Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

DE SMAADHEID VAN CHRISTUS

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

DE SMAADHEID VAN CHRISTUS

7 minuten leestijd Arcering uitzetten

Zo laat ons dan tot Hem uitgaan buiten de legerplaats. Zijn snmadheid dragende Want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomende. Hebr. 13 : 13, 14

Hebreen 13 vangt aan met aan te dringen op beoefening van de broederlijke liefde en een ernstig medeleven met Gods kinderen in hun zware beproevingen.

En na vervolgens gewaarschuwd te hebben voor ernstige zonden, wijst de bijbelschrijver op het zalig leven'en sterven van hun godzaUge voorgangers en waarschuwt dringend tegen het vasthouden aan de ceremoniële wetten des Ouden Testaments.

En dat te meer, daar de bekeerde Hebreen nog zeer gehecht waren aan het aardse Jeruzalem, vanouds de stad, waar het hart van Israël klopte. Eeuwenlang was men met de jaarfeesten derwaarts opgetogen. ZeUs de discipelen van Jezus verwachtten een aards Messiasrijk. De aanleiding tot bovenstaande opwekking lag dus in de gehechtheid aan een vormelijke godsdienst, die eeuwenlang geduurd had. De kracht der gewoonte, en daartegenover de kleinheid der genade, maakte het zo nodig, dat zij er op gewezen werden. En het is nooit anders geweest, en het is ook in deze tijd niet anders. De mens is zo geneigd te blijven hangen aan de vorm van de godsdienst, terwijl het toch op het wezen van de godsdienst aankomt.

Bij de Hebreen werd dat veel gevonden, vanwege de uiterlijke pracht van de tempel, de veelheid dergenen, die er aan vasthielden en al dat rituele en die plechtige offerdiensten.

De mens hangt immers aan het zien- en zinlijke en heeft zo veel op met de vertoning in de godsdienst.

De wijze waarop zij hierin onderwezen worden, is zeer voortreffelijk, want nie( uit de hoogte en met een gebiedende eis, maar vriendelijk door de kracht der broederlijke liefde worden zij aangemoedigd om alleen .naar Gods stem te horen en weder op te richten de trage handen en de slappe knieën. Met apostolisch gezag klinkt het hun tegen: Dat niet iemand zij een onheilige, gelijk Ezau was, die om een spijze het recht van zijn eerstgeboorte weggaf.

Maar ook broederlijk hun bestwil op het oog hebbende en op het hart dragende, spreekt de apostel tot- hen: Zo laat ons dan tot Hem uitgaan. Hij sluit zichzelf er bij in, dus sluit hij zich ook bij hen aan, dus wekt hij ook zichzelf er toe op. Paulus wist wat hij zei, hij had voorheen ook zelf zo gehangen aan de ceremoniële godsdienst. Paulus deed, wat hij anderen aanprees, namelijk het dragen van de smaadheid van Christus. Hij stond niet boven de broederen, maar dacht aan zijn eertijds, en als hij daar aan dacht, kon hij met zachtmoedige wijsheid anderen de weg aanwijzen.

Hoe vastberaden en hardnekkig had hij zich verzet tegen de smaadheid van Christus. Hij had Gods volk vervolgd en hen gedwongen te lasteren, en hij had mede een welbehagen in de dood van Stefanus.

Maar dat was lang geleden. Hij had geleerd het alles schade en drek te achten en hij had de smaadheid van Christus met geduld en met blijdschap aanvaard en gedragen.

Die smaadheid en dat lijden zouden de Hebreen ook ervaren in steeds toenemende mate, want ook zij waren van vijanden omringd. Daar zou hun in sommige tijden schier op aarde geen rustplaats overblijven, vanwege de vervolgingen. De smaad van Joden en heidenen zou hun deel zijn, gelijk eertijds Israël gesmaad werd door de Egyptenatren. Had niet Christus Zelf de smaad gedragen van het kruis van Golgotha en dat als Plaatsbekleder voor de Zijnen, waar Hij eer en heerlijkheid bij de Vader had eer de wereld was? En had Hij niet Zelf gezegd in Matth. 5: Zalig zijt gij, als u de mensen smaden en vervolgen? In navolging van Hem, Die talloze smaadheden gedragen heeft, te mogen dragen wat ons wordt opgelegd, is een grote genade van God; maar de verdorven natuur moet er voor ingewonnen worden.

