Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

BUITENLANDS OVERZICHT

12 minuten leestijd Arcering uitzetten

De herdenking van de uitstorting des Heiligen Geestes ligt weder achter ons, de dag waarvan ons beschreven staat „En als de dag des Pinksterfeests vervuld werd, waren zij aEen eendrachtelijk bijeen".

Hoe is deze zo heflijke en gezegende eendracht op aarde thans zelfs onder des Heeren kinderen menigwerf zoek! Hoe zoek ook onder heel de mensheid! Tweespalt en verdeeldheid, haat en nijd, twist en krakelingen, afgunst en een hatelijke naijver zijn heden ten dage aan de orde van de dag. Werd door de heidenen aangaande de eerste christenen gezegd: Ziet, hoe lief zij elkander hebben, hoe kan thans van zeer veel gewone lieden gezegd worden: Ziet, hoe zij elkander haten.

En als dan nog van een zekere eendracht gesproken kan worden, dan is zij er één van bittere noodzak, afgedwongen door de omstandigheden, weUce niet van harte gemeend is en daarom, indien de belangen van de een of ander dit meebrengen, als een kaartenhuis in elkander kan storten.

Zo is het inderdaad gesteld met de Europese Verdedigings Gemeenschap en met het vredesverdrag met Duitsland, de zogenaamde conventie van Bonn, welke nu beide ondertekend zijn. De Amerikaanse minister van buitenlandse zaken moge dan al in hoogdravende taal verklaard hebben, dat wij op do drempel van een nieuw Etiropa staan en dat de ware betekenis van de Europese verdedigingsgemeenschap tot ver buiten het gebied van de verdediging reikt, maar woorden zijn zo dikwerf in strijd met de werkelijkheid. Zijn Franse collega Schuman moge al uitgesproken hebben dat de Europese Verdedigings Gemeenschap een stap is naar een bredere en uitgebreidere Europese gemeen- scliap, gegrondvest op de gemeenschappelijke bestemming, die zichzelf tot uitdrukking zal brengen in gemeenschappelijke politieke, economische en culturele instellingen, en de ministers Eden en Adenauer mogen ook al, zij het op wat meer gedempte toon, de loftrompet gestoken hebben over deze gemeenschap maar dit alles heeft zo weinig te betekenen, daar het verlbop der zaken zo gedurig de loftonen bespot. De Franse minister Briand heeft al verklaard, dat met de oprichting van de Volkenbond de eeuwige vrede en een tijdperk van ongekende welvaart was ingeluid, doch hóe gans anders is het verlopen. Geen \'rede, maar een vreselijke tweede wereldoorlog en een tijd van ontzettende ellende zijn er gekomen.

En goed en wel beschouwd biedt de Europese Verdedigings Gemeenschap niedt de minste waarborg, dat er geen derde wereldoorlog uitbreken zal en er geen tijd van nogal veel meer ellende aanbreken zal dan welke wi] onder de tweede oorlog in Europa en ook al in ons eigen land beleefd hebben. De regering van de Sovjet-Unie is alles behalve ingenomen met de Europese Verdedigings Gemeenschap. Zij heeft op het allerlaatste moment nog een nota de wereld ingezonden om de Fransen en Duitsers er toe te bewegen dat zij het contract van de Gemeenschap niet zouden ondertekenen. Op de bondskanselier Adenauer heeft deze nota geen indruk gemaakt, maar op de Franse regering wel. Deze is enige malen om over deze nota te beraadslagen bijeengekomen en die is — naar de verklaring van haar woordvoerder Marcellin — wel ongerust over de nota en de Russische reacties en zou gaarne een hervatting van de besprekingen met de Russische regering zien, ook na de ondertekening van de Bonnse Conventie. En vooral niet minder is de Franse regering ongerust over het feit, dat haar geen bindende belofte van de regeringen van Amerika en En- •geland gegeven is, dat zij zich zouden verzetten tegen het uittreden van West- Duitsland uit de Europese Verdedigings- Gemesnschap, indien West-Duitsland over een eigen leger de beschikking heeft.

