BUITENLANDS OVERZICHT
Onze tijd is rijk aan het maken van allerlei plannen. Daaraan ontbreekt het stellig niet. Het ene plan na het andere wordt ons aangekondigd. En men ziet, dat er door conferenties en met allerlei middelen druk aan gewerkt wordt om deze ten uitvoer te brengen. Maar het merkwaardige in deze is, dat lioe meer plannen men maakt des te minder men vordert en hoe meer men victorie roept des te ernstiger de nederlagen zijn die men lijdt.
Een ieder zoekt het zijne, bewondert het zijne, prijst het zijne aan. Gewis, wij beleven een tijd, waarin een iegelijk meester, heer en koning wil zijn, maar waarin de enige Meester, Heere en Koning niet erkend wordt en deswege geheel uit het hart en uit het oog gehouden wordt. Ach, waar de springader des levenden waters verlaten wordt en men gebroken bakken viithouwt en bij eigen wijsheid en krachten zweert, wat is daar anders te verwachten dan een menigte van ellenden en teleurstellingen, die zich alom vertonen.
Ook de wederwaardigheden op Korea zijn daar rijk aan. Voorzegd was er dat nog wel door de opperbevelhebber Mac Arthur, dat de troepen nog voor Kerstmis van het vorige jaar naar huis zouden kunnen terugkeren en wij hebben nu Pasen al achter de rug en nog zijn zij niet huiswaarts gekeerd en lijkt het er zelfs niet op, dat zij spoedig huiswaarts zullen keren. Mac Arthur heeft buiten weten van de Amerikaanse regering een aanbod aan de Chinese communistische opperbevelhebber gericht om over een wapenstilstand op Korea te onderhandelen. Dit aanbod heeft in Ameril^a nog al heel wat stof op doen waaien. Niet zozeer, omdat men daar geen wapenstilstand en vrede met het rode China begeert, maar omdat het zonder voorkennis van de Amerikaanse regering gedaan is, welke ook zelf met een vredesvoorstel wenste te komen, v/at daardoor doorkruist en geschaad is geworden.
Mac Arthur's aanbod is inmiddels reeds door een niet-officieel Chinees volkscomité voor wereldvrede tegen Amerikaanse agressie beantwoord en in allesbehalve nette en vriendelijke bewoordingen van de hand gewezen. In dat antwoord, dat door de Chinese radio uit Peking wereldkundig is gemaakt — hetgeen er wel heel sterk op wijst, dat de Chinese regering het daarmede eens is — wordt Mac Arthur's aanbod „beledigend, belachelijk en brutaal" genoemd. Het aanbod zal — zo wordt in het Chinese antwoord gezegd — in het vuilnisvat gaan als andere verklaringen van deze generaal. En voorts dat Mac Arthur's bedekte dreigement om een mo gelijke inval in China te doen een ernstige waarschuwing aan het Chinese volk bevat om op zijn hoede te zijn en de heilige oorlog ter verdediging van het Chinese rijk voort te zetten, tot de aanvaller geheel uit Korea verdreven is. Tegelijkertijd dat Mac Arthurs aanbod verworpen werd, zijn er van verschillende zijden berichten gepubliceerd, die er óp wijzen, dat de Chinese communisten een tegenoffensief voorbereiden, dat nog voor de aanvang van de zomer ingezet zal worden. Men verwacht dit tegenoffensief in de regenperiode, die gewoonlijk begin April intreedt, waarin de zware Amerikaanse bewapening vanwege de vele modder zich niet snel zal kunnen bewegen.
Zijn deze berichten juist, dan staat er nog een zware strijd te wachten en zullen de wederzijdse verliezen nog veel groter worden dan zij reeds zijn. En deze verliezen zijn nu al waarlijk niet klein. Ook niet van Amerikaanse zijde. De laatste officiële publicatie, welke het Amerikaanse ministerie van defensie daaromtrent heeft verstrekt, deelt toch mede, dat tot 23 Maart de Amerikaanse strijdkrachten op Korea in totaal 57.120 man hebben verloren. Van deze werden er 8511 gedood en 37.918 gewond, terwijl als venuist niet minder dan 10.691 werden opgegeven. Getallen, die ons zeggen, dat er in tal van Amerikaanse gezinnen al heel wat ellende gebracht is en dat er bittere teleurstelling over de gang \'an zaken op Korea door menige Amerikaan is opgedaan.
Wat de strijd op Korea zelf betreft, deze verloopt tot op dit ogenblik nog gunstig voor de Amerikanen en de met hen verbonden troepen. Overal worden de Chinezen, ondanks toenemend en op menige plaats hardnekkig verzet, teruggedrongen. De laatste nieuwe grote aanval, die ten noorden van Seoel werd gedaan, is met dusdanig succes verlopen, dat de geallieerde troepen tot op acht kilometer van de 38ste breedtegraad gevorderd zijn, terwijl reeds hier en daar die breedtegraad door hen is overschreden. Officieel staat het nog niet vast, of de geallieerde troepen bij vei"der succes verder in Noord-Korea zullen oprukken, maar men mag wel als zeker aaimemen, dat dit het geval zal zijn, te meer, waar er in de laatste dagen zelfs een hevig luchtgevecht aan de Yaloe op de grens van Noord-Korea en Mandsjoerije heeft plaats gehad. Daar werd door de Amerikaanse luchtmacht een aanval gedaan op de vier Yaloebruggen, die uit militair oogpunt bezien van groot gewicht zijn, daar deze bruggen de schakel vormen tussen de Chinese legers aan het front en haar reserves in Mandsjoerije. Bij de aanval op die bruggen ondervond de Amerikaanse luchtmacht een sterke tegenstand, niet minder dan 40 straaljagers werden er door Chinezen de lucht in gezonden — het was de eerste keer, dat de Chinezen zulk een sterke luchtmacht inzetten — om de voor hen zo belangrijke bruggen te verdedigen, welke vitale levensaders zijn voor het communistische front, waar naar schatting op het ogenblik zes a 9 Chinese legerkoipsen met 150.000 a 225.000 man zijn samengetrokken.