Zo was het ook bij de Hebreen. Ook in deze tijd gaat zich steeds meer de vijandschap tegen Christus openbaren, gepaard met toenemende smaad en hoon voor hen, die Hem belijden. En het is te vrezen, dat dit in de toekomst zeer zal toenemen. Christus heeft door Zijn eigen bloed het volk willen heiligen, zodat het met Hem zal moeten lijden, om daarna gemeenschap te mogen hebben aan Zijn heerlijkheid. Daarom geeft de apostel het voorschrift, om tot Hem uit te gaan buiten de legerplaats.

Dat ziet daarop, dat met de grote verzoendag de offerdieren, welker bloed door de hogepriester werd gesprengd in het heilige der heihgen, buiten de legerplaats met vuur werden verbrand. Zo heeft ook Christus Zelf op de ware grote verzoendag buiten de poort van Jeruzalem geleden op Golgotha. Ook werden misdadigers gedood door steniging buiten de legerplaats, denkt slechts aan Achan, die gestolen had van het verbannene. Zo werd Christus met de misdadigers gerekend en gehangen tussen twee moordenaren. Het uitgaan tor Hem buiten de legerplaats wil dan zeggen het afscheid nemen van de wereld met al haar ijdelheden en zonde, en verzaken van mensen eer en mensen gunst, om gemeenschap met Christus te kunnen hebben. En waar Christus het enige Zoenoffer was voor God, zullen al onze offers hun waarde als grond voor de eeuwigheid moeten verhezen, en wil het dus zeggen: Christus door het geloof te zoeken, te benodigen, te omhelzen, te belijden, op Hem te betrouwen tot zaligheid.

Maar dat is niet het enige. Het uitgaan tot Christus buiten de legerplaats veronderstelt verder ook een gewilligheid om Zijnentwil smaadheid te dragen en vervolging te verduren. Al gaat Gods weg ook tegen vlees en bloed in, om Hem alsdan te volgen zonder tegenspreken, zonder lafheid of luiheid, moedig Christus te volgen, uitgaande uit onszelf en uit alle wettische gerechtigheid en godsdienst, om te gaan tot Christus om raad en hulp en ondersteuning in dit vaak zo moeitevol leven en temidden van een wereld vol vijandschap. De Heere wil in Zijn wijsheid Gods volk wel eens alleen zetten, pf wtel eens brengen in vernederende en afbrekende wegen, om het te spenen aan alle mensenwerk, mensenhulp en mensentroost. Het kan zijn, dat het in de legerplaats zelfs zo bang is, dat men er als uitgedreven wordt naar buiten. Welk een vijandschap ontmoette Christus, juist in Jeruzalem, dat Hem had uitgeworpen.

Dat zal bij tijden ook de ervaring der Zijnen worden, wanneer juist een wettisch Jodendom zich verzet tegen het volk, dat leven moet van vrije genade, en wanneer anderzijds de wereld met Tuwe spot Gods volk kwellen gaat, gehjk de Romeinen het Christus deden toen Pontius Pilatus Hem hun overgegeven had.

Hoe pijnlijk ook voor het vlees, het is een dierbare weldaad, om Christus' wil gesmaad te worden, want wij hebben hier geen blijvende stad, maar wij zoeken de toekomende.

Het woord „want" als redengevend verbindingswoord wijst ons op het feit, dat Christus Zelf ons is voorgegaan, niet alleen als Plaatsbekleder, maar ook als Voorbeeld voor de Zijnen. Hij verdiende en verwierf genade en vernieuwing naar Gods Beeld, en die weldaden past Hij de Zijnen ook toe door de werking des Heiligen Geestes, zodat Gods volk leeft door Hem en uit Hem, maar ook moet leren leven voor Hem. Hij wil ook door Zijn Woord en Geest Zijn volk ondersteunen en versterken in het dragen van versmaadheden en vervolgingen, en dat \'olk is geroepen dat lijden om Zijnentwil te aanvaarden, en naar het nieuwe deel wil het ook Christus volgen in een weg van smaad en druk, onder opzien tot Hem om genadige hulp. De levende hoop, als vrucht van wederbarende genade, op het eeuwige leven, zal de verdrukking op aarde licht doen achten, gelijk Paulus zegt in 2 Cor. 4 : 17: „Want onze zeer lichte verdrukking, die zeer haast voorbijgaat, werkt ons een gans zeer uitnemend, eeuwig gewicht der heerlijkheid." En de liefde Gods, uitgestort in het hart door de Heilige Geest, doet in het lijden blijven bij Christus.

A.

v. D.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 september 1952

De Banier | 8 Pagina's

DE SMAADHEID VAN CHRISTUS

Bekijk de hele uitgave van donderdag 18 september 1952

De Banier | 8 Pagina's