Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUITENLANDS OVERZICHT

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

Wat heeft de zonde al een ellende over de wereld gebracht! En hoe meer zij gediend wordt, des te groter de ellende. Het is toch maar al te waar, dat waar moeder zonde over de drempel komt, zij daar wis en zeker door haar dochter ellende gevolgd wordt. Het moge kortere of langere tijd duren, dat dit zichtbaar aan de dag treedt, maar te zijner tijd komt het wel aan het licht. De zonde wordt nooit straffeloos bedreven. Zij brengt immer een sleep van ellende met zich mede, werkt als de mot in het kussen. Zij heeft een jammerlijke scheiding tussen God en mens gebracht, heeft de mens verontreinigd, dat hij verfoeilijk en verwerpelijk door God bevonden wordt en hem verdorven, dat zijn verstand verduisterd, zijn hart verhard en zijn wil verkeerd is geworden en daardoor een nameloze menigte van ellenden en jammeren over haar gebracht.

Ellenden en jammeren, die ons elke week weder bij vernieuwing te aanschouwen geeft.

Op Korea is het getal van de Amerikaanse militairen, die daar gesneuveld, verwond en vermist zijn, reeds, volgens de laatste opgave, tot over de 61.000 geklommen. Dit houdt in dat er niet kUeen over deze militairen veel ellende gekomen is, maar ook over zovele Amerikaanse gezinnen. Wat al traneri zullen daarin gevloeid zijn! Welk een lijden zal daarin doorstaan zijn. En welk een jammer kan daarin nog te wachten staan! Er is toch op het ogenblik althans nog heel weinig uitzicht, dat de oorlog aldaar spoedig ten einde zal zijn. De Commissie van Goede Diensten, welke door de Organisatie der Verenigde Naties was ingesteld, om de vrede te bewerken, is daarin niet geslaagd. Zij heeft haar pogingen gestaakt en is zonder iets voor de vrede te kuimen uitrichten ontbonden en uiteengegaan. Wat de oorlog zelf betreft, daar zit weinig schot in.

De Chinezen hebben een groot offensief ingezet, doch zijn naar verhouding van hun geweldige verliezen betrekkelijk weinig opgeschoten. Wel hebben zij de Amerikanen en de met hen verbonden troepen eeri eindwaarts teruggedrongen, maar de Zuid-Koreaanse hoofdstad Seoel is nog steeds niet in hun handen. Dit kan niet dan een grote teleurstelling voor hen zijn.

De thans op Korea fungerende opperbevelhebber Ridgway heeft na een gehouden inspectietocht zelfs verklaard, dat hij vol vertrouwen is, dat zijn troepen in staat zullen zijn om met alles af te rekenen, wat de vijand op hen kan en zal afsturen. Of dit vertrouwen op goede gronden rust, valt moeilijk uit te maken. Doch een feit is het, dat kort na Ridgway's inspectietocht, zijn strijdkrachten in staat waren om een beperkt offensief in te zetten, nadat zij de stoot hadden weten op te vangen van de aanval van 300.000 Chinezen. Geallieerde patrouilles zijn daarbij ver naar voren gedrongen en zijn niet op enige belangrijke tegenstand gestuit. Aan het centrale front zijn zij verscheidene kilometers opgerukt en betrokken stellingen in voormalig niemandsland. Ten Noord- Westen van Seoel zijn patrouilles slaags geraakt met een compagnie communis­ ten, welke zij op de vlucht joegen en zodoende tot de aftocht dwongen.

Hoe gunstig • dit alles ook moge zijn, daarmede is echter de beslissing niet gevallen. De oorlog blijft voortwoeden. En de kans blijft nog altijd bestaan, dat de Chinezen op een hun gunstig schijnend ogenblik tot een nieuw offensief overgaan. Zij hebben toch de beschikking over een geweldig materiaal van mensen en bekommeren er zich niet al te zeer over, dat bij een nieuwe aanval weer duizenden hunner zullen vallen; een aanval, die, al moge die bij de Chinezen op geweldige verliezen komen te staan, toch ook slachtoffers onder de Amerikanen zal maken, hetgeen opnieuw rouw en ellende in Amerikaanse gezinnen zal brengen.

Geen wonder dan ook, dat van Amerikaanse zijde niet alleen op een spoedige beëindiging van de Koreaanse oorlog wordt aangedrongen, maar ook, zo hij blijft voortduren, op meer hulp van de leden van de Organisatie der Verenigde Naties. De Amerikanen doen dit onder meer door met alle nadruk bij de Organisatie te bepleiten, dat er van harentwege sancties tegen het rode China zullen worjlen ingezet. Echter tot op heden vruchteloos, dewijl, indien daartoe wordt overgegaan, de meeste leden dier Organisatie vrezen, dat dit een oorlog met het communistische China ten gevolge zal hebben.

