Digibron cookies

Voor optimale prestaties van de website gebruiken wij cookies. Overeenstemmig met de EU GDPR kunt u kiezen welke cookies u wilt toestaan.

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies

Noodzakelijke en wettelijk toegestane cookies zijn verplicht om de basisfunctionaliteit van Digibron te kunnen gebruiken.

Optionele cookies

Onderstaande cookies zijn optioneel, maar verbeteren uw ervaring van Digibron.

Bekijk het origineel

Wet Immunisatie militairen

Bekijk het origineel

+ Meer informatie

Wet Immunisatie militairen

5 minuten leestijd Arcering uitzetten

Naar ons, na ingewonnen informatie van ambtelijke zijde, welke daarmede volkomen op de hoogte is, werd medegedeeld, zal bovengenoemde wet op 28 Augustus in het staatsblad opgenomen worden, waardoor die wet met ingang van deze datum van kracht is geworden.

Militairen, die in het bezit waren van een verklaring, waarin verklaard werd, dat zij gewetensbezwaren tegen de inenting hebben en daardoor tot dusver vrijgesteld werden van de inenting, zullen er terdege rekening mee hebben te houden, dat deze verklaringen thans niet meer genoegzaam zijn om hen van de inenting te vrijwaren.

Van nu af aan is het nodig, om vrijstelling van de inenting te bekomen, dat volgens artikel vijf van de Wet Immunisatie Militairen, de militair, alsmede, indien de militair minderjarig is, degene, die de ouderlijke macht of de voogdij over hem uitoefent, die op gronden, ont­ leend aan zijn of haar godsdienstige overtuiging, gewetensbezwaren heeft tegen immunisatie, zich met een met redenen omkleed verzoekschrift tot het verkrijgen van vrijstelling van de bij deze wet opgelegde verplichting tot de minister van Oorlog en Marine wendt. Vervolgens bepaalt hetzelfde artikel:

„De minister beslist op dit verzoekschrift na advies van een door hem of namens hem ingestelde commissie. Bij erkenning van de gewetensbezwaren door de minister, wordt de militair blijvend van de immunisatie vrijgesteld. Van de dag af, waarop het verzoekschrift is ingediend, tot de dag, waarop de beslissing door de minister is genomen, wordt de immunisatie achterwege gelaten."

Wat de commissie betreft, welke de minister volgens de wet zal instellen, daar- van is de samenstelling ons tot, op heden niet bekend, al verwachten wij wel, dat deze over betrekkelijk korte tijd ingesteld zal worden, en dit zowel voor wat de hoofdcommissie betreft, als de daaraan ondergeschikte subcommissies.

Deze commissies hebben het recht om de müitair, die zijn gewetensbezwaren bij de minister heeft ingediend, op te roepen om een onderzoek in te stellen naar de gegrondheid van zijn bezwaren. Worden deze militairen opgeroepen, dan kurmen zij zich — waarop Ds Zandt bij de behandeling van de wet in het bijzonder krachtig heeft aangedrongen en hetgeen de minister hem heeft toegezegd — zich laten bijstaan door ouders of andere personen.

Wordt de gegrondheid van de gewetensbezwaren, welke de militair in zijn verzoekschrift heeft opgegeven, door de commissie en ook door de minister erkend, dan blijft de oproeping achterwege.

Wij raden nu de godsdienstig gewetensbezwaarde militairen aan, om zo spoedig mogelijk óf zelf, óf door hun ouders of voogd een met redenen omkleed verzoekschrift om vrijstelling van de inenting te bekomen, op te maken en bij de minister van Oorlog en Marine (adres: Departement van Oorlog en Marine te 's-Gravenhage) in te dienen. In geval een militair meerderjarig is, zal hij zulks zelf hebben te doen.

Hierbij moet men vooral in acht nemen, dat dit persoonlijk in een eigenhandig geschreven schrijven dient te geschieden; anderen kunnen dit niet voor de militair doen, omdat dit volgens de wet als onvoldoende kan worden aangemerkt en deswege ter zijde kan worden gelegd. Wij ontraden in deze ten sterkste om bij het indienen van een verzoekschift een gedrukt formulier, dat in elk geval door de militair, ouders of voogden eigenhandigd ondertekend moet worden, te gebruiken, daar men alsdan vrij zeker de kans beloopt, dat de hierbij betrokken mihtair opgeroepen zal worden om voor de commissie te verschijnen.

Overgaande om enige inlichtingen te verstrekken hoe het verzoekschrift aan de minister ingekleed moet worden, delen wij mede, dat met vermelding van plaats van afkomst en datum bovenaan het schrijven, dit vervolgens tot opschrift moet hebben: „Aan Zijne Excellentie de Minister van Oorlog en Marine", en verder, dat de aanvrager vrijstelling van de inenting aan te vragen heeft, omdat hij de inenting in strijd acht met het geloof in de voorzienigheid Gods, en deswege zijn geweten hem verbiedt de inenting als een voorbehoedmiddel te gebruiken, alsook dat hij, waar Gods Woord hem nadrukkelijk verbiedt zijn leven en gezondheid in gevaar te stellen, zeer ernstige godsdienstige gewetensbezwaren tegen de inenting heeft, waar het onbetwistbaar vast staat, dat de inenting de dood en voor de gezondheid zeer schadelijke gevolgen kan hebben, en wat hij om andere redenen daaraan persoonlijk wil toevoegen. Het verzoekschrift moet beëindigd worden met de woorden: „Met verschuldigde eerbied", waarna de ondertekening volgen moet, met vermelding van legemummer en de plaats van het garnizoen en de kazerne, zo men daar althans van op de hoogte is, of met vermelding van het adres van ouders of voogd, indien de aanvrage door hen of hem namens de müitair gedaan wordt. Hiermede achten wij de benodigde voor-~ lichting te hebben gegeven, al verklaren Ds Zandt en de heer Ir van Dis zich bereid om nadere inlichtingen te geven aan degenen, die menen deze nodig te hebben, ofschoon van tevoren reeds vaststaat, dat zij aan de verstrekte inlichtingen vrijwel niets zullen kunnen toevoegen.

Tenslotte raden wij nogmaals sterk aan om met de desbetreffende indiening van het verzoekschrift niet te di-alen, want als dit ingezonden is, kan de militair niet tot inenten verplicht worden, totdat de, beslissing van de minister afkomt.

Dit artikel werd u aangeboden door: Staatkundig Gereformeerde Partij

Deze tekst is geautomatiseerd gemaakt en kan nog fouten bevatten. Digibron werkt voortdurend aan correctie. Klik voor het origineel door naar de pdf. Voor opmerkingen, vragen, informatie: contact.

Op Digibron -en alle daarin opgenomen content- is het databankrecht van toepassing. Gebruiksvoorwaarden. Data protection law applies to Digibron and the content of this database. Terms of use.

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 september 1953

De Banier | 8 Pagina's

Wet Immunisatie militairen

Bekijk de hele uitgave van donderdag 3 september 1953

De Banier | 8 Pagina's