe allerdroevigst is dit! In haar aardsgezindheid leeft zij daarhenen met of zonder eigenwillige godsdiynst zich rijp makende voor de dag der slachting, want ook over haar komt de dag der beroering, der vertreding en der verwarring.

; Die dag is dezer dagen wel heel zichtbaar gekomen. Duizenden bij duizenden hadden al hun hoop en vertrouwen gesteld in organisaties als de Volkenbond en de Organisatie der Verenigde Naties. Deze instellingen zouden de wereldvrede brengen. God de Heere had men daarbij heel niet van node. In onbekeerlijkheid en verharding des harten bewandelde men zijn weg. Doch ook in deze is het bewaarheid, dat de Heere Zich niet laat bespotten.

V rijwel heel de wereld verkeert thans in beroering en verwarring. Met bijzondere spanning wordt er uitgezien naar wat er thans in de Organisatie der Verenigde Naties plaats vindt, vi^elk resultaat de onderhandelingen tussen Truman en Attlee zullen opleveren, hoe het verdere verloop van de strijd op Korea zal zijn, of er al dan niet een derde wereldoorlog uit die strijd zal voortkomen. In dit alles heerst een grote vervvfarring, zelfs in die zin, dat de berichten elkander gedurig tegenspreken.

Nu eens staan er in de wereldpers berichten te lezen, dat Amerika Korea prijs zal geven en dan weer kunnen wij daarin lezen, dat zij daar niet over denkt, omdat daarmede de kwestie niet opgelost wordt en men door op dit punt toe te geven een algemene oorlog toch niet voorkomt, maar China en Sovjet-Rusland, door toe te geven, maar aanmatigender en brutaler in hun eisen maakt. Nu eens wordt bericht, dat Truman en Attlee het op alle punten eens zijn geworden en dan weer dat dit toch niet het geval is.

Voor zo ver men aan de berichten geloof kan slaan, moeten de beide laatstgenoemde staatslieden het nog niet eens zijn over de maatregelen, welke moeten worden genomen indien de Chinezen een wapenstilstand op Korea weigeren, terwijl zij het wel eens zijn over de noodzaak, dat de Europese bewapening snel versterkt moet worden en ook daarover eens zijn geworden, dat Korea niet ter wille van een vergelijk met China opgeofferd mag worden; maar toch nog van mening verschillen in zake de onderhandelingen op Formosa. Wat het laatste punt betreft, weigert Amerika over Formosa in de Oi'ganisatie der Verenigde Naties te onderhandelen zolang de Koreaanse kwestie niet opgelost is, maar zou Attlee Formosa ook willen betrekken in de onderhandelingen met de Chinezen.

De zo verschillende zienswijze van Truman en Attlee is echter overeenkomstig de opvattingen der Amerikanen beslist. Want in de politieke commissie van de Verenigde Naties, waarin de eis is ingediend, dat de rode Chinese troepen onmiddellijk Korea moeten verlaten, is 'n beslissing genomen naar de zin van de Amerikanen. Daarin werd namelijk besloten, dat de kwestie Korea het eerst in behandeling genomen zal worden en dat pas daarna over Formosa gehandeld zal worden. Tegen deze beslissing verzette zich alleen het Sovjet-blok. Zij werd genomen met 42 stemmen vóór en die van het Sovjet-blok tegen, terwijl India, Indonesië, Burma en Saoedisch- Arabië zich van stemming onthielden. Vóór de stemming plaats had, hield de Russische afgevaardigde een uiterst felle rede tegen Amerika, waarin hij de bekende beschuldigingen aan het adres van Amerika met bijzondere nadruk naar voren bracht, terwijl de Amerikaanse gedelegeerde daarbij de veiligheid van de geallieerde troepen op Korea, het terugtrekken der Chinese troepen, localisering van het conflict, een vrij en hereend Korea eiste en de verzekering gaf, dat de belangen der Chinezen op Korea ten volle geëerbiedigd zouden worden. Inmiddels is er ten aanzien van de elkander tegensprekende berichten wel enige klaarheid gekomen door het commimiqué, dat president Truman en de minister-president Attlee over hun gezamenlijke besprekingen na afloop daarvan hebben uitgegeven; een communiqué, dat gepubliceerd is geworden nadat wij het bovenstaande hadden geschreven.

Uit dat communiqué blijkt nu, dat Truman en Attlee het eens zijn geworden over een politiek, die er niet op gericht is om de aanvaller met het doen van de ene concessie na de andere tevreden te stellen. Wel zijn Amerika en Engeland bereid te streven naar een beëindiging van de vijandelijkheden door onderhandeling. Echter is er tussen beide laatstgenoemde staatslieden een meningsverschil blijven bestaan over de vraag of communistisch China een zetel in de Organisatie der Verenigde Naties moet hebben. Attlee meent van wel, Truman van niet. Een meningsverschil, dat intussen niet zal verhinderen, dat Amerika en Engeland in vastberadenheid en eendracht zullen optreden tegenover de uitdaging van de wereldvrede, die in de afgelopen weken duidelijk aan de dag is getreden.

Dit is wel het voornaamste, wat in het communiqué, dat uit tien punten, die wij kortelijks weer zullen geven, bestaat, medegedeeld wordt.