Iiuniddels is het verhoor van Mac Arthur in de Amerikaanse Senaat begonnen. Mac Arthur heeft daarbij verklaard, dat hij niet geloofde, dat de Sowjet-Unie in staat was om enigerlei voorbereidende aanval te doen van af het Aziatische vasteland. Uit zijn getuigenis viel op te maken, dat hij van oordeel was, dat de sterkte van de Sovjet-Unie in het Oosten overschat werd en dat de Russische troepen in Siberië slechts een verdedigende taak hadden. Ook gaf hij in dat verhoor te kennen, dat er met wat extra-strijdkrachten snel een einde aan de oorlog op Korea zou kunnen worden gemaakt, indien zij de volle steun van zee- en luchtstrijdkrachten kregen, waarop hij steeds had aangedrongen, „Had ik, " zo verklaarde Mac Arthur, voorts, „toestemming gekregen om de basis in Mansjoerije te bombarderen toen de Chinezen destijds over de Jaloe trokken, dan hadden zij niet met enige kracht kunnen oprukken." Wat de sterkte van de Chinese luchtkrachten betrof, deze schatte Mac Arthur op 300 tot 800 vliegtuigen. Slechts een enkele keer hadden Chinese vliegtuigen een aanval op de verbonden troepen gedaan, maar nimmer waren de aanvallen van een ernstige aard geweest. Ook aangaande de Russische luchtmacht gaf de generaal zijn oordeel. Hij verklaarde daaromtrent dat de Russen uitstekende jachtvliegtuigen, waaronder ook talrijke straaljagers, bezaten, doch, dat zij naar alle waarschijnlijkheid te kampen hadden met onderhoudsmoeilijkheden en met gebrek aan benzine.

Verder was het belangrijk, dat Mac Arthur verklaarde, dat de gezamenlijke Amerikaanse stafchefs op 12 Januari van dit jaar hadden aangeraden tot een blokkade van rood China, luchtaanvallen op Mandsjoerije en op het gebruik maken van de Chinese nationalistische troepen op Formosa. Alle stafchefs waren op dat ogenblik met mij van hetzelfde oordeel", zeide Mac Arthur. Toen hem na deze verklaring gevraagd werd, of hij van mening was, dat of door de minister van oorlog of door president Truman het veto over deze aanbevelingen was uitgesproken, luidde Mac Arthur's antwoord: „Dat geloof ik zeker." Dat de verklaringen van Mac Arthur niet onopgemerkt aan president Truman en de zijnen voorbijgegaan zijn en dat dezen daarover ook het hunne gezegd hebben, laat zich verstaan. Na de verklaringen van Mac Arthur is vrijVel onmiddellijk vanwege het departement van buitenlandse zaken een communiqué uitgegeven, waarin onder meer gezegd wordt, dat Mac Arthur bij de besprekingen, welke zes maanden geleden op het eiland Wake met Truman plaats gevonden hebben, aan Truman verklaard heeft, dat er maar een zeer kleine kans is, dat China op Korea tussen beide zou komen, alsook: „Ik hoop het achtste leger met Kerstmis - 1950 naar Japan te kunnen terughalen."

Ook Truman zelf heeft zich over Mac Arthurs verklaringen uitgelaten. In een persconferentie verklaarde de president, dat Mac Arthur bij de besprekingen op het eiland Wake hem er van overtuigd had, dat de Chinezen op Korea niet tussen beiden zouden komen en daarom verzocht hij tevens het Amerikaanse volk te wachten met het vaststellen van zijn oordeel, totdat al het bewijsmateriaal volledig zou zijn. Daarna zal blijken, aldus president Truman, dat er maar één antwoord was op de toestand, namelijk Mac Arthur ontslaan, waarna op zijn beurt Mac Arthur weer een verklaring heeft afgelegd, welke inhield, dat de belangen van het land door de snelle wijze, waarop president Truman hem van zijn commando had ontheven, zijn getorpedeerd.

Bij de ellende, welke er in menig Amerikaans gezin heerst, komt dan ook nog deze ellende van de grote verdeeldheid, welke er in Amerika thans heerst.

Nu nog het navolgende. In Perzië is de nationalisatie van de olievelden een feit geworden. De Sjah heeft het daartoe genomen besluit van de Perzische Tweede Kamer ondertekend. Het protest van Engeland heeft dit niet kunnen verhinderen. Van Perzische zijde is inmiddels verklaard, dat de olie aan de vroegere afnemers geleverd zal blijven. Daarbij staat het wel vast, dat de Engelse vloot, welke voor een groot deel haar benodigde olie uit Perzië betrekt, de olie duurder zal hebben te betalen dan voorheen het geval was. Tot dusver ontving de Sowjet-Unie geen droppel olie uit Perzië, of dit echter ook in de toekomst zo zal bHjven, is de grote vraag. Engeland beschouwt dan ook de concessies aan de Anglo-Iranian niet als beëindigd. De Britse aanspraken zullen alsnog worden onderzocht.

In het Britse Parlement hebben Bevan en de zijnen voor de regering gestemd, waardoor de door de conservatieven ingediende motie niet werd aangenomen. De Parijse conferentie duurt nog maar steeds voort, zonder dat er enige overeenstemming tot dusver is bereikt kunnen worden. De Russische gedelegeerde Gromyko verklaarde in de 43ste zitting van de plaatsvervangende ministers van buitenlandse zaken van Amerflca, de Sowjet-Unie, Groot-Brittannië en Frankrijk, dat hij een der agenda-ontwerpen van de Westerse afgevaardigden aanvaardde. Gtpot was de blijdschap der Westerse gedelegeerden over die Russische mededeling echter niet, want Gromyko verbond aan deze aanvaarding de voorwaarde, dat de Westerse mogendheden de Russische formulering van het punt over de vermindering der bewapening zouden overnemen, met gevolg, dat men weer geen stap nader tot overeenstemming kwalT!.. v/ant de Westerse afgevaardigden weigerden onmiddelhjk en zeer pertinent dit te doen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 mei 1951

De Banier | 8 Pagina's

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 10 mei 1951

De Banier | 8 Pagina's