Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Een teken gevraagd en ontvangen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Een teken gevraagd en ontvangen

6 minuten leestijd Arcering uitzetten

II

En die lieden deden alzo, en namen twee zogende hoeien, en spand-< n ze aan de wagen, en haar kalveren sloten zij in huis. En zij zetten de ark des Heeren op de wagen, en het koffertje met de gouden muizen en de beelden hunner spenen. De koeien nu gingen recht in die weg, op de weg naar Beth-Sémes op een straat; zij gingen steeds voort, al loeiende, en weken noch ter rechter-, nocht ter linkerhand; en de vorsten der Filistijnen gingen achter dezelve tot aan de landpale van Beth-Sémes. 1 Samuel 6 : 10-12

fc'e mens kiest zijn eigen teken. Hij kiest in Let ongeloof. Hij kiest tegen God en daarom gelooft de mens de Heere niet, doch hij verzoekt Hem. Ongeloof en God verzoeken! Deze twee horen bij elkander. De valse mens vertrouwt God niet. Ziedaar ons beeld getekend in de Heilige Schrift. Als het gaat over onze menselijke natuur dan geldt dit van ons — valse mensen — niemand uitgezonderd. Allen afgeweken! Nitïriaacï doel goed. Kan de mens dan nog wel zalig worden? Kunnen wel, maar willen, nóóit meer. Kunnen, alleen door het Teken, dat God Zelf gaf. Van 's mensen zijde is de band doorgebroken en daarom kan het van die zijde nooit meer in orde komen. Toch zijn er duizenden, die dit niet geloven en met hun weg. De weg proberen te verdringen. Het verbroken werkverbond wordt hoger geroemd dan flCje grote zaligheid, die er ligt in het Üenadeverbond, dat leert — om niet. De mens wil wel zalig worden, als de Heere Zich maar richt naar hun weg. En zo worden er velen zalig verklaard. . door de mens, met zijn gestelde tekenen. O, wat een arme godsdienst. Menigeen volgt de inwoners van Asdod. Gods Woord verkondigt het luide in ons tekstgedeelte: Kies geen eigen teken. Ge vraagt waarom niet? De Schrift vermeldt: God koos het teken! Het kruis! „Alzo lief heeft God de wereld gehad, dat Hij Zijn eniggeboren Zoon gegeven heeft, opdat een iegelijk, die in Hem gelooft, niet verderve, maar het eeuwige leven hebbe."

Het Teken! Gods Zoon aan het kmis! Het Offer en het Teken. Het Offer der Verzoening genageld op het vervloekte teken. Zó koos de Vader voor de kerk. Zó werd de Zoon vloek voor de kerk, want het kruis was bij God vervloekt. Neen, in de weg van het verbroken werkverbond ligt de zaligheid niet. De Zoon zegt immers:

Mijn liefde en ijver brandt Ik draag uw heilige wet. Die Gij de sterveling zet In 't binnenst ingewand.

Hoeveel van Gods lieve kinderen werden getroost met dit woord. Met dit woord leidde Gods Geest naar het kruis. Bij dat kruis gaven zij de zondige keuze van Asdod de scheidbrief. Dan krijgen zij, daar bij het teken, een walg van hun eigen gestelde teken, daar verwerpen zij hun eigen beschouwing over de godsdienst, daar wordt het niet willen hun tot diepere schuld dan ooit te voren. Niet willen houdt immers in: Ik heb het wél geweten. Dan zeggen zij; Als er één met vele slagen geslagen moet worden, ben ik het, Heere. Bij dat Teken is de slag niet meer bestemd voor de naaste, maar voor mij. Maar hoe groot is het wonder, dat God dan juist niet wegslaat, doch behoudt. Het geschiedt alleen om der wille van dat Offer aan dat Teken. Van die goedertierenheid Gods mogen zij aldaar iets proeven. Van de noodzakelijkheid van dat Offer op zulk een Teken, mogen zij op Golgotha's heuvel iets begrijpen. Van de dierbaarheid van dat Offer op het door de Vader gekozen Teken krijgen zij iets te smaken. En wijl om Gods wil zo'n offer op zulk een teken paste en God Zijn volk hiervoor inwint, mag dat Sion aanheffen:

Een volle beek van wellust. Maakt hier elk van liefde dronken.

Heus, dan zijn zij niet beter meer dan de Asdodiet. Gods werk glorieert als 's mensen werk de nekslag krijgt. Asdod blijft echter vasthouden aan eigen gesteld teken. En de Heere kent 'hun gedachten reeds van eeuwigheid. De Almachtige geeft hun — de machtelozen — het gestelde - teken. Alhoewel lii^l uitgenodigd op hun vergadering, heeft Hij de vergaderden gehoord, hun raadslag vernomen. Goedkeuren kan de Heere deze eisen niet, doch Hij laat het toe. Hij beschikt over de Ark, zij niet. Die Ark moet naar huis terug, weg van (Je rovers, die in overmoed willen beschikken over de Ark. De Heere woont in Kanaan, niet in Asdod. En al doet Israël geen moeite om de Ark terug te nemen. God gaat de Ark — het teken van het Oude Verbond — terug geven aan Israël. Door grove zonden ging de Ark naar de Filistijnen, uit loutere genade komt de Ark terug naar Kanaan. Dit werk is door Gods Alvermogen Door 's Heeren hand alleen geschied. Zelfs de verkeerde raadslag der heidenen moet medewerken ten goede, . . . . voor een Godvergetend Israël. Hoe ruim, hoe rijk is Gods genade. De heidenen doen, zonder Israels medeweten, een vrome aanval op Gods teken, met de bedoeling het in hun midden te houden. God in ballingschap te Asdod! Maar de Heere heeft Israël liefgehad met een eeuwige liefde, daarom wordt , ^raël om deze snode verachtering in de genade niet verteerd. En wie zou God gevangen kunnen nemen, laat staan, houden in gevangenschap!

Ook hier blijkt duidelijk, dat er van de mens niets bijkomt. Heel klaar schittert in ons hoofdstuk het eenzijdige werk Gods tot zaligheid voor de mensenkinderen. Als we bekeerd zijn, dan heeft de Heere dat gedaan door Zijn Woord en Geest. En dat we na ontvangen genade niet verloren gaan, wegens achtelooslieid en verachtering in de genade, is Gods werk alleen. En dat om het teken. Zijn Zoon, het vleesgeworden Woord. De genade van God verkregen, houdt de mens klein Klein? Ja, want die genade daalt af v^n het Teken daar gesteld. Alle genade, die van elders komt, toornt tegen dat teken. Maar de echte genade ziet in dat Teken haar behoud en aanschouwt in dat Teken haar schuld en haar vloek.

Z.

J. C. V. R.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1951

De Banier | 8 Pagina's

Een teken gevraagd en ontvangen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 januari 1951

De Banier | 8 Pagina's