Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE VOETWASSING

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE VOETWASSING

8 minuten leestijd Arcering uitzetten

jezus antwoordde en zeide tot hem: Wat Ik doe, weet gij nu niet; maar gij zult liet na dezen verstaan. Johannes 13 : 7

De Heere Jezxis wist, dat de Vader Hem dJIe dingen in de handen gegeven had, namelijk alle dingen betreffende de volvoering van het genadeverbond, en Hij vv'ist dat Hij van de Vader uitgegaan was als de Middelaar, om als de Leeuw uit Juda de grote strijd te strijden tegen ü^' satan en zijn rijk.

Maar Hij wist ook, dat Hij daarna tot God zou heengaan als Overwinnaar van hel, dood en graf, om als een levende en verhoogde Middelaar Zijn verdienste te gaan toepassen aan de Zijnen. Hij wist, dat dan Zijn ure gekomen was om te lijden volgens Gods raad en verbond. Hij wist, dat Judas Hem verraden zou en dat alles zich tegen Hem keren zou. Hij wist, dat het hjden een onpeilbare diepte bereiken zou vanwege do toom des Vaders tegen de zonde Zijns volks. Maar Hij vvdst ook, dat alles zou uitlopen op Zijn eeuwige glorie en de zaligheid der Zijnen. Daarom deinsde Hij voor hetgeen Hem in Gethsémané en op Golgotha overkomen zou niet terug. Hij aanvaardde het lijden als des Vaders Knecht gewillig « ) zonder vrees. Als Gods volk daar ccr op mocht zien, wat zou dat volk in verwondering wegzinken, waar immers de zonden Zijns volks Hem al dat lijden hebben aangedaan. Hij ging als hun Borg om de prijs te betalen voor de lossing hunner zielen en om de satan te bekampen, die als een sterkgewapende zijn vreselijke macht aanwendde om het Rijk Gods te gronde te werpen. Hij ging als de Priester over het huis Gods Zichzelf de Vader onstraffelijk opofferen tot verzoening der zonden. Hij vvdlde heengaan door de diepte van de dood om de wet te ontwapenen van haar vloek en om de dood te overwinnen en hem te beroven van zijn prikkel. Hij wilde op het altaar van Zijn Goddelijke natuur brengen het offer van Zijn diep vernederde menselijke natuur en daarom kon niets Hem tegenhouden om het welbehagen des Vaders gelukkiglijk te doen voortgaan.

De weg naar de verhoging en heerlijkheid hep voor Jezus Christus door de diepte van de dood heen, maar Hij was geen weerloos martelaar, die bezweek voor de kracht der omstandigheden. Hij zou straks als Koning triomferen over al Zijn vijanden en een Koninkrijk ontvangen, niet van de aarde, maar geestelijk en hemels van karakter. Nog weinige weken en dan zou Hij als Siöns Koning Zijn troon beldimmen aan de lechterhand Gods.

En waar Christus nu vlak voor Zijn Mjden stond, wilde Hij Zich nog een­ maal op duidelijke wijze openbaren als een dienende Jezus. Bij gelegenheid van de viering van het Pascha wilde de Heere door de voeten der discipelen te wassen een daad van diepe zelfvernedering verrichten op plechtige en ernstige wijze. Dat deed Hij om Zijn diepe hef de te tonen, die Hij voor Zijn discipelen had, maar tevens om hen te leren, dat zij schuldig waren ook elkander lief te hebben en voor elkander te leven in vrijwillige zelfverloochening.

Hij stond op van het avondmaal en leidde Zijn klederen af en nam een linnen doek en omgordde Zichzelf. Zo stonden in die tijd de knechten om hun heer te dienen. Hij was ook niet gekomen om gediend te worden maar om te dienen en Zijn ziel te geven tot een rantsoen voor velen.

Hoeveel godsdienst de mens ook hebben moge, hij staat er Christus en zichzelf mee in de weg, want de Heere kan van de mens niets gebruiken. De voetwassing was onder het Oude Testament heel gewoon en werd reeds in de tijd van Abraham en Lot gedaan door de slaven. Zulk een diepe vernedering wüde Christus aanvaarden om Zijn volk te kuimen verhogen. Zulk een dienende Jezus is ons onmisbaar, daar tranen en gebeden en gestalten geen gronden kunnen zijn voor de eeuwigheid. De zwartheid der ziel door de zonde kan alleen gereinigd worden door het bloed van Christus. Hoe nodig is het om Hem in ons hart als ZaHgmaker te ontvangen. Zahg worden is juist daarom zo moeilijk omdat wij wat willen zijn voor God. Gelukkig is de mens, die een dienende Jezus nodig krijgt, omdat alle gerechtigheid van de mens wordt als een wegwerpelijk kleed door ontdekking des Heiligen Geestes. Maar de voetwassing was vooral bedoeld als zinnebeeld van de zo zeer nodige geestelijke reiniging van de zonde. Niet alleen hadden de discipelen nodig verzoening van de schuld hunner zonden, maar ook moesten zij gereinigd worden van de smet der zonden. In de liefde yan Christus was de aandrang des Geestes om voor hen te hjden en te sterven tot verzoening, maar eveneens een bereidwilligheid om hen te wassen en te reinigen.

