Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wetsontwerp Omzetbelasting

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wetsontwerp Omzetbelasting

9 minuten leestijd Arcering uitzetten

Rede van Ir van Dis

Het wetsontwerp in zake de technische herziening van enige tabellen voor de Omzetbelasting heeft heel wat stof tot bespreking gegeven. Niet alleen in de Kamer, doch ook daar buiten. Er zijn er geweest, die dit wetsontwerp een „verkiezingskoekje" der regering hebben genoemd, omdat het zo kort vóór de Tweede Kamerverkiezing bij de Staten- Generaal is ingediend en het voor enkele artikelen verlaging van cjmzetbelasting inhield. Anderen weer noemden als reden van indiening van het wetsontwerp de zware druk, die deze belasting met de andere belastingen en lasten op het bedrijfsleven legt, zo zelfs, dat de werkgelegenheid er ernstig door verminderd en de werkloosheid en door vergroot werd.

Welke van de twee meningen de juiste is en of ze wellicht allebei reden van bestaan hebben, zullen we in het midden laten.

Waar we echter wel onze mening over wensen te zeggen, is dit, dat de minister van Financiën wel een heel wonderlijke methode heeft gevolgd, waar hij eerst de omzetbelasting verleden jaar verhoogd heeft en nu met een voorstel kwam om die belasting ten aanzien van een aantal artikelen te verlagen. Zulk een methode kan allerminst onze instemming hebben, daar toch vooruit te zien was, dat de verleden jaar ingevoerdt; verhoging der omzetbelasting voor onderscheidene bedrijven zeer nadehge gevolgen zou hebben. De door de mir nister gevolgde methode had om die reden ook niet de instemming van onderscheidene Kamerleden, die bij de behandehng van het wetsontwerp het woord voerden.

Ook de afgevaardigde der S.G.P., Ir van Dis, laakte het in deze door de minister van Financiën gevoerde beleid. Terecht werd er door hem ook op gewezen, dat aan het voorstel — hoe zeer de verlaging op zichzelf door hem met instemming werd begroet - onbillijkheden kleven, daar voor het ene artikel de omzetbelasting wel en voor het andere niet verlaagd werd.

Een grote onbillijkheid is voorts onder meer, dat bij voorbeeld op dagbladabonnementen geen omzetbelasting behoeft betaald te worden, doch op weekbladabonnementen wel. Vanuit de Kamer werd daarom een poging ondernomen om ook de weekbladen van de omzetbelasting vrijgesteld te krijgen. Zelfs werd daartoe een amendement ingediend. De minister verklaarde dit echter op staatsrechterlijke gronden onaanvaardbaar. Dit betekende dus, dat als de Kamer het amendement zou aannemen, de minister daaruit consequenties zou trekken.

De meerderheid der Kamer het zich hierdoor echter niet van haar stuk brengen. Bij zitten en opstaan werd het aangenomen. De minister verklaarde hierop, dat hij zich genoodzaakt zag schorsing van de beraadslaging aan te vragen, hetgeen door de voorzitter, die tevoren verklaard had, dat hij geen staatsrechterlijk bezwaar tegen het amendement aan- " wezig achtte, werd toegestaan. Na verscheidene vergaderingen binnenskamers, zowel van de ministerraad als van de minister van Financiën met de vaste commissie voor de belastingen, werd het wetsontwerp, waaraan het door de Kamer aanvaarde amendement verbonden was, ingetrokken om onmid- dellijk door het indienen van een nieuw wetsontwerp te worden gevolgd. Een wetsontwerp, dat van inhoud nagenoeg geheel het zelfde was als het vorige. De tijdschriften, waaronder de weekbladen vallen, waren er echter buiten gehouden. Ten aanzien hiervan zegde de minister een onderzoek toe en een afzonderlijk wetsontwerp. In de laatste vergadering der Kamer in haar oude samenstelling kwam het nieuw ingediende wetsontwerp aan de orde. Het stond wel vast, dat het er nu met vlag en wimpel door zou gaan, hetgeen ook geschiedde. Zonder hoofdelijke stemming werd het door de Kamer aanvaard. Of nu over enige tijd ook de weekblad-aboimementen van omzetbelasting zullen vrijgesteld worden, dient te worden afgewacht. Daarover valt niet meer te zeggen dan alleen dit, dat een dergelijk voorstel van de huidige minister van Financiën niet te verwachten is. Wel zal de Kamer door indiening van een amendement het daarheen kunnen leiden. Thans zuUen we de rede laten volgen, welke de afgevaardigde der S.G.P. bij de behandeling van het wetsontwerp gehouden heeft. Ir van Dis sprak als volgt: g v b

Mijnheer de Voorsdtter!