Inmiddels hebben de Amerikaanse en de Engelse regering aan Frankrijk garanties verschaft. Volgens die garanties zal door hen het uittreden van West- Duitsland beschouwd worden als een bedreiging van de eigen veiligheid, daarbij tevens verklarende, dat hun troepen in Duitsland gestationneerd zullen blijven. Zij hebben Frankrijk bovendien verzekerd, dat zij een blijvende belangstelling voor de Europese Verdedigings Gemeenschap zullen houden en daarbij te kennen gegeven, dat het grootste deel van West-Duitsland behoort tot strategisch blootgesteld gebied, waarin geen zware wapens vervaardigd mogen worden.

En alsof dit nog niet genoegzaam ware, hebben voornoemde regeringen daarenboven nog opgemerkt, dat de gesloten overeenkomsten in de kolen- en staalgemeenschap een nieuwe basis vormen voor de vereniging van Europa en voor West-Duitslands deelgenootschap in de Europese gemeenschap, weshalve Frankrijk gerust kan zijn, dat Amerika en Engeland zich blijvend voor Europa zullen iriferessersn, hetgeen ook daaruit kan blijken, dat deze landen binnen het gebied van Berlijn hun gewapende strijdkrachten handhaven, zo lang als hun verantwoordelijkheden zulks eisen, en dat iedere aanval op Berlijn door hen als een aanval op henzelf beschouwd zal worden.

Of deze verzekeringen en verklaringen het mersndeel der Franse parlementsleden zullen bevredigen, moet echter nog blijken. Dit kan eerst dan blijken als de parlementen de overeenkomsten moeten bekrachtigen, waarbij dan bovendien nog allerlei ter sprake zal komen wat nog onbeslist is gebleven. Dat men met de behandeling en bekrachtiging van de overeenkomsten in Frankrijk geen al te grote haast zal maken, kan men wel als vrij zeker aannemen. Men zal aldaar met betrekking tot de Amerikaanse presidentsverkiezing wel eerst de kat uit de boom willen kijken. Daar hangt toch ten opzichte van de overeenkomsten veel af van de koers, welke de Amerikaanse buitenlandse politiek zal inslaan na de uitslag van de verkiezingen van de toekomstige Amerikaanse president, welke in November staan plaats te vinden. Wordt Taft, die veel minder steun aan West-Europa wil toegekend zien en de Amerikaanse politiek veel meer op het Oosten gericht wü hebben, tot president gekozen, dan zou het bij de ingeslagen isolationistische richting volstrekt 'niet onmogelijk zijn, dat de overeenkomsten alleen op papier blijven bestaan en er van hun verwerkelijking niets terecht komt.

De ministers Acheson en Eden mogsn nog al zo veel haast gemaakt hebben met het sluiten van de overeenkomsten en alles in het werk gesteld hebben om de Fransen gerust te stellen en de Duitsers enigermate te bevredigen, maar het is lang niet zeker, dat hun dit gelukt is. Er bestaat in West-Duitsland, ondanks de concessies, welke er aan dat land gedaan zijn, nog immer bij zeer velen een stefke tegenstand tegsn het vredesverdrag en 'het Europese leger. Al is het alzo bepaald, dat de hereniging van heel Duitsland ook na 't sluiten van de overeenkomsten mogelijk is, de Westduitse regering een zekere vrijheid verkrijgt om aan de buitenlandse politiek te gaan doen en daarvan ook stellig gebruik zal maken, onder meer in de voor West- Duitsland zo belangrijke Saarkwestie, nochtans kunnen de overeenkomsten tal van Duitsers allerminst bevredigen. West-Duitsland — en dit vormt bij hen een ernstige grief — zal niet eigenmachtig met Oost-Duitsland over de eenheid kunnen onderhandelen. De gewezen bezetters blijven bevoegd om over de hereniging van Duitsland te onderhandelen. De Westelijke mogendheden behouden in West-Duitsland bepaalde bezettingsrechten, onder andere dat zij in de Duitse binnenlandse aangelegenheden kunnen ingrijpen. Zij hebben daarmede West-Duitsland onder hun voogdij gezet, zeggende, dat zij zulks doen om West-Duitsland te beschermen tegenover die landen, welke de nieuwe status van West-Duitsland niet erkennen. In Frankrijk zijn en blijven zeer velen ongerust over het toekomstige Duitse leger. De vrees, dat Duitsland weer militair sterk zal worden, zit er vrijwel bij alle Fransen zeer diep in.