Wat al schrikkelijke ellende en bittere teleurstellingen hebben de gebeurtenissen op Korea al gebracht! En dit niet alleen voor de Amerikanen en de met hen verbonden troepen, maar ook voor de communisten, die, naar Amerikaanse gegevens, al 700.000 maimen verloren moeten hebben, waaronder 141.300 mannen, die zich in Amerikaanse krijgsgevangenschap bevinden en ook al niet minder voor de Koreanen, die, benevens het verlies van vele mensenlevens, die zij te betreuren hebben, ook nog tal van hun steden en streken verwoest zien. Nog steeds zijn de plaatsverv. ministers van buitenlandse zaken in Paiijs verga- derd; en nog steeds beraadslagen zij over de samenstelling van een agenda. Als de samenstelling daarvan zo moeilijk vlot en zovele voeten in de aarde heeft, dan moet men zich wel afvragen, zo de agenda tot stand komt, hoe lang de samenkomst van de vier ministers van buitenlandse zaken zelf, waarop die agenda behandeld zal moeten worden, wel zal duren en wat er uiteindelijk van die behandeling terecht zal komen. Tot dus^-erre heeft de Parijse conferentie weinig anders dan teleurstelling opgeleverd en er moet nog zeer veel veranderen wil de conferentie niet in een bittere teleurstelling eindigen. Wel heeft de Russische gedelegeerde Gromyko wat water in zijn wijn gedaan en is hij het Westerse standpunt ietwat meer genaderd, maar daar blijven desondanks nog allerlei geschilpmiten bestaan. Van officiële Amerikaanse zijde werd verklaard, dat de Amerikaanse regeling er op staat, dat de volgende 8 punten.op de conferentie der ministers besproken zullen worden: 1. De oorzaken van de spanning. 2. De middelen om de betrekkingen tussen de vier grote mogendheden te verbeteren. 3. De demobilisatie van Duitsland. 4. Het peil der bewapeningen. 5. De vermindering der bewapeningen. 6. De controle op de bewapeningen. 7. Het wegnemen van de vrees voor de agressie. 8. Het nakomen van de bestaande verdragen en overeenkomsten.
Wij zullen ons niet in nadere beschouwing over deze conferentie begeven, daar alles er nog op losse schroeven staat en het geen zin heeft om ons dienaangaande in gissen en raden te verliezen. Alleen kan er met zekerheid van gezegd worden, dat men in Parijs nog steeds in conferentie is, waarin sommigen een gunstig teken zien. Tenslotte nog enkele belangrijke wetenswaardigheden.
In Perzië is de rust nog steeds niet teruggekeerd. Het olie-vraagstuk houdt de gemoederen daar nog steeds in grote beroering. De Engelse regering heeft met het oog op de grote belangen, welke zij bij het Perzische olie-vraagstuk heeft, besloten een oorlogschip naar de Pelzische golf te zenden. In Frankrijk is de spoorwegstaking, zoals verwacht werd, geëindigd. Men hoopt, dat de staking bij de Parijse metro en autobussen, die nog ettelijke dagen na de beëindiging van de spoorwegstaking heeft voortgeduurd, nu ook na een onderhoud, dat de stakingsleiding met de minister-president Queuille heeft plaats gehad, spoedig tot het verleden zal behoren. Inmiddels zijn electriciteit 10 %, gas ongeveer 5 7o en steenkool eveneens 5 % duurder geworden. President Auriol en minister Schtunan hebben een bezoek aan Amerika gebracht. Zij hebben daarbij een onderhoud gehad met president Truman en de minister van buitenlandse zaken Acheson. De Franse minister van buitenlandse zaken heeft zich tegenover zijn Amerikaanse collega er over beklaagd, dat Frankrijk niet uitgenodigd is geworden bij de bespreking over de verdediging van de Middellandse Zee. Er zijn te dezer zake reeds verschillende besprekingen op Maltha gevoerd, waaraan Frankrijk geen deel heeft kunnen nemen. Frankrijk gevoelt zdch daarover gepasseerd. Of deze Franse ergernis echter weggenomen zal worden, zal ons de toekomst moeten openbaren.
In Indonesië is de kabinetscrisis nog niet opgelost. Aldaar is weder een Nederlandse planter laaghartig vermoord. Prins Bernhard bevindt zich thans in Uruquay, in wier hoofdstad Montevideo hem bij zijn bezoek grote ongeveinsde belangstelling is ten deel gevallen en hem bij een bezoek aan een winkel door het saam gestroomde publiek een ovatie is gebracht.
Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt
voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen,
vragen, informatie: contact.
Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing.
Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this
database. Terms of use.
Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 april 1951
De Banier | 8 Pagina's