In de Memorie van Toelichting en in de Memorie van Antwoord bij het onderhavige wetsontwerp geeft de minister te kennen, dat het hierbij niet gaat om een algemene teohnische herziening der omzetbelasting, doch slechts om het aanbrengen van een aantal wijzigingen in het tussentarief en in de tabellen van weeldegoederen, waarvan de verwezsnlijkmg urgent is. Voorts deelt de minister mede, dat het in zijn voornemen hgt om een wetsontwerp bij de Kamer in te dienen, waarbij een

algehele herziening

der omzetbelasting aan de orde zal worden gesteld. Dit in aanmerking nemend. Mijnheer de Voorzitter, zullen wij op de omzetbelasting zelf niet ingaan — van hoe groot belang dit ook moge zijn — omdat wij ons dan buiten de orde zouden begeven. Wij wensen dienaangaande dan ook slechts te volstaan met er bij de minister op aan te dringen, dat het aangekondigde wetsontwerp tot algehele herziening der omzetbelasting zo spoedig mogelijk zal worden ingediend, opdat het biimen niet te lange tijd door de nieuwe Kamer zal behandeld kunnen worden. Tevens wensen wij hierbij de hoop uit te spreken, dat deze algemene technische herziening moge gaan in de richting, waarop van de zijde van de

middenstand

zo herhaaldehjk reeds is aangedrongen, namelijk zodanig, dat de winkeliers en ook de handelsagenten van het betalen der omzetbelasting zullen worden vrijgesteld. De thans bestaande omzetbelasting toch legt een uiterst zware last op de middenstandshedrijven, waartoe de verleden jaar door de minister voorgestelde en door de meerderheid der Kamer goedgekeurde verhoging in geen geringe mate heeft bijgedragen. Wij hebben ons dan ook in Jtini van het vorige jaar ten sterkste tegen de voorgestelde verhoging der omzetbelasting gekant, daarbij er op vsdjzende, dat deze verhoging voor de daarbij betrokken bedrijven weleens zeer nadelige gevolgen zou kunnen hebben. Daarbij hadden vdj niet alleen de werkgevers op het oog, doch evenzeer de arbeiders, die bij de achteruitgang van het bedrijf, als gevolg van de

lastenverzioaring,

door werkloosheid dreigden te worden

getroffen. Dat de vei-zwaring der omzetbelasting voor het bedrijfsleven inderdaad funeste gevolgen heeft gehad, kan onder meer blijken uit de gang van zaken in de bedrijven, die gouden en zilveren artikelen produceren. Onder invloed van de verhoogde weeldebelasting Hep de productie van deze artikelen van 30 tot 50 procent terug, met het gevolg, dat vele werknemers ontslagen werden. Om nog een voorbeeld te noemen van de uiterst nadelige invloed van de verleden jaar ingevoerde verhoging der omzetbelasting, zij gewezen op de l o h W a

oesterhandel.

Ia een bericht, voorkomend in de Visserijwereld van 28 Maart 1952 wordt dienaangaande zelfs verklaard, dat de heffing van weeldebelasting op oesters op het binnenlandse oesterverbruik catar strofale gevolgen heeft gehad, gelijk uit de beschikbare cijfers duideHjk blijkt. Deze cijfers toch leren, dat in het seizoen 1950-1951 tot 1 Maart 1951 1.202.512 stuiks oesters naar het binnenland werden verzonden, terwijl dit aantal tot 1 Maart 1952 slechts 737.128 stuks bedroeg. Een vermindering dus van 465.384 stuks! Hoe sterk de binnenlandse oesterafzet gedaald is, blijkt ook daaruit, dat de binnenlandse markt in 1939 nog 13 procent van de totale

