Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De openbaring des Heeren aan de zee van Tiberias

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De openbaring des Heeren aan de zee van Tiberias

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Na deze openbaarde Jezus Zichzelf wederom de discipelen aan de zee van Tiberias. En Hij openbaarde Zich aldus. Johannes 21 : 1

Wanneer Christus ten derden dage van de doden is opgestaan, laat Hij de engel aan de discipelen door middel van de vrouwen meedelen, dat Hij hun voorgaat naar Galilea en dat ze Hem aldaar zullen zien. Ai] openbaart Zich alleen in de vernedering en in het dal van ootmoed. Op dit woord zijn ze heengegaan naar de stranden van het meer van Genesareth, waar Hij Zijn eerste discipelen had geroepen, zeggende: 'Volgt Mij en Ik zal u vissers der mensen maken. Daar verwachten zij Jezus, pleitende op de belofte, hun gegeven. Gedenk, o Heer', aan 't woord, gesproken tot Uw knecht, waarop Gij mij verwachting hebt gegeven. Maar de Meester toeft te komen. Dan worden zij met de belofte juist eenzaam en in het gemis geplaatst. Er gaat aan een belofte van de Heere altijd wat vooraf en er volgt wat op. De Heere vervult Zijn beloften alleen in de'onmogelijkheid. Zij worden met de beloften geen rijke mensen, maar arm.

^ Zk)uden Zijn beloftenissen'' Verder haar vervulling missen? Vrucht'loos worden afgewacht Van geslachte tot geslacht?

Van de elf discipelen zijn er nog zeven overgebleven, waarvan er twee zelfs niet bij name genoemd worden. Zal het wel zijn, dan zullen we hier tussen de wieg en het graf onze naam moeten leren verliezen, wat alleen een vrucht is van genade. Daar zijn er, die zich bij Gods volk niet durven scharen en bij de wereld zich niet thuis gevoelen, die alzo geen naam dragen. De Borg hing eenmaal tussen hemel en aarde en dezulken leren dit verstaan, waar het waarheid in het binnenste is. Eén uit hun midden, namelijk Petrus, zegt, dat hij gaat vissen en de anderen gaan met hem. Tegen het vallen van de avond steekt dan een vissersscheepje af naar de diepte. Maar in die nacht vingen zij m'ets. Het is een nacht vol teleurstelling. Het is tegertvaller op tegenvaller. Het is donker in het rijk der natuur, maar ook duister in de harten der discipelen.

Ze hebben als teruggedacht aan de wonderbare visvangst, toen de Meester bij hen was en zij hebben er niets mee kunnen doen. Ze konden er niet mede op de been blijven. De gehele nacht hebben zij gezwoegd tot het niet meer kon, tot het onmogelijk werd tegen de nieuwe dag. Ze hebben volgehouden tot het laatste toe. Niet gevangen, dat wil zeggen de dood voor ogen, sterven en omkomen. In de dagen van weleer vermenigvuldigde Christus de broden en de vissen.

Wanneer de vijanden kwamen, nam Hij het voor Zijn discipelen op tegen hun weerpartijders. "Maar thans is Hij niet in hun midden. Is dit niet de weg van de kerk des Heeren, waar Hij ze leidt in deze nacht? Als Hij bij de aanvang in gunst en ontferming doet proeven en smaken wat het gehemelte zoeter is dan honing, ja dan honingzeem, en zij denken van kracht tot kracht steeds voort te gr an, leidt Hij hen in de nacht van niets te vangen.

Eigen krachten te verachten, wordt in Jezus' school geleerd. Uitgewerkt komen zij nabij de oever. In hun binnenste stormt het: Waar is God, op Wie gij bouwdet en aan Wie gij uw zaak vertrouwdet?

Kennen wij, lezer en lezeres, deze nacht? In de morgenstond staat Jezus op de oever, maar zij weten niet, dat het Jezus is. Hun ogen werden gehouden, dat zij Hem niet kenden. Zij denken, dat het een vreemdeling is, die van hen enige spijze denkt te ontvangen, wanneer Hij vraagt: Kinderkens, hebt gij niet enige toespijs?