Hij had hen geroepen tot Zijn gemeenschap en hen opgenomen in het verbond en wilde hen hefhebben tot in de dood, ja tot in eeuwigheid, ondanks hun zwakheid in het geloof, de kennis en de genade. En niet alleen de discipelen, maar al de gegevenen des Vaders zal Christus geven de verzoening van hun schuld en de reiniging van de smet der zonde. Die kerk wilde Hij Zich kopen niet met goud of zilver, doch met de dure prijs van Zijn bloed, en dat opdat de vrije genade er in zou worden verheerlijkt. Christus wüde Zijn bruidsgemeente, vertegenwoordigd door Zijn discipelen, eer en genade geven, ondanks dat zij nog zo kort tevoren Hem de zalving hadden misgund, Matth. 26 : 8.

Petrus begreep niet waarom de Meester zulk een nederige arbeid ging verrichten en vroeg vol verbazing: Heere, zult Gij mij de voeten wassen? Daarop antwoordde Jezus: Wat Ik doe, weet gij nu niet, maar gij zult het na dezen verstaan.

Petrus wilde zeggen: Zullen de lianden, die melaatsen hebben gereinigd, ogen hebben geopend, doden hebben opgewekt, de voeten wassen van een nietig mens, een zondige aardworm? Doch Christus bracht al zijn tegenwerpingen tot zwijgen en wilde Petrus leren om een opbepaalde gehoorzaamheid te beoefenen en licht te begeren in deze voor hem nu nog volkomen verborgen zinnebeeldige handeling. Straks, als Petrus ; • ' , ; taan in de uitoefening van het a^iostelsohap, zou hij het pas recht leren verstaan wat grote, wijze daad Christus deed in de voetwassing. Latere leidingen Gods verklaren meestal de vorige. Er kunnen wegen en omstandigheden zijn, die wij niet begrijpen, doch die soms lang daarna worden opgehelderd. Toen later de Heilige Geest over de discipelen was uitgestort, begrepen zij dat die voetwassing een afbeelding was van het bad der wedergeboorte.

Maar tijdens de voetwassing was Petrus n^g zo blind, dat hij de Heere durfde tegenstaan: Gij zult mij de voeten niet wassen in der eeuvdgheid. En, al was dat uit hoogachting voor Christus, Die hij gezien had op de berg der verheerlijking, toch was het een bewijs, dat hij nog weinig had begrepen van eigen nood en behoefte en nog weinig kende van Christus wat betrof Zijn verlossingsarbeid. Ja, Petrus nam met al Zijn goede bedoelingen Christus de kroon van het hoofd.

O, als dat eens wordt ontdekt aan Gods kinderen, hoe zij met al him godsdienst en hoogachting voor de Heere Jezus Hem nog vaak de kroon van het hoofd nemen, hoe diep beschaamd komen zij dan voor Hem te staan. Als al die waarschuwingen, die de Heere hun gaf ei) die zij achteloos voorbijgingen, in de zin der gedachten worden teruggebracht, wat bewonderen zij dan Zijn liefde en wijsheid en betreuren zij dan eigen blindheid en dwaasheid.

Doch de Heere wdlde Petrus genadig en lankmoedig overwinnen met de woorden: Indien Ik u niet was, gij hebt geen deel met Mij. Wat schrok Petrus daarvan op, want hij gevoelde het goed: als hij geen deel met Christus had, dan was het een verloren zaak. Dan maar niet alleen de voeten, doch helemaal. Welk een overslag maakte Petrus hier weer. Altijd toch nog maar de Heere willende voorhouden hoe hij het hebben wilde, inplaats van ootmoedig achteraan te komen en de Heere te laten werken. Petrus was niet zo spoedig uitgeredeneerd. Al kwam Christus ook met een strenge waarschuwing tegen ongehoorzaamheid, toch was Petrus nog niet uitgepraat, hoewel de geestelijke betekenis der voetwassing, door hem begrepen, die grote overslag teweegbracht. De Heere verklaarde 't hem nader door te zeggen: Die gewassen is, heeft niet van node dan de voeten te wassen, maar is gelieel rein. En gijlieden zijt rein, doch niet allen.

Hoe gelukkig was Petrus dat Jezus hem rekende bij gewassenen, die geheel rein zijn; d.w.z. die bij God zijn aangenomen door het bloed van Christus, doch die in de aanraking met een zondige wereld hun voeten bezoedelen, zodat zij daarvan moeten gewassen worden, ja zelfs dagelijks, tot de dood toe.

A. v. D.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 februari 1952

De Banier | 8 Pagina's

DE VOETWASSING

Bekijk de hele uitgave van donderdag 14 februari 1952

De Banier | 8 Pagina's