Punt I houdt in: het voeren van een gemeenschappelijke buitenlandse politiek ter handhaving van de wereldvrede, het bevorderen van een sterke vrije wereld. het wegnemen van de oorzaken van vrees, gelsrek en ontevredenheid, het ontwikkelen van de democratische levenswijze. Punt 2. Eensgezind optreden tot steun van de in punt 1 genoemde doelstellingen. Punt 3. Geen concessies doen aan de aanvaller.

Punt 4. Bereidheid om beëindiging der vijandelijkheden op Korea door onderhandelingen na te streven. Punt 5. Overeenstemming, dat verschil van inzicht of communistisch China als lid tot de Organisatie der Verenigde Naties al dan niet toegelaten moet worden, niet de gemeenschappelijke krachtsinspanning tot ondersteuning van onze gezamenlijke doelstellingen zal schaden. Punt 6. Overeenstemming over de kwestie Formosa, die langs vreedzame weg en op zodanige wijze moet worden opgelost, dat de belangen der bevolking van Formosa en van de vrede en veiligheid in het Pacific-gebied gewaarborgd zijn, tevens overwegende, dat een in behandeling nemen van deze zaak door de Organisatie der Verenigde Naties tot dit doel zal bijdragen.

Punt 7. Overeenstemming, dat de strijdkrachten van de Atlantische landen snel en deugdelijk moeten versterkt worden, wil men een oorlog voorkomen. Punt 8. Overeenstemming, dat speciaal de strijdkrachten van Amerika en Engeland versterkt moeten worden. Punt 9. Internationaal optreden ter verzekering van 'n billijke verdediging van stiategische grondstoffen zowel als van vitale levensbehoeften voor de burgerij. Punt , 10. Truman heeft Attlee verzekerd, dat hij hem op de hoogte zal houden over elk gebruik, dat van de atoombom gemaakt zal worden, daaraan de hoop toevoegend, dat de toestand in de wereld het nooit noodzakelijk zal maken.

Vc oorts worden er nu al allerlei beschouwingen in de wereldpers ten beste gegeven, wat er gedaan moet worden indien China halsstarrig blijft. In dat geval moet — zo wordt er gemeld — Amerika voornemens zijn om een blokkade van China te voeren, een staat van oorlog met de Organisatie der Verenigde Naties te erkennen, het binnenlands verzet in China aan te wakkeren en de Chinese nationalistische generaal Tsjang Kai Sjek toe te laten, dat hij zijn aanvallen op het vasteland van China, welke hem thans verboden zijn, te hervatten. Van Engelse zijde schijnt men echter weinig te gevoelen voor zulk een halve oorlog, waardoor de Aziatische volken van het Westen zouden vervreemden en de Chinese druk op Indo-China, Bin^ma en Tibet sterker zou worden. Wij zullen ons met de verschillende opvattingen en gissingen van wat er plaats vindt als China de oorlog voortzet, niet uitvoerig bezig houden. Wij willen er alleen dit van zeggen, dat het ons niet onwaarschijnlijk voorkomt, dat alle Westerse landen alsdan wel genoopt zullen worden om hun diplomatieke betrekkingen met het communistische China te verbreken. Ook behoeft men er alsdan nauwelijks aan te twijfelen, dat de di'uk van de Sovjet-Unie op West-Europa alsdan zal toenemen.

Op het ogenblik dringen onder aanvoering van India dertien Aziatische landen er bij de Chinese communistische regering op aan, dat haar troepen op Korea de 38ste breedtegraad niet zullen overschrijden. Of deze aandrang enig succes zal opleveren, valt moeilijk uit te maken. Gaat men echter op sommige Noord-Koreaanse berichten af, dan is daar weinig hoop op.

Doch hoe het verdere verloop van die aandrang op Korea ook moge zijn, dit is wel zeker, dat het heden „een dag van beroering, en van vertreding, en van verwarring" is.

J a, ook van vertreding. De Amerikaanse en de met hen verbonden troepen dreigen door de overmacht der Chinezen op Korea geheel onder de voet gelopen te Vv'orden. Zij worden gedwongen, gepaard gaande met verlies van materiaal en manschappen, maar steeds terug te trekken. De hoofdstad van Noord-Korea is'reeds door de Chinezen bezet en die van Zuid-Korea, Seoel, waarin een geweldige paniekstemming heerst, dreigt ook spoedig in hun handen te vallen, terwijl het achtste Amerikaanse leger aan een omsingeling door de Chinese legermacht bloot gesteld is en ongeveer 15.000 Amerikaanse en Britse militairen, die door een legermacht van zeven Chinese divisies afgesneden zijn, in verblindende sneeuv/stormen over steile bergpassen, daarin bijgestaan door de luchtmacht, zich een uitweg naar de zee zoeken te banen, waar de Amerikanen de nodige schepen hebben bijeengebracht om hen daar op te nemen en te vei^voeren. Het schijnt, dat deze Amerikanen aan de overgave nog zullen ontkomen, want vanaf de kust der zee zijn hun mariniers tot hun bijstand tegemoet gezonden, die nog slechts tien kilometers van hen verwijderd zijn. Doch het is nog immer de vraag of de 15.000 zullen ontkomen en hoe velen van hen de schepen zullen bereiken.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1950

De Banier | 8 Pagina's

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 december 1950

De Banier | 8 Pagina's