Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

De geestelijke, zedelijke en maatschappelijke nood van ons volk

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

De geestelijke, zedelijke en maatschappelijke nood van ons volk

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Het is voor geen tegenspraak vatbaar, als wij zeggen, dat wij uiterst donkere dagen beleven. Daar zijn dagen geweest, zij liggen nog niet zo heel lang achter ons, dat men degenen, die de komst van donkere dagen voorspelden, hoonde, bespotte en belachte.

Kondigden Gods kinderen ettelijke jaren terug, lettend op de Godsverzaking, de komst van zware tijden aan, dan werden zij door de wereldwijzen en hun aanhangers voor bekrompen en zwartgallige mensen uitgemaakt aan wier woorden men geen geloof had te slaan, daar naar het oordeel van de wijsheid dezer wereld vooruitgang, voorspoed en welvaart te wachten waren.

Voorspelden de afgevaardigden der S.G.P. in de Tweede Kamer eenmaal lang voordat zij kwamen, de komst van donkere dagen, ook daar heeft het hun niet aan belaching en bespotting ontbroken.

Doch thans, nu valt uit te maken wie het juiste inzicht in de toekomst hebben gehad, de wijzen dezer wereld of de als zwartgalligen neergezetten, wie zal kunnen ontkennen, dat de laatsten, zich grondend op Gods Woord, de gang van zaken juist beoordeeld hebben?

Zelfs de wereldwijze erkent, kan ook niet anders dan erkennen, dat vrij thans don­ kere tiijjjen beleven.

Van weUce kant ook bezien zijn onze dagen uitermate duister.

Van geestelijke zijde beschouwd, in welk een verval verkeert ons volk tochl Hoe ligt een groot deel er van verzonken in ongeloof en bijgeloof! Hoe droevig is het vaak gesteld ten aanzien van de beleving van de belijdenis door hen, die zich daaraan nog zeggen te houden! Hoe zijn de wijze maagden meermalen met de dwazen in slaap, hoe zijn de kostbare kinderen Sions de aarden flessen gelijk geworden! Hoe dun is Jakob geworden, hoe gaat Sion onder een wolk., hoe zeer verkoelt de liefde en vermenigvuldigt zich de ongerechtigheid, ! Hoe struikelt de waarheid op de straten en kan wat recht is er niet door!

Van zedelijke kant bezien, welk een schrikbarend verval openbaart zich ook daar!

De vele zededelicten leggen daarvan een sprekend getuigenis af. En dit niet alleen, men kan vrijwel geen courant ter hand nemen of daarin kan men lezen van gevallen van oplichting, van vervalsing in geschrift, van inbraken, van diefstallen, van moord en doodslag en dergelijke wandaden, alsook al van beschamende staaltjes van zedenverwildering onder onze jeugd. Welk een wrok en wrevel treffen wij thans aan, zo zelfs dat onze dagen gaan gelijken op die van Noach, waarvan ons beschreven staat dat de aarde met wrevel vervuld was. Daarbij komt nog, dat brood en spel hoe langer hoe meer de enige zaak wordt, welke de harten en hoofden van duizenden onzer landgenoten in beslag neemt. Laat ons eten, drinken en vrolijk zijn — de stelregel, waarnaar de heidenen eertijds hun leven inrichtten, zien wij de stelregel worden, waarnaar een heir van mensen ten onzent het leven inricht.

In één woord, hoe groot is het zedelijk verval onder ons volk heden ten dage! Bezien wij het leven en bestaan van ons volk, hoe hoog is de maatschappelijke nood daaronder al niet geklommen! Een enorme schuldenlast van ettelijke müliarden guldens drukt als een loden last op ons maatschappelijk bestaan. Schier niet te dragen lasten en belastingen hebben wij mede dientengevolge op te brengen. Hoe vele bedrijven gaan daar onder gebukt, dreigen daardoor ten onder te gaan en worden daardoor in him opkomst en bloei belemmerd! Hoe vele particulieren ook hebben er de grootste moeite mee om de vele lasten en belastingen op te brengen, moeten dientengevolge op zelfs nodige dingen bezuinigen, hebben hun hoofd er soms bij dag en nacht over te breken om eerlijk, ook al zonder schuld aan het belastingkantoor, door de wereld te komen.

De zware belastingdruk werkt er met andere maatschappelijke oorzaken aan mede, dat zo velen, die over geen al te ruime beurs te beschikken hebben, in hoogst benarde levensomstandigheden verkeren, zó benard zelfs, dat men er verwonderd over heeft te zijn, dat zij onder zulke omstandigheden, waarbij alles zó duur is geworden, nog in hun levensonderhoud, in hun voeding, kleding en dekking kunnen voorzien. Kortom, de maatschappelijke nood valt in brede lagen van ons volk waar te nemen. Daarbij is het te meer bedroevend, dat men desondanks nog feest bij feest houdt, het ene kermisvermaak na het andere aantreft, lunaparken en zogenaamde volksfeesten schier aan de orde van de dag zijn. Te meer bedroevend, waar toch de Heere in de weg der oordelen — men denke aan de watervloed, waarmede ons land nog kort geleden zo zwaar bezocht is — nog zo waarschuwend tot ons volk spreekt en tot bekering en verootmoediging roept. Welgelukzalig is degene, die zich daarbij als de schuldige voor en onder de Heere heeft mogen kennen en gevoelen en die zijn ziel als een kostbare buit uit het verderf mag wegdragen!

Hoe verschillen onze donkere dagen toch met die van de gouden eeuw onzer landshistorie. waarin de vreze des Heeren nog rijkelijk onder ons volk werd aangetroffen en er grote welvaart — de naam „gouden eeuw" wijst er op — in den lande heerste. Toen was ons volk één der rijkste en aanzienlijkste onder alle volken, thans maatschappelijk één der armste en geringste!

Het baat al niet, zo men het verval ontkennen of verkleinen wil, het is er. Het baat ook al eveiunin dat men dit met middelen buiten God en Diens geopenbaard Woord wil opheffen, het zal te vergeefs zijn. De redding zal alleen dagen, als ons volk door schuldbesef verslagen tot de God der vaderen terugkeert. Tot die terugkeer maant de S.G.P. ons volk aan. Deswege doen wij een beroep op allen, die de geest der genade en der gebeden hebben ontvangen, om haar en haar streven in den gebede aan de troon der genade op te dragen.

Deswege ook wekken vrij de kiezers op om op Woensdag 27 Mei hun stem uit te brengen in de plaats hunner inwoning op de candidaat van de S.G.P.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 mei 1953

De Banier | 8 Pagina's

De geestelijke, zedelijke en maatschappelijke nood van ons volk

Bekijk de hele uitgave van donderdag 21 mei 1953

De Banier | 8 Pagina's