Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Brief uit Zeeland

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Brief uit Zeeland

4 minuten leestijd Arcering uitzetten

CLXXIV.

Maar steeds blijkt het nodig te zijn om waakzaam te wezen, want telkens komen er weer nieuwe zaken, die onze aandacht vragen. Zo is de wetenschap tot de gedachte gekomen, of mogen we hier schrijven, tot de kennis gekomen, dat tegen de zo gevreesde t.b.c. voorbehoedenda middelen kunnen aangewend worden. Althans men verwacht er voorbehoedende werking van. Naar wordt vernomen wordt met dat middel thans gewerkt en tracht men de schoolbesturen over te halen dat op de kinderen te doen toepassen.

Het is misschien geheel niet nodig onder de aandacht van onze mensen te brengen, dat daarop maar één antwoord te geven is, namelijk, niet doen, niet toelaten, maar anderzijds weten wij dat maar al te dikwijls getracht wordt de zaak zo onschuldig voor te stellen, dat niet dadelijk de ware strekking tot uiting komt. Afgezien nog van de medische bezwa­ ren, die er tegen elke inbrenging op onnatuurlijke wijze in een hchaam zijn aan te voeren, zal het toch wel een ieder duidelijk zijn, dat het niet geoorloofd is om een „middel" te gebruiken, waardoor ziektereacties worden opgewekt en waarmede wij vooruitlopen op hetgeen God in Zijn wijs en voorzienig bestel over ons heeft besloten.

Of dat nu een inenting betreft tegen pokken of tegen t.b.c, alle voorbehoedmiddelen zijn op grond van Gods Woord te verwerpen. Hoe mooi men het ook voorstelt, hoe onschuldig het ook lijkt, het is en blijft te verwerpen. Het is niemand geoorloofd zijn hchaam daaraan over te geven, en ook niet het lichaam van anderen.

Wat een voorrecht dan als wij onze kinderen kunnen zenden naar scholen, waarover een bestuur staat, die ook die niening is toegedaan. Die zullen zekerdadelijk hun medewerking weigeren en daarmede een last afnemen van de ouders.

Maar des te meer is het nodig waakzaam te zijn voor hen, die om de één of andere reden hun kinderen niet naar dergelijke scholen kunnen zenden. Zij hebben de strijd zelf te strijden. Zij hebben ook eventueel de smaad van het weigeren te aanvaarden.

Het zal nodig zijn om toe te zien, dat de besturen geen vrijheid geven, maar ook om uit te zien welke bewerkingen eventueel het schooltoezicht zal willen toepassen.

Meer dan ooit zullen wij het standpunt moeten innemen: U moogt wel kijken, maar in geen geval behandelen. Welke behandeling ook, niets buiten ons weten, niets buiten onze goedkeuring. Nodig zal het zijn, dat we scherp de lijnen gaan stellen. Laat geen toegeven gevonden worden. Laat één lijn getrokken worden. Laat blijken, dat het ons ernst is. Laat er een eenparige weigering zijn.

Als woorden dan niet baten, als het niet baat dat onze Kamerleden getuigen, dat zij de Regering Gods Woord voorhouden, och, laat het dan toch blijken, dat zij niet maar hun eigen mening zeggen, maar dat die mening nog diep geworteld is in ons volk, het volk, dat achter die Kamerleden staat, het volk, dat hen steunt, dat hen waardeert, omdat zij spreken naar Gods Woord en Zijn getuigenis.

Het is uw briefschrijver niet bekend hoever de propaganda reeds gevoerd wordt. Het is hem niet bekend of de aanschrijvingen algemeen in Zeeland zijn gedaan, maar hoe het ook zij, gedaan zijn ze. Gemakkelijker zal het er niet op worden. Steeds wordt getracht wat in te voeren, dat niet te aanvaarden is. O, wat zal het nodig zijn om krachj en wijsheid van God te begeren. In onze eigen kracht zullen we toch niet kunnen bestaan. Onze eigen wijsheid zal te weinig zijn. Maar, al is het ook zo, toch is getrouwheid nodig. Getrouwdheid, al zouden we alles verliezen. Getrouwheid, al zouden onze kinderen geen onderwijs meer kunnen ontvangen. Getrouwheid, al zouden we uitgesloten worden uit de samenleving. En wie zal daartoe bekwaam zijn?

Maar al is er in ons geen kracht tegen die grote menigte, het mocht ons nog eens gegeven worden met een Asaf te kunnen verklaren: Onze ogen zijn op U. Als God sluit, wie zal dan openen? Als Hij beroert, wie zal dan stillen? Als Hij het voor Zijn volk opneemt, wie zal dan wat vermogen?

Zien we op onszelf, dan is geen reden waarom God het zou doen, en toch hebben wij de plicht om te handelen naar Zijn wil. Hij wil aan 't houden van Zijn geboden groten loon verbinden.

Mocht het ons te doen zijn om Zijn eer te bevorderen. Mochten we Hem mogen dienen en hefhebben, omdat Hij ons eerst Uefgehad heeft, opdat, in de grootste smarten, onze harten in Hem gerust mochten zijn.

Uw Zeeuwse Briefschrijver

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 1951

De Banier | 8 Pagina's

Brief uit Zeeland

Bekijk de hele uitgave van donderdag 16 augustus 1951

De Banier | 8 Pagina's