Nu beweren de voorstanders van de overeenkomsten wel, dat er in de onderlinge verhouding door de overeenkomsten een betere verstandhouding tussen de Duitsers en Fransen zal komen, maar dit dient afgewacht te worden. Op het ogenblik wijst niets daar nog op. Integendeel. De Duitse delegatie heeft dezer dagen nog .bij de Franse regering een protest ingediend, omdat zij opzettelijk een protocol heeft gepubliceerd, dat volgens de Westduitse regering geheim had moeten blijven. Daarenboven is er van een werkelijk VI edesverdrag geen sprake. De grenzen des rijks worden daarin niet bepaald. De Oder-Neisse- en de Saar-kwestie blijven onopgelost.

Onze minister van buitenlandse zaken mr Stikker moge al zijn tevredenheid over de overeenkomsten uitgesproken hebben, zeggende, dat daaromtrent gekomen is wat verwacht kon worden en dat ieder land daarbij iets heeft moeten opofferen, doch wat ons land betreft, is daarbij veel, veel te veel opgeofferd. Een deel van onze souvereiniteitsrechten is daarbij ten offer gebracht, hetgeen geenszins had mogsn geschieden, en ons land komt daarbij maar al te zeer te staan onder de macht van rooms-katholieke landen, zodat zeer te vrezen is, dat er tenslotte ten onzent, mede door Rome's macht hier te"lande, van hetgeen onze Gereformeerde vaderen na een strijd van 80 jaren in Nederland hebben opgebouwd, niets, zelfs geen spaan overblijft.

Met de ondertekening van de Gonventie van Bonn en van het verdrag aangaande de Europese Verdedigings Gemeenschap is de internationale spaning wederom sterk toegenomen. Voortdurend heeft de Sovjet-Unie te kennen gegeven, dat zij een herbewapening van West-Duitsland niet kan en zal dulden. Desniettemin zijn de overeenkomsten tot stand gekomen en is de oprichting van een Westduits leger aangekondigd.

Dat dit de Russen allerminst naar de zin is, blijkt wel uit heel hun optreden. Daarom is ook te verwachten, dat zij met alle macht zuUsn proberen om de bekrachtiging van de overeenkomsten door de parlementen te verhinderen, ook al door tegenstand onder de bevolking der betrokken leden daar tegen zo krachtig mogelijk op te wekken. In West-Duitsland zijn zij daarin tot dus verre niet geslaagd. Wel heeft er te Essen een betoging van 5000 communisten plaats gevonden en zijn er in Bonn en ook te Berhjn enige onregelmatigheden van commimistische zijde voorgevallen, maar deze hebben allerminst beantwoord aan het doel, dat de Russen zich voor ogen stellen, als zij door grote dem.onstraties en stakingen de bekrachtiging van de overeenkomsten willen beletten.

Zelfs in Frankrijk zijn zij daarin niet geslaagd, ook al heeft er in Parijs een vrij grote communistische demonstratie plaats gevonden, welke door de talrijke pohtiemacht uiteengedreven en bedwongen is: Ook in enkele Franse steden meer zijn er demonstraties tegen de komst van generaal Ridgway gehouden, welke echter bij lange niet die omvang ' hebben aangenomen, welke de communisten daaromtrent hadden aangekondigd en verwacht.