Zeeuwse oesterproductie

afnarn, terwijl dit thans gedaald is tot slechts 5 procent. Mijnheer de Voorzitter! De klachten uit de door mij genoemde takken van het bedrijfsleven staan niet op zichzelf. Ook uit andere kringen van handel en industrie wordt sterk geklaagd over de ongunstige invloed van de verhoging der omzetbelasting. En dat te meer, waar tal van artikelen, die verleden jaar onder het verhoogde tarief gebracht werden, ten onrechte als weelde-artikelen werden aangemerkt. Het vorig jaar hebben wij o.m. gewezen op de electrisohe wasmachines uit de

lagere prijsklasse,

die voor grote gezinnen zonder huishoudelijk personeel schier onmisbaar zijn. In het oorspronkelijke wetsontwerp had de minister deze machines nog onder het weeldetarief gelaten, doch op aandrang uit de Kamer zijn ze dan nu naar het tussentarief overgebracht. Ofschoon we de minister voor deze wijziging dankbaar zijn, kimnen wdj ons hiermede nog niet voldaan achten. Het wü ons voorkomen, dat zij onder het gewone tarief hadden behoren te worden gebracht. Het zelfde geld voor de kleinere electrische en gasfomuizen, die onderhevig zullen bhjven aan het tarief van 15 pet., en voor de electrische scheerapparaten, die naar ons oordeel voor wat de

goedkopere apparaten

betreft, volstrekt niet tot de weelde-artikelen gerekend kunnen worden en daarom ook naar het gewone tarief hadden moeten wordsn gebracht. De minister heeft 'n desbetreffend verzoek in de Memorie van Antwoord helaas afgewezen met de opmerking, dat aan deze artikelen het weeldekarakter niet kan worden ontzegd. De minister beroept zich hierbij op de hoge aanschaffingsprijs, maar verzuimd wordt er op te wijzen, dat men bij gebruik van een electrisch scheerapparaat in jaren geen kosten te maken heeft en goedkoper uitkomt dan bij het gebruik van scheermesjes en zeep. Ook ten aanzien van nog andere artikelen zijn wij van oordeel, dat een ver­

aging van omzetbelasting, met het oog p de omzet en dus op de werkgelegeneid, alleszins gerechtvaardigd zou zijn. ij denken hierbij onder meer aan het rtücel

drop,

dat min of meer als geneesmiddel kan orden aangemerkt en geenszins onder suikergoed kan worden ondergebracht, gehjk in de wet geschiedt, daar drop iervoor een te laag suikergehalte heeft. Het stelde ons dan ook teleur, dat de minister geen gevolg heeft wiUen geven aan de op hem uitgeoefende aandrang om 't artikel drop uit het tussentarief te schrappen, gelijk de minister dit ten aanzien van andere artikelen wel heeft gedaan. Voorts, Mijnheer de Voorzitter, werkt het wetsontwerp in meer dan één geval

onbiUijk.

Boilers b.v. zijn naar het gewone tarief gebracht, maar kleine gasgeisers, die veel gebruikt worden, ook in Woningwetwoningen, , heeft de minister niet naar het gewone tarief wiUen brengen. Geillustreerde tijdschriften zijn eveneens naar een lager tarief gebracht, maar voor

weekbladen

is de omzetbelasting gebleven, in tegenstelling met de dagbladen, die geen omzetbelasting op abonnementen behoeven te betalen. Niettegenstaande onze bedenkingen. Mijnheer de Voorzitter, zullen wij uiteraard onze stem aan dit wetsontwerp niet onthouden, daar het vooral na de op aandrang uit de Kamer door de minister ingediende Nota van Wijzigingen VOOT onderscheidene artikelen een verlaging der omzetbelasting tengevolge zal hebben. Wij kunnen echter niet nalaten om onze afkeuring uit te spreken over het feit, dat aan deze verlagingen verleden jaar verhogingen der omzetbelasting zijn voorafgegaan, waardoor aan het bedrijfsleven, waarbij ook gedacht moet worden aan de export naar Amerika,

ernstige schade

is berokkend en de werkgelegenheid is ingekrompen. Te meer is er voor zulk een afkeuring plaats, omdat verleden jaar bij de behandeling der wetsontwerpen tot verhoging der omzetbelasting vanuit de Kamer, ook onzerzijds, genoegzaam gewezen is op de nadelige gevolgen, welke uit de voorgestelde verhoging dezer belasting te verwachten waren. Mede ter voorkoming van de door de minister gevolgde methode van verhoging der omzetbelasting, na enige tijd gevolgd door een partiële verlaging, achten wij het hoogst noodzakelijk, dat de omzetbelasting zo spoedig mogelijk aan een grondige herziening wordt onderworpen.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 mei 1952

De Banier | 8 Pagina's

Wetsontwerp Omzetbelasting

Bekijk de hele uitgave van donderdag 29 mei 1952

De Banier | 8 Pagina's