Het is Hem alles volmaakt bekend, maar Hij wil het uit hun eigen mond horen. De Heere weet het, maar Hij wil ook, dat de Zijnen het weten en erkennen. Dan moeten ze met htm lege netten en armoede voor de dag komen. Nu wil de mens altijd 'wat worden en zijn, maar Hij wil niet wezen, wie hij in Adam voor God geworden is. Alles kwijt, gans verloren, niets om de Heere toe te brengen, Gode welbehagelijk. Dat is een weg tegen vlees en bloed, waar alles tegen opkomt. Maar waar dan de liefde verbroken en verbrijzeld, een ziel waar en oprecht voor God wordt, daariioudt het spreken op en hun antwoord is: Neen! Een kort woord; maar noodzakelijk om gekend te worden.

Als ze slechts één vis hadden gevangen, hadden ze dit niet erkend en gezegd. Het was voor hen buiten hoop. Ze hadden geen vrucht van de akker van hun eigen hart. Met al hun werken in de dood terecht gekomen. Wanneer Christus daarop betirigt om het net aan de rechterzijde van het schip te werpen, doet Hij hen gehoorzamen. Het was alles tegen hun wijsheid en ervarenheid in het vissen in. 's Morgens, de meest slechte gelegenheid om te vissen, en dan aan de rechterzijde van het schip.

Maar Zijn Naam is Wonderlijk en Zijn d'-ieu' is wonderbaar. En als de Heere Zich aldus openbaart, brengt Hij alles mee. Het is een menigte vissen en het net scheurt niet. Daar zal niet één weldaad, door Hem verworven, teloor gaan voor Zijn kerk. De eerste wonderbare visvangst was het net gescheurd, maar nu niet. En het zijn alle grote vissen. Wat God doet, is immer groot. Daar zijn bij de Heere geen kleine dingen. Doch al zou de Heere alle weldaden schenken en Hij zou er Zelf in achterblijven, het zou hun niet baten.

Eén uit de discipelen leert het zien. Het is de Heere! En genade maakt mededeelzaJfcn. De Heere, dat wil zeggen, de Zoon van God, Die vlees en bloed heeft aangenomen, opdat Hij kon lijden en sterven, maar ook aan Zijn verdienste een eeuwige waardij geven. De Heere, Die zo laag wilde buigen en dat voor albedervers en doorbrengers.

Oo^' luer con uitroep van i.'ei'-'/Dndering. Niet veel gesproken. Inzonderheid voor Petrus een beschaming, ziende een kolenvTiur, wat hem deed denken aan het kolenvuur bij Kajafas, waar hij zijn Meester driemaal verloochende. Dat de Heere naar zulken nog wilde omzien en bemoeienissen met hen wilde houden! Dan nodigt Hij hen aan de maaltijd, beeld van gemeenschapsoefening met de Christus Gods, waar het stil wordt in de ziel. Hier weidt mijn ziel met een ver­ wonderend oog en mogen zij met de weldaden in de Heere eindigen, brengende van de vissen, die zij nu gevangen hebben. 'Wanneer \vij nu van dit alles vreemdeling zijn, dan kunnen we wel menen, dat het einde vrede zal zijn, maar wij zullen eeuwig buiten blijven. Het is de Heere, Die wij zullen ontmoeten en zal het een onbekende God zijn, dan is hét vreselijk te vallen in de handen van de levende God, Die een eeuwige gloed is en een verterend vuur, bij Welke niemand wonen kan. Nu is ons leven een damp en de dood wenkt ieder uur en zullen wij zo sterven als wij geboren zijn, dan is het eeuwig nacht, waarop geen morgenrood meer zal aanbreken.

Velen zullen menen in te gaan, maar zullen niet kunnen. Een gestolen Jezus zal niet baten. Al onze werken zijn een bed, dat te kort is en een deksel, dat te smal zal zijn om zich daar onder saam te voegen.

Dat wij ons mogen haasten om onzes levens wil en de Heere te voet mogen vallen eer het te laat is. God beware ons voor drog- en schijngronden, opdat wij onszelf niet gaan bedriegen en het zal een eeuwig wonder zijn, als wdj ons niet bedriegen! En als wij door genade iets van dit alles mochten leren verstaan, dat vnj een welgevallen mochten nemen in de straffen onzer ongerechtigheden en onze Heüzon mocht gaan dagen. Hij openbaarde Zich aldus. Kent gij die Heere? En dat op een goede grondslag?

S. P. J. D.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 1951

De Banier | 8 Pagina's

De openbaring des Heeren aan de zee van Tiberias

Bekijk de hele uitgave van donderdag 26 april 1951

De Banier | 8 Pagina's