In Parijs was de demonstratie verreweg de ernstigste en de grootste van omvang. Daarbij traden communistische stoottroepen op, die met allerlei ijzeren en andere harde voorwerpen, daarin gesteund door andere oommunistsn, op de politie lostrokken. Dit optreden had ten gevolge, dat vele poHtiemannen, sommigen hunner zelfs ernstig, gewond zijn, alsmede ook communistische betogers, echter veel minder in getale, en dat daarbij één dode te betreuren valt. Bij deze betoging werd de huidige, plaatsvervangende leider der communisten, Duclos, gearresteerd, in wiens auto onder meer een geladen revolver en een actetas bij diens arrestatie werden aangetroffen. Duclos protesteerde er tegen, dat hij gevangen gehouden werd en hem zijn actetas met inhoud door de justitie werd afgenomen, hetgeen hem weinig heeft gebaat, want op hoog bevel van de regering van Pinay werd er inmiddels een proces tegen hem ingesteld wegens zijn optreden, waardoor de veiligheid van de staat in gevaar gebracht werd. De gevangenneming heeft bij de Franse communisten de nodige verontwaardiging opgewekt. Onverwijld werd er door de communistische vakvereniging tegsn Zaterdag 31 Mei een algemene staking afgekondigd, welke echter tot dusverre op een mislukking is uitgelopen, daar zij slechts hier en daar en dan nog in geringe mate plaats gevonden heeft. Ook in het Franse parlement heeft één der communistische afgevaardigden zijn grote ontevredenheid over Duclos' arrestatie gelucht. Onder niet gering rumoer werd de rede van de communist gedurig dor de GauUinistische afgevaardigden onderbroken. Toen de communistische afgevaardigde Duclos' onmiddellijke vrijlating eiste, riepen zij: „Bevrijd Thorez liever". Thorez is de egienlijke leider van de Franse communistische partij, maar verbhjft reeds geruime tijd in Rusland, waar hij altijd volgens de communisten esn medische behandeling ondergaat.

Uit dit alles blijkt klaar, dat de Sovjet- Unie — het feit, dat de Franse leider Duclos zelf aan de betoging deelnam, wijst dit wel uit — er zeer veel aan gelegen is, om de bekrachtiging der over- "eenkomsten te beletten, en ook dat de spanning tussen Westen en Oosten toeneemt. Zo kunnen vidj wel eens een zeer onrustige zomer tegemoet gaan. Daarop duidt ook de gang van zaken in het Oosten, in Indo-China en op Korea. Op Korea vorderen de onderhandelingen over de wapenstilstand nog maar steeds niet. Integendeel. Zij dreigen op een volkomen mislukking uit te lopen. Inmiddels hebben de communisten er een leger van een millioen man op de besn gebracht, zodat de toestand aldaar bepaald ernstig wordt.

Hierbij is het niet zonder betekenis, dat op Russisch bevel de zuiveringen in de vasalstaten onafgebroken doorgaan. Nu is dezer dagen de minister van buitenlandse zaken, Anna Pauker, met een paar andere vooraanstaande Roemeense communisten van al haar functies ontheven, terwijl ook een paar hoog geplaatste communistische functionnarissen in Tsjecho-Slowakije zijn weggezuiverd.

Ten slotte nog iets over de uitslag van de Italiaanse provinciale- en gemesnteraadsverkiezingen. Deze hebben een aanmerkelijk verlies voor het Ohristelijkdemocratisch blok en een grote winst voor de fascistisch-monarchistische partijen opgeleverd. Het christelij^-democratisch blok verkreeg in de voornaamste Italiaanse steden in 1947 44, in 1948 59, en nu in 1952 39 procent van het aantal uitgebrachte stemmen; het comn-.unisfcische blok in 1947 45, in 1948 25, en in 1952 31 procent, en het fascistisch-monarchistische blok in 1947 9, in 1948 12, en in 1952 29.

De grote vsanstsn van de fascistisch-monarchistische partijen en het niet geringe veilies van de christelijk-democratische partijen hebben de laatsten hevig verontrust, zo zelfs, dat er spoedige behandeling van de wet' tegen het fascisme in het parlement, waarin de christendemocraten de absolute meerderheid hebben, te wachtsn staat. Volgens dat ontwerp van wet bekomt de regering de bevoegdheid om na een gerechtelijke uitspraak over te gaan tot ontbinding van fascistische bewegingen. In geval van directe nood kan zelfs met de uitvaardiging van een decreet worden volstaan.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juni 1952

De Banier | 8 Pagina's

BUITENLANDS OVERZICHT

Bekijk de hele uitgave van donderdag 5 juni 1952

De Banier | 8 Pagina's